3.2 Loonkostenvoordelen
Het loonkostenvoordeel (LKV) kent vier categorieën:
- het LKV oudere werknemer;
- het LKV arbeidsgehandicapte werknemer;
- het LKV doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden;
- het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer.
3.2.1 Voorwaarden voor alle of meerdere LKV’s
werknemersverzekeringen
Elk LKV kent zijn eigen voorwaarden. Toch zijn er ook voorwaarden die gelden voor alle of meerdere LKV’s. Zo geldt voor alle LKV’s dat de werknemer verzekerd moet zijn voor de werknemersverzekeringen. Aangezien je geen premies werknemersverzekeringen betaalt voor werknemers die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, heeft jouw werkgever voor deze groep ook geen recht op een LKV.
Een werkgever kan voor één werknemer aan de voorwaarden van één of meerdere LKV’s voldoen. Toch is stapeling van de LKV’s voor dezelfde werknemer niet mogelijk. Alleen het hoogst berekende LKV wordt uitgekeerd. De andere tegemoetkoming vervalt.
Doelgroepverklaring
UWV
gemeente
machtigen
De WTL bepaalt dat werkgevers voor alle LKV’s in het bezit moeten zijn van een doelgroepverklaring. Aangezien UWV bekend is met de doelgroepen, zorgt zij ook voor de beoordeling en de afgifte van doelgroepverklaringen. Is de werknemer 56 jaar of ouder en krijgt hij een uitkering van de gemeente, dan moet hij de doelgroepverklaring LKV bij de gemeente aanvragen. In principe kan de werknemer deze zelf online of telefonisch aanvragen binnen drie maanden na indiensttreding of herplaatsing. Maar hij kan zijn werkgever ook machtigen om de doelgroepverklaring namens hem aan te vragen en te ontvangen. Houd er rekening mee dat het tot dertien weken na de aanvraag kan duren voordat de werknemer hoort of de verklaring wordt toegekend.
Werkgevers en werknemers hoeven waarschijnlijk per 1 januari 2026 geen doelgroepverklaring meer aan te vragen voor het LKV doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden. Je leest hier meer over in paragraaf 3.2.4.
Bewaar een kopie van de doelverklaring in de loonadministratie en controleer ook of de verklaring nog geldig is. De werknemer kan bijvoorbeeld in de tussentijd de AOW-leeftijd bereiken, waardoor hij niet langer tot de één van de doelgroepen behoort.
Aanvragen LKV
aanvinken
indicatie
Zodra je een doelgroepverklaring hebt, kun je in de aangifte loonheffingen de indicatie voor het betreffende LKV aanvinken (op ‘ja’ zetten). Doe dit voor iedere werknemer van wie je denkt dat de organisatie een tegemoetkoming moet krijgen en voor wie je over een doelgroepverklaring beschikt. UWV weet door jouw vinkje dat zij kan bepalen of jouw werkgever recht heeft op een LKV en zo ja, dat zij over kan gaan tot het berekenen van de aan jou uit te betalen bedragen aan tegemoetkoming. Als je de indicatie voor een LKV niet aanvinkt in, loop je de tegemoetkoming mis.
LKV berekenen
verloond uur
contracturen
Het LKV is een vaststaande vergoeding voor elk verloond uur dat de werknemer bij de organisatie heeft gewerkt. Daar zit wel een plafond aan. Verloonde uren zijn het aantal uren dat je aan de werknemer voor al zijn inkomstenverhoudingen in een aangiftetijdvak betaalt. Hieronder vallen:
- de uren die de werkgever met de werknemer is overeengekomen (contracturen);
- niet-gewerkte, maar wel volledig uitbetaalde uren (zoals verlof of ziekte);
- niet-opgenomen, maar wel volledig uitbetaalde verlofuren.
boete
onjuist
In de tabel hiernaast zie je per doelgroep de vergoeding per verloond uur, de maximale bedragen en de maximale termijn. Omdat een werkgever de tegemoetkoming uitbetaald krijgt per verloond uur van de werknemer, is het van groot belang dat je in de loonaangifte het aantal verloonde uren goed invult. Je riskeert een boete van € 1.319 per geval als je onterecht een aanvraag indient of onjuiste gegevens opneemt in de loonaangifte.
Termijn
Voldoet de organisatie aan alle voorwaarden, dan krijg je voor een aaneengesloten periode van maximaal drie jaar vanaf het moment van (eerste) indiensttreding van de betreffende werknemer:
- het LKV oudere werknemer;
- het LKV arbeidsgehandicapte werknemer;
- het LKV doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden.
voortzetting
Het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer geldt voor een periode van maximaal één jaar; er is immers sprake van een voortzetting van een bestaande arbeidsrelatie. De tegemoetkoming stopt als de werknemer de AOW-leeftijd bereikt. Dit kan dus tot een eerder einde leiden dan volgens de maximale toepassingsperiode.
