12.2 Cafetariaregeling LTO Nederland
afspraken Belastingdienst
Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) heeft afspraken gemaakt met de Belastingdienst over de cafetariaregeling. Deze regeling is tot en met 31 december 2025 van kracht en geldt onder voorwaarden voor seizoensarbeiders met een woonplaats buiten Nederland die tijdelijk in Nederland werken en onder de agrarische cao’s vallen.
Bronnen
loonbestanddelen
De cafetariaregeling biedt de seizoensarbeiders de mogelijkheid om de volgende loonbestanddelen als bron voor een uitruil in te zetten:
- het brutoloonbedrag dat boven het wettelijk minimumloon uitkomt;
- toeslagen op het loon, zoals een overwerktoeslag, een bonus en de vakantiebijslag;
- de bovenwettelijke vakantiedagen.
Doelen
kosten huisvesting
kosten levensonderhoud
Op grond van de cafetariaregeling hebben de seizoensarbeiders de keuze uit drie doelen voor een uitruil:
- de extra kosten voor huisvesting: hierbij wordt uitgegaan van de werkelijk in rekening gebrachte huisvestingskosten, waarbij als maximum 25% van het wettelijk minimumloon geldt (in bepaalde agrarische cao’s geldt een maximum van 20% van het wettelijk minimumloon);
- de extra kosten voor het reizen tussen het land van herkomst en Nederland: hieronder vallen de werkelijke kosten van de eerste reis naar Nederland en van de terugreis naar het land van herkomst na afloop van de werkzaamheden, en onder voorwaarden die van de retourreizen tussendoor vanwege bijvoorbeeld familiebezoek;
- de extra kosten voor levensonderhoud in Nederland: op basis van cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) zijn er maximumbedragen aan uit te ruilen extra kosten voor levensonderhoud per week vastgesteld: Bulgarije € 14, Hongarije € 10, Polen € 31, Roemenië € 32 en Tsjechië € 1 per week.
Op basis van de CBS-cijfers maken seizoensarbeiders uit onder andere Estland, Letland, Litouwen, Portugal, Slovenië, Slowakije en Spanje geen extra kosten aan levensonderhoud in Nederland. Voor hen is uitruil van extra kosten voor levensonderhoud dus niet mogelijk.
Spelregels
lid van organisatie
waarde
Om de cafetariaregeling te mogen toepassen moet de seizoensarbeider lid zijn van een bepaalde ondernemers- of werkgeversorganisatie, moet hij door de organisatie zelf zijn geworven en mag hij hooguit negen maanden in dienst zijn in het kalenderjaar. Buiten genoemde voorwaarden gelden de volgende uitgangspunten:
- Gemaakte kosten kunnen alleen worden uitgeruild in de betreffende loonperiode.
- Over uitbetaalde (boven)wettelijke vakantiedagen is vakantiebijslag verschuldigd.
- De waarde van uit te ruilen bovenwettelijke vakantiedagen moet in een bedrag worden berekend.
- Uitruil van vakantiebijslag is toegestaan over alle gewerkte uren.
Het is voor de meeste seizoensarbeiders niet erg dat een uitruil doorwerkt in hun sociale rechten, waardoor hun grondslag voor een eventuele latere uitkering lager uitvalt. Seizoensarbeiders zullen niet vaak een beroep (hoeven) doen op een Nederlandse uitkering.