U bent hier

Onderneming & Personeel
Aan de slag met de cao7. Wettelijk kader voor cao’s7.1 Cao moet voldoen aan wettelijke regels

7.1 Cao moet voldoen aan wettelijke regels

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier OR Rendement
Publicatiedatum: oktober 2017

Burgerlijk ­Wetboek

Allereerst kunt u de cao zien als een gewone overeenkomst, waarop alle regels van toepassing zijn die in het Burgerlijk Wetboek staan – het zogenoemde algemeen verbintenissenrecht. Dit is alleen anders als de Wet op de cao van dit algemeen verbintenissenrecht afwijkende voorschriften geeft. Daarnaast bevat de Wet op de cao een aantal extra voorwaarden waaraan een overeenkomst moet voldoen, wil er sprake zijn van een rechtsgeldige cao. Zo moeten cao-partijen bevoegd zijn en moet er een cao-akte worden opgemaakt.

7.1.1 Cao-partijen bevoegd

rechtsvorm

De eerste voorwaarde is dat werknemersorganisaties en werkgeversorganisaties die partij zijn bij een cao de rechtsvorm van een vereniging met een volledige rechtsbevoegdheid moeten hebben.

Voor een individuele werkgever is dit niet nodig, deze hoeft niet als vereniging deel te nemen aan de cao-onderhandelingen.

Deze rechtsbevoegdheid krijgt een vereniging door de eigen statuten op te nemen in een notariële akte. Deze statuten moet de vereniging vervolgens inschrijven in het verenigingsregister bij de Kamer van Koophandel.

Statuten

vereiste

Werknemers of werkgevers die zich hebben georganiseerd in een stichting, kunnen geen cao-partij zijn. Naast de verenigingsvorm is er nog een formele vereiste. Werkgevers- of werknemersverenigingen die een cao willen kunnen afsluiten, moeten deze bevoegdheid uitdrukkelijk in hun statuten opnemen.

7.1.2 Geldigheid cao vastleggen

onderhandse akte

Verder is een cao pas rechtsgeldig als de partijen de afspraken vastleggen in een authentieke of onderhandse akte. Een authentieke akte is een document dat een openbaar ambtenaar – meestal een notaris – heeft opgesteld en gewaarmerkt. Een overeenkomst die zonder de aanwezigheid van een notaris is opgesteld, heet een onderhandse akte. Een mondelinge overeenkomst of brieven kunnen nooit het predicaat cao krijgen.

Voor de goede orde: een vereniging of individuele werkgever moet officieel als cao-partij zijn aangemerkt vóór deze de akte ondertekent.