U bent hier

2.1 Gerichte vrijstellingen

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: juni 2024

voorwaarde

Uw onderneming kan gericht vrijgestelde kostenvergoedingen onbelast aan werknemers geven. Voorwaarde hierbij is wel dat u de vergoeding als eindheffingsloon aanwijst. Door de vrijstelling die er dan geldt, gaat dit niet ten koste van de vrije ruimte van uw onderneming.

Het aanwijzen als eindheffingsloon – noodzakelijk voor een gerichte vrijstelling – moet uiterlijk gebeuren op het moment van vergoeden (het ‘genietingsmoment’). Dit doet u door de vergoeding bijvoorbeeld in de administratie als eindheffingsloon op te nemen.

normbedrag

Als waarde van de voor de gerichte vrijstelling als eindheffingsloon aan te wijzen vergoeding gaat uw onderneming uit van het betreffende vergoedingsbedrag. Alleen bij maaltijden kunt u naast het aanwijzen van de werkelijke kosten ook kiezen voor aanwijzing van een normbedrag (zie paragraaf 5.2).

Verder is een gerichte vrijstelling alleen van toepassing voor zover de vergoeding binnen de norm blijft die daarvoor eventueel geldt.

Buiten de norm

bovenmatig

Voor het bedrag dat buiten die norm valt, geldt de gerichte vrijstelling niet. Zo’n bovenmatig bedrag kunt u als loon bij de werknemer verwerken, of desgewenst als eindheffingsloon ten laste van de vrije ruimte brengen. Een combinatie van deze twee opties is overigens ook mogelijk.

Vrijstellingen

vervoer

studie

maaltijden

computers

Onder voorwaarden zijn gerichte vrijstellingen van toepassing voor kostenvergoedingen aan werknemers rond de volgende zaken:

  • vergoeding voor (of korting op) producten uit de eigen onderneming (zie verder in dit hoofdstuk);
  • verhuizingen (zie verder in dit hoofdstuk);
  • vervoer (zie hoofdstuk 3);
  • onderhoud en verbetering van kennis en vaardigheden die nodig zijn voor de (huidige) werkzaamheden (zie hoofdstuk 4);
  • studie en opleiding voor het verwerven van (toekomstig) inkomen (zie hoofdstuk 4);
  • maaltijden en andere tijdelijke verblijfskosten (zie hoofdstuk 5);
  • extraterritoriale kosten (zie hoofdstuk 6);
  • noodzakelijke gereedschappen, computers en mobiele communicatiemiddelen (zie hoofdstuk 7);
  • arbovoorzieningen (zie hoofdstuk 8);
  • hulpmiddelen (zie hoofdstuk 9);
  • de Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG);
  • extra kosten verbonden aan thuiswerken.

Voor gericht vrijgestelde vergoedingen kunt u ook een vaste vergoeding aan werknemers geven (zie hoofdstuk 11). Hierna komen de gerichte vrijstellingen aan bod die niet in een volgend hoofdstuk apart worden uitgelicht.

Vanaf 2024 geldt er een nieuwe gerichte vrijstelling die gericht is op het privégebruik van ov-kaarten (en ook businesscards en trajectkaarten) van werknemers (zie hiervoor verder hoofdstuk 3).

Eigen producten

branchevreemd

Geeft u aan werknemers een vergoeding (of korting) bij de aanschaf van producten uit de eigen onderneming, dan is die vergoeding gericht vrijgesteld en dus onbelast. Als voorwaarden hierbij gelden:

  • U moet de vergoeding als eindheffingsloon aanwijzen.
  • De gekochte producten mogen niet branchevreemd zijn.

maximaal 20%

Deze gerichte vrijstelling geldt zowel voor een vergoeding bij de aanschaf van eigen producten aan huidige als aan ex-werknemers, hoewel de vergoeding in dat laatste geval loon uit vroegere dienstbetrekking is. In dat geval is het aanwijzen als eindheffingsloon verplicht. Verder geldt als norm dat de vergoeding per product voor maximaal 20% van de waarde van het product in het economisch verkeer gericht vrijgesteld is. U mag alle vergoedingen (en kortingen) rond eigen producten samen voor maximaal € 500 op kalenderjaarbasis per werknemer onbelast laten.

Verhuizingen

Een vergoeding voor de kosten van een verhuizing die uw onderneming aan werknemers geeft, is gericht vrijgesteld en dus onbelast. Hierbij geldt als voorwaarde dat u de vergoeding als eindheffingsloon aanwijst en dat de werknemer verhuist in het kader van de dienstbetrekking.

Samenhang met de dienstbetrekking

overplaatsing

route

Een verhuizing moet voldoende verband met de dienstbetrekking hebben, wil de verhuiskostenvergoeding aan de betreffende werknemer gericht vrijgesteld zijn. Van zo’n verhuizing is in elk geval sprake als wordt voldaan aan twee eisen:

  • De werknemer verhuist binnen twee jaar na aanvaarding van een nieuwe functie of overplaatsing.
  • De werknemer woonde op meer dan 25 kilometer van het werk, maar door de verhuizing vermindert die afstand met minstens 60%. Hierbij geldt de afstand volgens de meest gebruikelijke route.

maximum

Verder geldt als norm dat de verhuiskostenvergoeding voor maximaal € 7.750 gericht vrijgesteld is. Dit maximum geldt náást de vergoeding voor de werkelijke kosten voor het overbrengen van de boedel, die u de werknemer vanwege de gerichte vrijstelling onbelast kunt betalen.

Vergoedingen voor aan- en verkoopkosten van woningen vallen niet onder de gerichte vrijstelling. Die zult u als loon bij de werknemer of desgewenst als eindheffingsloon ten laste van de vrije ruimte moeten verwerken.