9.6 Eerder met pensioen

Niet alle werknemers zien het zitten om tot hun AOW-gerechtigde leeftijd door te werken. Maar eerder stoppen met werken kan vaak niet zomaar, vooral nu de overheid langer doorwerken stimuleert. Er zijn wel regelingen waarmee werknemers gezond de pensioendatum kunnen halen of eerder met pensioen kunnen. Dat zijn onder meer de tijdelijk versoepelde regels voor een regeling voor vervroegde uittreding (RVU), het verlofsparen en de generatieregeling.

9.6.1 Regeling voor vervroegde uittreding

RVU-heffing

Als een werkgever met een werknemer een financiële regeling overeenkomt om eerder met pensioen te gaan, is de kans groot dat het gaat om een RVU. Om langer doorwerken te stimuleren, geldt een heffing voor een RVU. De werkgever betaalt een extra eindheffing over een financiële uitkering waarmee eerder kan worden gepensioneerd, de werkgeversbijdragen en de -premies. Die RVU-heffing is hoog: het gaat om 52% pseudo-eindheffing. Sinds 2021 geldt er onder voorwaarden tijdelijk een versoepeling van de RVU-heffing voor werknemers die binnen drie jaar van de AOW-gerechtigde leeftijd zitten. De werkgever hoeft hierdoor geen heffing over de uitkering van deze werknemers te betalen. Dit geldt tot € 2.037 bruto per maand (bedrag 2023).

Vanaf september 2023 kunnen werkgevers zelf subsidie aanvragen (MDIEU) om de duurzame inzetbaarheid van werknemers te vergroten of werknemers met zwaar werk eerder te laten stoppen door een RVU aan te bieden.

9.6.2 Verlofsparen voor duurzame inzetbaarheid

compensatieverlof

eerder stoppen met werken

Sinds 1 januari 2021 is het maximum voor het fiscaal gunstig verlofsparen verruimd van 50 naar 100 weken. Tot 1 januari 2021 moesten werknemers die meer dan 50 weken bovenwettelijk vakantieverlof en compensatieverlof hadden gespaard daar belasting over betalen. Met de verruiming zijn nu maximaal 100 weken onbelast. Dit is voor werkgevers en werknemers interessant in het kader van duurzame inzetbaarheid. Een werknemer kan het verlof tussentijds opnemen voor bijvoorbeeld een sabbatical of bijscholing. Ook kan een werknemer het verlof gebruiken om bijna twee jaar (100 weken) eerder te stoppen met werken. De verruiming van het verlofsparen is voor alle werknemers. Met de verruiming zijn er meer mogelijkheden om een compensatie voor overwerk, ploegendiensten of ander zwaar werk toe te kennen in de vorm van extra betaald verlof. Dit bevordert de duurzame inzetbaarheid van mensen met een zwaar beroep.

9.6.3 Generatieregeling

minder werken

Een werkgever kan gebruikmaken van een generatieregeling om oudere werknemers minder te belasten. Een generatieregeling geeft oudere werknemers de mogelijkheid om minder te gaan werken zonder grote financiële gevolgen. Bijvoorbeeld de 80-90-100-regeling, waarbij de werknemer 80% van zijn oorspronkelijke uren werkt met behoud van 90% van zijn salaris en 100% van zijn pensioenopbouw. De generatieregeling is vaak bij cao geregeld.