Bedragen loonkostenvoordelen
Doelgroep | Loonkostenvoordeel | Maximale termijn |
Oudere werknemer (56 jaar en ouder) die zijn begonnen vóór 2024 | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar | drie jaar |
Oudere werknemer (56 jaar en ouder) die zijn begonnen op of na 1 januari 2024 | € 1,35 per verloond uur en maximaal € 2.600 over 2025 | stopt in 2026 |
Arbeids-gehandicapte werknemer | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar | drie jaar |
Doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden | € 1,01 per verloond uur en maximaal € 2.000 per kalenderjaar | drie jaar |
Herplaatsing arbeidsgehandicapte werknemer |
€ 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar | één jaar |
Voor oudere werknemers die op of na 1 januari 2024 in dienst zijn getreden, krijgt de werkgever € 3,05 per verloond uur over 2024 (maximaal € 6.000 per jaar) en € 1,35 per verloond uur over 2025 (maximaal € 2.600 per jaar). In 2026 stopt deze LKV. De tegemoetkoming van € 3,05 per verloond uur blijft wel maximaal drie jaar gelden voor oudere werknemers die vóór 1 januari 2024 in dienst zijn gekomen.
Onderbreking dienstverband
tijdelijk
Er kan slechts eenmaal een periode van drie jaar of één jaar recht bestaan op een LKV. Bij een onderbreking loopt de eenmaal gestarte maximale toepassingsperiode voor een LKV door, ook al heeft de organisatie in die periode tijdelijk geen recht op het LKV (omdat de werknemer niet bij jou in dienst is). De organisatie komt niet in aanmerking voor een LKV (met uitzondering van het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer) als de werknemer in de zes maanden ervoor ook al bij die organisatie in dienst was.
Beoordeling LKV
UWV
voorlopig overzicht
UWV beoordeelt op basis van de werknemersgegevens in de polisadministratie of de werkgever recht heeft op een LKV en hoeveel de tegemoetkoming bedraagt. Je krijgt uiterlijk 15 maart een voorlopig overzicht van de tegemoetkomingen (zowel LKV als LIV) waarop jouw organisatie recht heeft. De berekening is gebaseerd op de door jou tot 31 januari gedane loonaangiften en correcties van het lopende jaar over het voorgaande jaar. UWV neemt alleen de correcties die je tot 1 mei instuurt nog mee in de definitieve berekening.
Uitbetaling
beschikking
Na de beoordeling van het recht op de tegemoetkoming en de bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming stuurt UWV de informatie door aan de Belastingdienst. De Belastingdienst stuurt je vóór 1 augustus een beschikking waarin staat waar je qua LKV en LIV recht op hebt. De eventuele uitbetaling volgt in ieder geval binnen zes weken na de datum op de beschikking. Dit is uiterlijk op 12 september.
3.2.2 LKV oudere werknemer
Het LKV oudere werknemer is voor werkgevers die een werknemer van 56 jaar of ouder in dienst nemen.
Uitkeringen
WAO
Wajong
IOAW
WIA-uitkering
Daarnaast moet die werknemer in de maand voordat hij in dienst kwam recht hebben gehad op een uitkering op basis van één van de volgende wetten:
- de Werkloosheidswet (WW);
- de Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW);
- de Participatiewet;
- de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO);
- de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA);
- de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (Waz);
- de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten (Wajong; ook inkomensondersteuning op grond van deze wet is voldoende);
- De Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening militairen (Wamil);
- de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);
- de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW);
- uitkeringen uit de Europese Unie, de EER of Zwitserland die hetzelfde doel hebben als de bovenstaande Nederlandse uitkeringen.
3.2.3 LKV arbeidsgehandicapte werknemer
loon-doorbetaling
arbeids-ongeschikt
Werkgevers krijgen het LKV arbeidsgehandicapte werknemer voor een werknemer die voldoet aan één van de volgende voorwaarden:
- De werknemer had voor 1 januari 2006 recht op een WAO- of Waz-uitkering en was daarom arbeidsgehandicapt op grond van de Wet REA. En hij zou in de maand voordat hij bij jouw organisatie in dienst kwam, om dezelfde reden arbeidsgehandicapt in de zin van de Wet REA zijn geweest als de Wet REA niet was ingetrokken.
- De werknemer had recht in de kalendermaand voordat hij in dienst kwam recht op een op een WIA-uitkering of op
- een uitkering uit de Europese Unie, de EER of Zwitserland die hetzelfde doel heeft als de WIA-uitkering.
