U bent hier

Onderneming & Salaris
Personeelssubsidies7. Speur- en ontwikkelingswerk7.1 Welke kosten en uitgaven komen in aanmerking?

7.1 Welke kosten en uitgaven komen in aanmerking?

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: januari 2025

loonkosten

Om een WBSO-voordeel te kunnen krijgen moet er een duidelijk verband zijn tussen de opgegeven kosten en de te verrichten S&O-werkzaamheden. Bovendien moeten de kosten voor 100% zijn toe te rekenen aan het project. De uitgaven mogen daarentegen wel gedeeltelijk toerekenbaar zijn. De betalingen moeten bovendien drukken op de S&O-inhoudingsplichtige (zie paragraaf 7.2). Dat zullen in de praktijk vaak loonkosten van ‘innoverende’ werknemers zijn.

7.1.1 Kosten en uitgaven

verbruiks-goederen

ICT-tools

huur

Maar ook andere kosten worden gesubsidieerd. Afhankelijk van het S&O kunnen de volgende kosten en uitgaven in aanmerking komen. Denk bijvoorbeeld aan:

  • aanschaf van verbruiksgoederen, materialen en onderdelen voor het doen van proeven of het maken van proefbatches;
  • aanschaf van materialen en onderdelen voor het zelf vervaardigen van een prototype zonder potentiële productieve of commerciële betekenis in het kader van een eigen ontwikkelingsproject;
  • aanschaf van licenties voor specifieke softwaretools of ICT-tools die noodzakelijk zijn voor het zelf ontwikkelen van technisch nieuwe programmatuur;
  • kosten voor de huur van apparatuur of (delen van) gebouwen die uitsluitend dienstbaar zijn aan de eigen S&O-werkzaamheden;
  • (delen van) nieuwe gebouwen voor zover deze direct toerekenbaar en dienstbaar zijn aan de eigen S&O-werkzaamheden.

prototypes

Lang niet alle noviteiten voor een organisatie zijn daadwerkelijk innovatie voor de WBSO. En dan is het ook nog zaak om onderscheid te maken in verschillende kosten. De kosten van een machine voor het maken van prototypes vallen bijvoorbeeld wel onder de WBSO. Maar kosten voor machines om het nieuwe product vervolgens op de markt te brengen niet. Want dát is niet meer de innovatie.

In de handleiding van uitvoerder RVO over de WBSO (zie rvo.nl/wbso) staat een lange opsomming met werk dat zonder meer buiten de regeling valt. Dat gaat bijvoorbeeld om marktonderzoek en administratief werk.

7.1.2 Werkelijke kosten en uitgaven of een forfait

S&O-­administratie

Als S&O-inhoudingsplichtige kan jouw organisatie kiezen of de werkelijke kosten en uitgaven ten behoeve van de eigen S&O óf een forfait van de kosten en uitgaven boven op de S&O-loonkosten komen. Over het totale bedrag wordt vervolgens het WBSO-voordeel (het bedrag aan S&O-afdrachtvermindering in jouw S&O-verklaring) berekend. Dit vergt dus een uitgebreide S&O-administratie. Ook bij de aanvraag (voordat het innovatieproject start) moet je al een gedegen inschatting maken van de uren en kosten en uitgebreid beschrijven wat het project in gaat houden.