7.1 Wanneer opgelegd
voldoende ingezet
Als het einde van de doorbetalingsperiode van 104 weken (twee jaar) in zicht komt, zal de zieke werknemer een WIA-uitkering aanvragen bij UWV (zie paragraaf 5.4). UWV beoordeelt dan of uw organisatie zich voldoende heeft ingezet voor de re-integratie van de werknemer.
UWV maakt de beoordeling aan de hand van het re-integratieresultaat en de beschikbare documenten, zoals het re-integratieverslag. Hierbij is niet per se bepalend of de werknemer (deels) is gere-integreerd, maar of de werkgever er alles aan heeft gedaan om dat te bereiken.
Is het oordeel dat uw organisatie zich (verwijtbaar) onvoldoende heeft ingezet voor de re-integratie van de zieke werknemer, dan kan UWV dat bestraffen met een loonsanctie.
aanvraag niet compleet
kritisch bekijken
Er kan dus bijvoorbeeld een loonsanctie volgen als de WIA-aanvraag van de werknemer niet compleet is omdat de werkgever de benodigde documenten – zoals het plan van aanpak (zie paragraaf 4.3) – niet heeft aangeleverd of – erger – niet beschikbaar heeft. Er kan ook een loonsanctie worden opgelegd omdat de werknemer nog niet (deels) aan het werk is, of dat wel is maar hij slechts een klein percentage van zijn oorspronkelijke salaris verdient. UWV zal het re-integratieproces dan kritisch bekijken en beoordelen of de (slechte) uitkomst van het proces aan uw organisatie is te wijten.
Opstand
ingetrokken of verkort
Als de werkgever het niet eens is met de loonsanctie, kan hij in opstand komen en bij UWV een bezwaarschrift indienen tegen die beslissing. Dat bezwaar moet binnen zes weken na dagtekening van de loonsanctiebeslissing worden ingediend en aan bepaalde eisen voldoen. Is het bezwaar succesvol, dan wordt de loonsanctie ingetrokken of verkort.
Levert het bezwaar echter niet het gewenste resultaat op, dan kan de werkgever desgewenst nog in beroep bij de rechtbank (sector bestuursrecht) en daarna in hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep.
Hoewel uw organisatie eindverantwoordelijk voor de re-integratie van zieke werknemers is, kan heel soms de schade van een opgelegde loonsanctie vanwege verkeerd handelen van bijvoorbeeld de arbodienst of bedrijfsarts op die partij worden verhaald (zie paragraaf 14.2).