- De werknemer komt in dienst binnen vijf jaar na de dag waarop de wachttijd (of het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) is geëindigd, en voldoet aan deze twee voorwaarden:
- UWV heeft in een arbeidskundig onderzoek vastgesteld dat de werknemer op de eerste dag na afloop van de wachttijd van de WIA (of van het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) voor minder dan 35% arbeidsongeschikt was en niet in staat zijn eigen of ander passend werk te doen bij de werkgever bij wie hij die dag nog in dienst was.
- De werknemer was elf weken voor het einde van de wachttijd van de WIA (of van het tijdvak van de verlengde loondoorbetalingsverplichting) nog in dienst bij dezelfde werkgever die hij had toen hij ziek werd.
3.2.4 LKV doelgroep banenafspraak
minimumloon
gemeente
schoolverlaters
voorziening
Het LKV doelgroep banenafspraak en scholingsbelemmerden van € 1,01 per verloond uur en maximaal € 2.000 per werknemer per jaar is bedoeld voor de volgende personen:
- De werknemer heeft recht op een uitkering of arbeidsondersteuning op grond van de Wet Wajong.
- De werknemer heeft een WSW-indicatie (Wet sociale werkvoorziening).
- De werknemer is volgens UWV niet in staat om 100% van het wettelijke minimumloon te verdienen en wordt onder verantwoordelijkheid van de gemeente naar werk begeleid. Of de gemeente heeft bij het beoordelen van de loonkostensubsidie vastgesteld dat hij niet in staat is om 100% van het wettelijke minimumloon te verdienen. In beide gevallen geldt dat de werknemer op of na 1 januari 2016 in dienst is gekomen bij zijn (toenmalige) werkgever en op dat moment is vastgesteld dat hij minder dan 100% van het minimumloon kan verdienen.
- De werknemer beschikt over een indicatie als arbeidsbeperkte. Hieronder vallen onder meer schoolverlaters van het Voortgezet Speciaal Onderwijs en van het Praktijkonderwijs. Hij heeft een Wiw-baan (Wet inschakeling werkzoekenden) of een ID-baan (in- en doorstroombaan).
- De werknemer heeft een voorziening van UWV of de gemeente en kan zonder die voorziening niet het minimumloon verdienen.
- De werknemer hoort niet tot de doelgroep banenafspraak, hij heeft door een ziekte of gebrek problemen gehad bij het volgen van onderwijs en hij komt binnen vijf jaar na afronding van dat onderwijs bij de werkgever in dienst.
- De werknemer voor wie je dit LKV aanvraagt, moet in de maand voordat hij bij jouw organisatie in dienst trad aan een van de hierboven genoemde voorwaarden voldoen.
LKV doelgroep banenafspraak wordt structureel
Bij het ter perse gaan van dit dossier ligt er bij de Tweede Kamer het voorstel van de Wet banenafspraak. Daarin staat onder meer het plan dat werkgevers per 1 januari 2026 het LKV voor een werknemer uit de doelgroep van de banenafspraak krijgen zolang de werknemer in dienst blijft. Onder de huidige regeling krijgen werkgevers maximaal drie jaar dit LKV. Bovendien hoeven werkgevers en werknemers dan geen doelgroepverklaring meer aan te vragen bij UWV voor dit LKV. Werkgevers kunnen dan voortaan op basis van het doelgroepregister banenafspraak bepalen of ze voor een werknemer in aanmerking komen voor het LKV doelgroep banenafspraak.
3.2.5 LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer
functiewissel
Er is tot slot nog het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer. Dit LKV is voor werkgevers die een werknemer in dienst houden die zijn eigen arbeid (deels) hervat of een andere functie bij diezelfde werkgever gaat bekleden. De werknemer moet dan voldoen aan één van de volgende voorwaarden:
- Hij heeft of krijgt bij de terugkomst of functiewissel recht op een WIA-uitkering of een naar aard en strekking vergelijkbare uitkering op grond van het sociale zekerheidsstelsel van een andere EU-lidstaat, een EER-partij of Zwitserland.
- Hij had vóór 2006 recht op een WAO- of Waz-uitkering en was daarom arbeidsgehandicapt op grond van de Wet REA. Hij zou daarom in de maand voor herplaatsing om dezelfde reden arbeidsgehandicapt in de zin van de Wet REA zijn geweest als de Wet REA niet was ingetrokken.
Verruiming
werkhervatting
De voorwaarden van het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer zijn per 1 januari 2025 verruimd. Tot 1 januari 2025 had de werkgever alleen recht op dit LKV als de werknemer weer aan het werk is en in de maand voorafgaand aan de werkhervatting recht heeft gehad op een WIA-uitkering. Maar in de praktijk werkt de werknemer vaak al als hij nog in afwachting is van het recht op een WIA-uitkering. Door een wetswijziging heeft een werkgever ook in die situatie recht op dit LKV.