6.5 Ontwikkelen via het ABC
basis
Een mens die zich wil ontwikkelen – op welk vlak dan ook – heeft een basis nodig. Het ABC is zo’n basis en het staat voor autonomie, betrokkenheid en competenties. Deze drie zaken zijn sterk met elkaar verbonden en een werknemer voelt zich goed als hij ze optimaal benut. Zo kan hij zelf bepalen wat hij doet, met wie hij het doet en hoe hij het doet.
6.5.1 Autonomie
ontbreken
Autonomie houdt in dat een mens zelf bepaalt wat hij doet en hoe hij dat doet. Werknemers hebben grote delen van de dag activiteiten op een manier die indruist tegen het gevoel van autonomie. Autonomie kan ook ontbreken in andere delen van het leven, zoals het privéleven of in een relatie.
Gebrek aan autonomie kan energie vreten
andere tijdsinvulling
Stel dat een werknemer maar blijft zeggen dat hij zin heeft in het weekend of een vrije dag. Misschien doet hij dat, omdat doordeweeks niet de werknemer, maar de werkgever bepaalt hoe de tijd wordt ingevuld. De werknemer zou misschien voor een andere tijdsinvulling kiezen als hij het voor het zeggen had. Dan is het niet zo gek dat de werknemer moeite heeft met opstaan, chagrijnig in de file staat, moppert op de werkvloer en ‘s avonds futloos is.
concrete doelen
Durf kritisch te kijken naar de huidige mate van autonomie binnen uw organisatie, ga in gesprek met werknemers en stel samen doelen om de autonomie te vergroten. Staar u niet blind op obstakels, maar focus u op wat wel mogelijk is. Concrete doelen kennen voorwaarden: ze zijn intrinsiek, realistisch, haalbaar en ze dagen uit om te groeien.
U kunt de autonomie van werknemers vergroten door ze verantwoordelijkheid te geven, eigen keuzen te laten maken, aan te moedigen tot initiatief en zelfstandigheid te stimuleren.
6.5.2 Betrokkenheid
contact met anderen
opladen
Verbondenheid betekent dat een mens zich graag geliefd wil voelen en betekenisvol contact wil hebben met anderen. Als een werknemer vijf van de zeven werkdagen per week doorbrengt met collega’s in een weinig inspirerende omgeving, zal de werknemer dat liever doen met dierbaren waarmee hij zich meer verbonden en betrokken voelt. Hierdoor zijn de weekenden en vakanties harder nodig om op te laden en het brein de sociale verbondenheid te geven.
Individualisme
In de huidige maatschappij, waar individualisme de norm is en de meesten druk zijn met het werk, kan het lastig zijn om zinvolle relaties en connecties aan te gaan. Een sterker sociaal netwerk kan iemand ook vinden op het werk. Zo wordt hij gehoord en gezien, en dat vergroot het werkplezier.
De sterke verbindingen – zoals het gezin en vrienden – en de zwakke verbindingen – collega’s, kennissen van de tennisvereniging – zijn allebei even belangrijk om onder andere empathisch te blijven en te leren.
stimuleren
Als arboprofessional kunt u samen met uw werkgever en de leidinggevenden het gevoel van betrokkenheid van werknemers vergroten. Dat doet u door werknemers:
- hun mening te laten uiten;
- te laten luisteren naar elkaar;
- te stimuleren om deel te nemen;
- groepsversterkende activiteiten te laten organiseren;
- informele momenten te laten creëren.
6.5.3 Competenties
investeer in werknemers
Het werk is leuk als een werknemer graag goed wil zijn in wat hij doet. Zo kan hij blijven leren, groeien en projecten of taken met succes afronden. Loopt de werknemer de kantjes ervan af of krijgt hij niet de tijd om iets met zorg te doen? Dan ervaart hij geen voldoening en is het steeds lastiger opnieuw op te laden. De hoeveelheid stress neemt toe en er ontstaan energielekken. Het gevolg is dat de werknemer ander gedrag gaat vertonen en andere manieren om met het werk om te gaan. Zelfs de meest simpele taken kunnen kracht gaan kosten. Als een werknemer doet waar hij goed in is en waar hij dus energie van krijgt, benut hij zijn volle potentieel. Dat is goed voor de werknemer en uw organisatie. Uw organisatie moet investeren in werknemers en hen regelmatig ontwikkelmogeljikheden aanbieden, bijvoorbeeld in de vorm van trainingen.
vertrouwen
Ook op het competentievlak kunt u als arboprofessional adviseren om samen met uw werkgever en de leidinggevenden op te trekken. Uw organisatie doet dit als volgt:
- geef uitdagende taken;
- schep duidelijke kaders;
- heb vertrouwen in wat de werknemer kan;
- geef positieve feedback.
Geef feedback met de sandwichmethode. De onderste snee brood staat gelijk aan een positieve insteek. De aandachtspunten en opmerkingen vormen het beleg, deze brengt de werkgever op een opbouwende manier. De bovenste snee brood is de afsluiting (compliment).