4.1 Van de huidige naar de gewenste situatie
bijleren
vergelijken
In theorie is het eenvoudig om te bekijken wat werknemers allemaal moeten bijleren om de organisatiedoelstellingen te halen. U vergelijkt simpelweg de nulmeting (zoals beschreven in hoofdstuk 3) met de opleidingsdoelen, zoals de gewenste competenties (zoals beschreven in hoofdstuk 2). Als u die twee zaken goed heeft onderzocht en op dezelfde manier heeft weergegeven en uitgedrukt, kunt u ze gemakkelijk vergelijken. U kunt dan ook objectief aangeven waar de discrepantie zit en waar verbetering nodig is. Maar helaas: de praktijk is zelden zo overzichtelijk.
4.1.1 De vergelijking maken
eenvoudig
omschrijven
Op basis van de gegevens die u heeft, moet u twee situaties vergelijken. Hoe eenvoudig dit is, hangt af van de overeenkomsten tussen soorten gegevens die u heeft. Ze zullen zelden helemaal overeenkomen. De nulmeting levert een beeld op van de huidige situatie, meestal uitgedrukt in punten of cijfers. Met die harde gegevens kunt u vrij gemakkelijk werken. De gewenste situatie is vaak minder duidelijk omschreven. U heeft bijvoorbeeld te maken met competentie- en functieprofielen waar algemenere omschrijvingen in staan dan uit de nulmeting kwamen. Een competentieprofiel kan bijvoorbeeld stellen dat een werknemer over ‘kennis van HTML’ moet beschikken. De nulmeting geeft aan dat een werknemer een drie scoort op een schaal van één tot vijf op het onderdeel ‘actuele kennis van HTML’. Maar is dat dan ook voldoende?
Om een goede vergelijking te kunnen maken tussen de huidige en de gewenste situatie, moet u soms uw formulering van de gewenste situatie verder aanscherpen of kwantificeren.
4.1.2 Verschil kwantificeren: een voorbeeld
lastige stap
assessment
voldoen
training aanbieden
Het verschil tussen de huidige en de gewenste situatie kwantificeren, is vaak een lastige stap. Een voorbeeld kan dit verhelderen. De organisatiedoelstelling is zorgen voor transparantie van de besluitvorming. Eén van de competenties die daaraan moet bijdragen, is integriteit. U heeft op deze competentie een nulmeting laten uitvoeren in de vorm van een assessment van de werknemers. Aan de hand van de vergelijking kunt u constateren dat in afdeling A werknemers op dit moment nog niet voldoen aan de gewenste situatie op het gebied van de competentie integriteit. Op een schaal van één (zeer beperkte integriteit) tot vijf (volledige integriteit), scoren werknemers gemiddeld een twee. Daarom wilt u hiervoor een opleiding en een praktische training aanbieden. Maar wat moeten die precies opleveren?
doelstellingen
U overlegt met de directie en leiddinggevenden, die de organisatiedoelstellingen hebben bepaald. Samen komt u tot de conclusie dat de doelstellingen zijn gehaald met een integriteit van niveau vier volgens het afgenomen assessment. De opleiding moet voor werknemers van deze afdeling dus twee ‘punten’ verbetering opleveren.
Om vast te stellen of u uw doelstelling heeft gehaald, moet u hetzelfde assessment na afloop van de opleiding nogmaals laten uitvoeren.