10.1 Naheffingsaanslag
De Belastingdienst kan naheffen tot en met vijf jaar na afloop van het betreffende kalenderjaar. Het is dus van groot belang om het gebruik van (bestel)auto’s van de zaak correct te verwerken.
10.1.1 De werkgever
verzuim
correctie
De fiscus kan rond de auto van de zaak een naheffingsaanslag loonheffingen opleggen aan uw onderneming als u:
- heeft verzuimd om de benodigde bijtelling wegens privégebruik te doen;
- een onjuiste (tijdsevenredige) verloning van de bijtelling over het betreffende tijdvak heeft toegepast;
- een verkeerde cataloguswaarde van de auto heeft gebruikt;
- de eigen bijdrage van de werknemer fout heeft verrekend;
- losse correcties rond de auto van de zaak moet doen voor loonaangiften van een vorig kalenderjaar.
Op de naheffingsaanslag is een uiterste betaaldatum vermeld. Doorgaans is dat 14 dagen na dagtekening. Valt de laatste dag van de betaaltermijn in het weekend of op een erkende feestdag, dan moet u de aanslag uiterlijk op de laatste werkdag vóór deze dagen betalen.
Boete
boetematiging
vergrijpboete
Uw onderneming kan voor aangifte-, betaal- en correctieverzuim een verzuimboete opgelegd krijgen. Boetematiging is slechts mogelijk als u specifieke feiten of omstandigheden kunt aanvoeren om te bewijzen dat er fouten zijn gemaakt. Dat vraagt meestal wel om een gang naar de rechter. In de bijzondere situaties dat er sprake is van opzet of grove schuld kan de fiscus ervoor kiezen om een vergrijpboete op te leggen. Ook strafvervolging is in deze situatie mogelijk.
Specifiek rond de (bestel)auto van de zaak kan de Belastingdienst u een boete van maximaal € 5.514 opleggen als u bijvoorbeeld wist dat de werknemer onterecht over een verklaring beschikte.
Verhalen
verzoek
Ontvangt uw onderneming de naheffing, dan kunt u deze juridisch gezien deels op de werknemer verhalen, te weten voor het bedrag aan loonbelasting/premie volksverzekeringen en werknemersbijdrage Zorgverzekeringswet (ZVW). U moet de fiscus dan om een verhaalbare naheffingsaanslag verzoeken. De inspecteur legt zo’n aanslag alleen op als er geen praktische bezwaren zijn tegen het verhalen van de naheffingsaanslag op de werknemer. Dit is het geval als het om een klein aantal werknemers gaat. Ook kijkt de fiscus of de te weinig afgedragen loonheffingen te wijten zijn aan u of de werknemers. Denk hierbij aan het achterhouden van informatie of het verstrekken van onjuiste informatie.
Als u het verhaalbare deel van een naheffing niet verhaalt, moet u dat voordeel als loon bij de werknemer of als eindheffingsloon ten laste van de vrije ruimte verwerken.
10.1.2 De werknemer
verklaring
intrekken
De fiscus kan de naheffingsaanslag rond de auto van de zaak inclusief een boete ook aan de werknemer opleggen als:
- de werknemer de auto voor meer dan 500 privékilometers heeft gebruikt terwijl hij een ‘Verklaring geen privégebruik auto’ heeft;
- de werknemer de ‘Verklaring geen privégebruik auto’ gaandeweg het jaar laat intrekken, omdat hij de auto toch privé gaat gebruiken;
- de ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’ op uw initiatief wordt ingetrokken, omdat u weet of vermoedt dat de werknemer toch privé rijdt met de bestelauto;
- niet kan worden aangetoond wat het zakelijke gebruik is van de bestelauto waarvoor een ‘Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto’ is ingediend.
Geen vergoeding
loonheffingen
Als de naheffing voor rekening van de werknemer komt, draait hij op voor álle niet-betaalde loonheffingen, dus ook voor de nageheven premies werknemersverzekeringen en werkgeversheffing ZVW. Hij krijgt ook geen vergoeding.
Zijn er te weinig loonheffingen betaald, dan kan de fiscus bij het naheffen ervan ook belastingrente van 7,5% over het nog verschuldigde bedrag in rekening brengen.