U bent hier

Onderneming & Personeel
Strategisch opleiden6. Voor elke opleidingsvraag de juiste vorm kiezen6.2 Diverse scholingsvormen

6.2 Diverse scholingsvormen

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier HR Rendement
Publicatiedatum: april 2014

discussie

omgeving

Naast de omgeving is ook de manier waarop de lesstof of informatie wordt aangeboden van groot belang. Leren werknemers via discussie met vakgenoten tijdens een congres? Of juist door een langdurige klassikale opleiding volgens een vast curriculum te volgen? In beide gevallen kan de werknemer veel leren van anderen in zijn omgeving, maar de manier waarop hij dat doet, is anders. In deze paragraaf komen de meest voorkomende scholingsvormen aan bod.

6.2.1 Cursussen, trainingen en opleidingen

huidige functie

Een groot deel van de scholingsactiviteiten van organisaties bestaat uit het aanbieden van kortlopende cursussen en trainingen. Trainingen hebben vaak tot doel de vaardigheden te verbeteren die de werknemer nodig heeft in zijn huidige functie. Cursussen richten zich vooral op het vergroten van de kennis. Beiden zijn kortlopend. Opleidingen bereiden de werknemer juist voor op een andere, toekomstige functie of taken en zijn langlopend (in de meeste gevallen tot vier jaar).

e-learning

Cursussen, trainingen en opleidingen worden weer in diverse omgevingen aangeboden. Zo kan er sprake zijn van klassikaal onderwijs, e-learning of leren op de werkplek. Bij opleidingen en cursussen komt e-learning vaker voor. Trainingen worden juist vaker op de werkplek gegeven.

Intern of extern?

Als uw organisatie zelf voldoende onderwijskundige en inhoudelijke kennis in huis heeft, kunt u cursussen, trainingen en opleidingen intern organiseren, eventueel aangevuld met externe expertise. Bij volledige externe scholing – door gespecialiseerde partijen – worden werknemers uit verschillende organisaties bij elkaar gebracht. Hoewel meestal het niveau en de leerdoelen van de deelnemers globaal hetzelfde zijn, is externe scholing vaak wat algemener van aard. Wel krijgen de werknemers van uw organisatie zo te maken met nieuwe ideeën en invloeden, wat inspirerend kan werken.

6.2.2 Workshops

praktijkgericht

aan de slag

oefenen

Een workshop is ideaal om in korte tijd nieuwe dingen te leren. Workshops zijn namelijk zeer praktijkgericht en vereisen van de deelnemers een actieve houding. Workshops zijn er in alle soorten en maten, afhankelijk van de aanbieder en het gewenste doel. Maar in alle gevallen gaat de deelnemer direct aan de slag met datgene wat hij wil leren. Zo wordt bij een workshop brainstormen geoefend met diverse brainstormmethoden en ligt bij een workshop netwerken de nadruk op bijvoorbeeld het oefenen met diverse vormen van zakelijk-sociale interactie.

Workshops zijn geen wondermiddel. Het is vaak een creatief, sociaal én leerzaam proces, maar een workshop levert weinig op als het doel niet duidelijk is. Pas op dat werknemers niet alleen voor de lol workshops volgen.

6.2.3 Congressen en seminars

kennis delen

Op congressen en seminars kunnen werknemers met vakgenoten en deskundigen kennis delen en bespreken. Bovendien zijn ze vaak een perfecte gelegenheid om te netwerken met vakgenoten. Vooral voor hoger opgeleide werknemers kan dit een manier zijn om nieuwe informatie op te doen.

Vakgenoten

lezingen

conferenties

webinars

Op congressen kunnen werknemers van organisaties die op hetzelfde vakgebied werkzaam zijn terecht voor lezingen, informatie-uitwisseling en discussies. Conferenties zijn vergelijkbaar met congressen, maar kleiner en gerichter van opzet. Ook duren ze vaak korter; een dag, of zelfs maar een dagdeel. In de praktijk worden conferenties ook wel congressen genoemd. Een seminar is een omvangrijke, eendaagse studiebijeenkomst, waarin via lezingen en workshops kennis wordt gedeeld. De lezingen worden vaak verzorgd door mensen die actief zijn in het betreffende vakgebied. Een moderne variant zijn de zogenoemde webinars: online seminars waar de presentatie via internet te volgen is. Soms is dit eenrichtingsverkeer, maar er zijn ook interactieve webinars.

