U bent hier

Onderneming & Personeel
Soorten bedingen2. Het proeftijdbeding2.3 De rechtspraak

2.3 De rechtspraak

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier HR Rendement
Publicatiedatum: augustus 2018

formulering

Verschillende rechtszaken laten zien dat naleving van de regels en een juiste formulering van het proeftijdbeding nodig zijn om problemen zoals schadevergoedingen te voorkomen.

2.3.1 Duur tijdelijk contract

Omdat een proeftijd in contracten voor een half jaar of korter niet is toegestaan, kunt u een contract voor zes maanden en één dag opstellen. Uit een uitspraak van Gerechtshof ’s-Hertogenbosch in 2017 blijkt dat de proeftijd dan toch nietig kan zijn, net als een proeftijd in een arbeidsovereenkomst met een duur van zes maanden of korter.

Formulering

onduidelijk

In deze zaak had de werkgever de duur van het tijdelijke contract onduidelijk geformuleerd. Zo stond er: ‘1.1 Werknemer treedt met ingang van 11 februari 2016 in dienst voor bepaalde tijd van 6 maanden bij werkgever in de functie van Recruitment Consultant. De arbeidsovereenkomst eindigt derhalve van rechtswege, zonder dat opzegging is vereist, op 11 augustus 2016.’ Volgens het hof bleek hier niet uit dat de werkgever zes maanden en één dag had bedoeld.

Schadevergoeding

Het hof oordeelde dat de werknemer mede op basis van bovenstaande formulering ervan uit mocht gaan dat het contract voor een half jaar was aangegaan. De werkgever moest de werknemer daarom een schadevergoeding betalen van drie maandsalarissen.

Wilt u een proeftijdbeding opnemen in een kortdurend contract van zes maanden en één dag, maak dan duidelijk ‘tot’ of ‘tot en met’ welke datum het contract loopt.

2.3.2 Tijdig duidelijke afspraken maken

schriftelijk

U doet er verder goed aan om een arbeidsovereenkomst met proeftijd schriftelijk overeen te komen vóórdat een werknemer begint.

conceptversie

Rechtbank Midden-Nederland boog zich in 2016 over een zaak waarin een werkgever mondeling een arbeidsovereenkomst was aangegaan voor zeven maanden. In de eerste maand na indiensttreding ontving de werknemer de conceptversie van de arbeidsovereenkomst (met proeftijdbeding). Toen de werkgever ontdekte dat de werknemer in het verleden in de gevangenis had gezeten, wilde hij hem tijdens de proeftijd op straat zetten.

Conceptversie

voordeel

Volgens de werknemer was het proeftijdontslag niet mogelijk, omdat zijn contract niet zeven maar zes maanden zou duren. De rechter oordeelde in het voordeel van de werkgever. In de conceptversie was een duur van zeven maanden en een proeftijd opgenomen. De werknemer had deze conceptversie in de eerste maand ontvangen, geen bezwaar gemaakt en het contract zelfs ondertekend (maar niet geretourneerd). Verder verklaarde de werknemer dat er tijdens de mondelinge overeenkomst niet was gesproken over de duur van het contract. Hij kon dus niet van zes maanden uitgaan.

Voorkom discussie voor de rechter door van tevoren duidelijke schriftelijke afspraken te maken over de duur van het tijdelijke dienstverband en de proeftijd.

2.3.3 Start proeftijd

risico

Begint een nieuwe werknemer eerder met zijn werk dan in de arbeidsovereenkomst is bepaald, dan gaat de proeftijd ook eerder van start. Dat brengt risico’s met zich mee voor het proeftijdontslag, met een mogelijk schadevergoeding als gevolg.

Kennismaken

dienstverband

In een zaak in 2017 moest Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden beoordelen of een werknemer tijdens de proeftijd was ontslagen of vlak erna. In de arbeidsovereenkomst was vastgelegd dat de werknemer per 1 juli 2014 zou beginnen en dat de eerste maand van het jaarcontract als proeftijd zou gelden. Omdat de werkgever erop had aangedrongen dat de werknemer al voor die tijd zou langskomen voor kennismaking met collega’s en om alvast een aantal zaken te leren en af te spreken, was het dienstverband in feite al ingegaan.

verlopen

Toen de werknemer op 30 juli te horen kreeg dat de werkgever door middel van een proeftijdontslag het contract per 31 juli wilde beëindigen, stapte de werknemer naar de rechter. En met succes, want het hof oordeelde dat de proeftijd op 31 juli al verlopen was. De proeftijd was dus al voorbij op het moment van ontslag en omdat er geen tussentijds opzegbeding was opgenomen (zie hoofdstuk 9), moest de werkgever het loon uitbetalen tot het einde van het contract.