2.2 Analyseer uw eigen doelgroep
Als u een idee wilt pitchen, is nadenken over uw doelgroep één van de eerste dingen die u moet doen. Vraag uzelf eens het volgende af: kunt u uw doelgroep in een paar zinnen omschrijven?
2.2.1 Mannen of vrouwen
geslacht
aangesproken
Zijn het vooral mannen, vrouwen of doet het geslacht er niet toe voor het idee dat u pitcht of presenteert? Vroeger verkochten fabrikanten hun wasmiddel aan één specifieke doelgroep: de huisvrouw met kinderen. De fabrikanten speelden uitsluitend in op de behoefte van moeders. Er was namelijk eindelijk een wondermiddel dat alle vlekken uit de kinderkleding kon verwijderen. Natuurlijk was dit de droom van elke moeder! Zij voelden zich ‘op en top’ aangesproken door deze reclame. Vandaag de dag is dat maar moeilijk voor te stellen. De rolverdeling tussen man en vrouw is de afgelopen jaren flink veranderd. Tegenwoordig spelen wasmiddelenfabrikanten meer in op families in plaats van bewust op de man of de vrouw.
Of u zich richt op mannen, vrouwen of beiden is vooral belangrijk als het gaat om uw schrijf- of spreektaal. Gebruikt u vaak ‘hij’ en ‘hem’ of eerder ‘zij’ en ‘haar’ of een combinatie hiervan? Maak hier een bewuste keuze in en voorkom dat maar één groep zich aangesproken voelt, terwijl u eigenlijk beide groepen tot uw doelgroep rekent.
2.2.2 Leeftijd
opsplitsen
U kunt de leeftijd van uw doelgroep gemakkelijk in drie groepen opsplitsen:
- kinderen;
- volwassen;
- ouderen.
U kunt ook specifieke leeftijdsverdelingen van bijvoorbeeld tien of twintig jaar bij elkaar zetten als één doelgroep.
Stel: uw organisatie verkoopt kinderboeken. Dan verkóópt u het product aan de ouders, maar eigenlijk máákt u het voor de kinderen. Dat betekent dat u twee doelgroepen moet bedienen: de koper moet net zo goed gecharmeerd zijn van het boek als de beoogde lezer, het kind.
spreekvorm
functie
Vraag uzelf af: voor welke leeftijden zijn uw ideeën, producten of diensten geschikt? Met welke spreekvorm spreekt u uw doelgroep aan? U kunt kiezen voor de u- of de jij-vorm. Belangrijk is het om na te gaan waar uw doelgroep zich het prettigst bij voelt. Dat hangt niet alleen samen met leeftijd, maar ook met het soort functie dat uw doelgroep heeft.
2.2.3 Voorkennis
Bij het aanspreken van uw doelgroep moet u rekening houden met het kennisniveau. Sommige werknemers weten veel van een bepaald onderwerp en anderen juist weer minder. U wilt geen mensen kwijtraken omdat zij alles wat u vertelt al weten of juist omdat ze u niet kunnen volgen.
Een training volgen
Stel, u wilt voor uw functie een training volgen. U kijkt op de website van een mogelijk trainingsbureau en u bent verkocht. De resultaten die de websitetekst belooft, klinken u als muziek in de oren. U boekt de training en aan het begin van de dag neemt de trainer het programma door met de aanwezige deelnemers.
ontwikkelen
Het eerste onderdeel is u al bekend en daar leert u niets nieuws. Bij het volgende onderdeel is er weinig diepgang, waardoor u onbewust juist meer vragen krijgt. U neemt tenslotte deel aan de training om uzelf te ontwikkelen, nietwaar?
Teleurgesteld
niveauverschil
Aan het einde van de training bent u toch wel teleurgesteld. De website beloofde u gouden bergen. Maar eerlijk gezegd is wat u betreft deze belofte helemaal niet waargemaakt. De overige deelnemers kunnen hier anders over denken natuurlijk. Dit heeft te maken met het niveauverschil. Het kan goed zijn dat een aantal deelnemers nog geen kennis over het onderwerp had. Dat zorgt ervoor dat het uitgangsniveau niet hetzelfde is. Als u dit zelf wilt voorkomen, is het goed om te achterhalen welk niveau het beste bij uw doelgroep en ideeën past: basis, gevorderd of expert.
vakjargon
nieuwe informatie
Op welk niveau communiceert u met uw doelgroep?
- Denk aan de manier waarop u spreekt. Praat u voortdurend in vakjargon met moeilijke begrippen en termen of juist in jip-en-janneketaal? Spreekt u niet dezelfde taal als uw doelgroep, dan kan het goed zijn dat u niet (meer) wordt begrepen en dat mensen afhaken. En dat is natuurlijk jammer. Zo raakt uw doelgroep niet op de hoogte van uw waardevolle ideeën.
- Het kan goed zijn dat u met uw idee of product een eerste (basis)probleem oplost, bijvoorbeeld als u een instructie opstelt. Als een willekeurige klant deze informatie al kende, kan hij teleurgesteld zijn of niet tevreden met de verkregen dienst. Het liefst krijgt deze persoon natuurlijk nieuwe informatie, zodat hij of zij geholpen is en weer vooruit kan.
Als u niet handelt op het niveau van bijvoorbeeld een leidinggevende, een werknemer of een klant kan er wrijving ontstaan tussen u en de doelgroep. Wellicht verliest u hierdoor draagvlak of potentiële klanten voor uw organisatie. Dat zou zonde zijn!
2.2.4 Problemen + oplossing = herkenning
Voor welke problemen heeft u of uw organisatie een oplossing? Dit is misschien wel de belangrijkste vraag. Voor welk probleem komt uw doelgroep bij u of uw organisatie terecht? Anders geformuleerd: welke problemen lost u voor uw leidinggevende, uw werknemers of uw klanten op?