6.2.4 Coaching

populair

complexiteit

De frisse blik en motiverende houding van een ander kan het leerproces vaak helpen versnellen. Niet vreemd dus dat persoonlijke coaching bij veel werknemers populair is. Goede coaching is individueel en doelgericht. Bovendien heeft doelgerichte coaching vaak een korte doorlooptijd. Dat laatste hangt natuurlijk ook af van de complexiteit van wat er geleerd of ontwikkeld moet worden.

Leerplan opstellen met SMART-criteria

Als werknemer en coach samen een leerplan opstellen, is het belangrijk dat dit voldoet aan de SMART-criteria:

  • specifiek: een duidelijk en concreet doel;
  • meetbaar: wanneer het doel is bereikt;
  • acceptabel: iedereen staat achter het doel;
  • realistisch: het doel moet haalbaar zijn;
  • tijdgebonden: er is een start- en einddatum.

inhuren

prioriteiten

Een coach kan afkomstig zijn uit de eigen organisatie of worden ingehuurd via een extern bureau. Bij interne coaching door een meer ervaren collega is het vaak beter als de werknemer en de coach geen hiërarchische relatie hebben. Weinig werknemers vinden het namelijk prettig om door hun leidinggevende gecoacht te worden, al zijn er natuurlijk uitzonderingen. Een nadeel van interne coaching kan zijn dat de begeleiding er soms bij inschiet als er op de werkvloer (tijdelijk) andere prioriteiten gelden. Ook is niet elke ervaren werknemer automatisch een goede coach.

beschikbaar

Van een externe coach mag worden verwacht dat hij didactisch onderlegd én beschikbaar is. Wel heeft een externe coach minder kennis van de organisatie. Hij zal dus tijd en energie moeten investeren in het doorgronden van de organisatie en de werkzaamheden van de werknemer.

Wilt u zeker weten dat u een kwaliteitscoach in huis haalt? Kijk bijvoorbeeld op nobco.nl of hij is aangesloten bij de Nederlandse orde voor beroepscoaches (NOBCO).

6.2.5 Stages en traineeships

jonge talenten

Veel organisaties bieden leerlingen, studenten of werknemers de kans om tijdens een stage of traineeship ervaring op te doen. Dit kan onderdeel zijn van maatschappelijk verantwoord ondernemen, of als doel hebben om jonge talenten te trekken. Ook brengen stagiairs en trainees vaak nieuwe kennis mee en zorgen ze voor dynamiek op de afdeling.

Mogelijkheden van stages

onderzoeks­opdracht

carrièreswitch

Stages vanuit school zijn bedoeld om een vakgebied te leren kennen, werkervaring op te doen of een concrete onderzoeksopdracht uit te voeren. Ook iemand die tijdelijk zonder werk zit of vanuit een onbevredigende baan uitkijkt naar een andere functie, kan via een stage zijn mogelijkheden ontdekken. Stage lopen in de organisatie waar iemand al werkt, is minder vrijblijvend dan een stage volgen vanuit een opleiding. Een eventuele carrièreswitch moet dan wel reëel zijn. Als HR-professional kunt u de stagiair én de organisatie ondersteunen door hierover goede afspraken te maken.

Voor stages van studenten en leerlingen stellen school, student en werkgever een stageovereenkomst op met afspraken over looptijd, vergoedingen, werktijden, begeleiding en geheimhouding. Het is slim om dit ook te doen als bij de stage geen opleidingsinstituut betrokken is.

Nut van een traineeship

high potentials

werkverleden

Met een traineeship kan uw organisatie (jong) talent – of high potentials – aan zich binden. Hierbij investeert de werkgever in veelbelovende mensen die zich zo verder kunnen ontwikkelen met een combinatie van studie en werk. Een traineeship is ook mogelijk voor mensen die al een tijd in het arbeidsproces actief zijn, maar die nieuw zijn in een bepaalde branche of functie. Het werkverleden van de betreffende werknemer maakt van hem dan een high potential: iemand die in een nieuwe werksituatie kan uitblinken.

