5.3 Wettelijke bedenktijd werknemer
terugkomen
Een belangrijk onderdeel van de beëindigingsovereenkomst is de wettelijke bedenktijd. Een werknemer heeft vanaf het moment van instemmen met de beëindigingsovereenkomst twee weken de tijd om terug te komen op dit besluit. Hij moet dit schriftelijk doen. Als een werknemer het ontslag met wederzijds goedvinden wil herroepen, hoeft hij hiervoor geen reden op te geven. De bedenktermijn geldt niet:
- voor een statutair directeur;
- voor de werknemer die in de zes maanden daarvoor al gebruik heeft gemaakt van deze herroepingsmogelijkheid.
Schriftelijk
wijzen
U moet de werknemer schriftelijk wijzen op de bedenktermijn, uiterlijk binnen twee werkdagen na het tekenen van de beëindigingsovereenkomst. Doet u dit niet, dan wordt de bedenktermijn verlengd naar drie weken. Geef ook aan naar wie en welk (e-mail)adres de eventuele herroeping gestuurd moet worden, zodat een herroeping meteen bij u bekend is.
U bent niet verplicht om de bedenktermijn op te nemen in de beëindigingsovereenkomst. Maar doet u dit wel, dan bent u er zeker van dat u voldoet aan uw plicht de werknemer (tijdig) te wijzen op zijn bedenktijd.
Misbruik voorkomen
herroepingsrecht
onderhandelen
De werknemer mag slechts één keer per zes maanden gebruikmaken van zijn herroepingsrecht. Dit ter bescherming van uw organisatie tegen misbruik van dit recht door de werknemer. Bij een onbeperkte herroepingsmogelijkheid zou de werknemer zijn akkoord met het ontslag immers kunnen intrekken om (opnieuw) te onderhandelen over een hogere ontslagvergoeding, waarna de werknemer zijn nieuwe instemming binnen twee weken ook weer zou kunnen intrekken om over een nóg hogere ontslagvergoeding te onderhandelen enzovoort.