3.4 Arboregels
In het Arbobesluit en in de Arboregeling staat waaraan een beeldschermwerkplek moet voldoen. Als een werknemer op een flexplek meer dan twee uur per dag beeldschermwerk uitvoert, moet die flexwerkplek voldoen aan de regels uit de arbowetgeving.
Let wel op als uw organisatie flexplekken voor meer dan één activiteit wil benutten: hier kunnen diverse arbo-eisen voor gelden. Voor een overlegplek gelden bijvoorbeeld andere eisen dan voor een beeldschermplek. Zo moet er minimaal 2 m2 zijn per persoon in een gesloten vergaderruimte, terwijl een flexplek voor een werknemer 4 m2 moet tellen.
De arboregels gelden ook voor thuiswerkplekken waar werknemers langer dan twee uur per dag werken. Over de regels voor de inrichting van een thuiswerkplek leest u meer in hoofdstuk 4.
Laptop
In verband met gezondheidsrisico’s mogen werknemers niet langer dan twee uur per dag achter een laptop werken. Dit probleem is te ondervangen door laptopwerkplekken in te richten met een normale beeldschermopstelling, bijvoorbeeld met behulp van een dockingstation. Een laptopstandaard die in hoogte verstelbaar is, helpt om het beeldscherm op de juiste hoogte te plaatsen. Daarnaast kunnen werknemers met een los toetsenbord en een losse muis werken, zodat zij in dezelfde werkhouding kunnen werken als aan een ‘gewone’ deskcomputer.
Bureaus en bureaustoelen
juiste houding
Ook op flexwerkplekken moeten werknemers – evenals op ‘gewone’ werkplekken – in de juiste houding kunnen zitten. Op rendement.nl/arbodossier leest u wat in welke situatie de juiste werkhouding is.
Flexwerken verankeren in de RI&E
klachten
Het is belangrijk dat uw organisatie flexwerken en thuiswerken stevig verankert in de RI&E. Omdat ‘flexende’ werknemers vaker uit het zicht van de leidinggevende werken, is de kans groter dat die eventuele klachten pas in een later stadium te horen krijgt. Als u thuiswerkers en werken op afstand apart in de RI&E opneemt, is de kans groter dat u eventuele gezondheidsklachten vóór blijft.
Stofzuigen
ommetje
Een mogelijke maatregel die u kunt treffen, is leidinggevenden in het teamoverleg regelmatig te laten spreken over het belang van de juiste werkhouding en de afwisseling tussen zitten en bewegen. Motiveer werknemers om bijvoorbeeld staand te vergaderen, in de lunchpauze een ommetje te maken en tussen de taken door even de was op te hangen of te stofzuigen.