Arbeidsovereenkomst sluiten of niet?

Gewoonlijk krijgt een trainee een arbeidscontract voor de duur van het traineeship, meestal voor twee tot drie jaar. Daarna kunt u – bij wederzijdse tevredenheid – besluiten de trainee een nieuw (vast) contract aan te bieden. Ook kunt u besluiten de trainee al bij aanvang van het traineeship een vast contract aan te bieden, of juist om na afloop van het traject de samenwerking niet voort te zetten.

Vrijheid bij bepalen programma

kennismaken

Een traineeship kent geen vaste onderdelen. U mag het programma zelf bepalen. Dit zal dus ook sterk afhangen van uw organisatiedoelstellingen. Wel is het de bedoeling dat een trainee kennismaakt met verschillende onderdelen en vakgebieden binnen uw organisatie. Dat gebeurt vaak met behulp van coaching, assessments en voortgangsgesprekken, maar ook door op diverse afdelingen mee te draaien.

6.2.6 Leerwerktrajecten

opstap

combinatie

Voor veel jongeren in het vmbo en mbo is praktijkervaring opdoen door een leerwerkplek dé opstap naar een baan. Ook voor oudere werknemers kan een combinatie van werken en leren zeer geschikt zijn. Wil uw organisatie leerwerktrajecten aanbieden, dan moet u een duaal leertraject inrichten voor de combinatie van werk met onderwijs. Werknemers kunnen zo hun praktijkervaring uitbreiden en aanvullen met theoretische kennis op school. Na afloop van zo’n traject kunnen de werknemers een diploma krijgen.

Erkend leerbedrijf

kenniscentra

erkenning ­aanvragen

Instellingen voor beroepsonderwijs die leerwerktrajecten willen opzetten, zijn verplicht hierbij samen te werken met erkende leerbedrijven. De erkenning wordt verleend door diverse kenniscentra. Ook uw organisatie kan een erkend leerbedrijf worden, als ze aan een aantal voorwaarden voldoet. Een belangrijke eis is dat leerlingen een goede begeleiding krijgen op de werkvloer. U moet de erkenning aanvragen bij het kenniscentrum van uw branche.

De stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) is het overkoepelende orgaan dat de kwaliteit van het mbo waarborgt. U kunt het kenniscentrum van uw branche vinden via de website van SBB: s-bb.nl.

Bedrijfsopleiding op maat

niet te ­specifiek

Organisaties mogen tijdens leerwerktrajecten hun leerling-werknemers zo sturen en begeleiden dat ze hun in feite een bedrijfsopleiding op maat geven. Voorwaarde is wel dat de opleiding niet te specifiek is. Leerlingen moeten voldoende praktijkkennis vergaren om ook elders op de arbeidsmarkt aan de slag te kunnen.

Varianten in leerwerktrajecten

BBL

BBL

Er zijn diverse soorten leerwerktrajecten, namelijk:

  • Aan de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) in het mbo mag iedereen van 16 jaar en ouder deelnemen, ongeacht zijn vooropleiding. BBL-leerlingen gaan minimaal drie dagen per week op stage.
  • In de beroepsopleidende leerweg (BOL) in het mbo gaan leerlingen één tot drie dagen per week op stage. De overige dagen zitten ze op school.
  • Binnen het vmbo bestaat de basisberoepsgerichte leerweg (BB)
  • . Dit is een volwaardige leerroute voor leerlingen die zich vooral op de praktijk willen richten.

maatwerk

Naast deze officiële leerwerktrajecten, zijn de laatste jaren ‘leerwerktrajecten op maat’ in opkomst. Deze worden georganiseerd door (groepen) werkgevers in samenwerking met regionale of agrarische opleidingscentra en vakscholen. Deze trajecten kunnen vaak meer maatwerk bieden en daardoor voor uw werkgever aantrekkelijk zijn.