5.5 Veiligheidsvoorzieningen
hulpmiddelen
Iedere werkgever is wettelijk verplicht om zo goed mogelijk te zorgen voor de veiligheid en gezondheid van zijn werknemers én eventuele bezoekers. De nadruk ligt op de preventie. Dit houdt in: zorgen voor voldoende vluchtwegen en nooduitgangen, en voldoende hulpmiddelen om een brand te kunnen blussen of eerste hulp bij ongelukken te kunnen verlenen. Daar moet de werkgever bij de inrichting van de kantoorwerkplek ook rekening mee houden.
5.5.1 Bedrijfshulpverlening
calamiteiten
De werkgever moet op elk moment van de dag zijn voorbereid op calamiteiten en bij een ontruiming iedereen in veiligheid kunnen brengen. Deze zorgplicht houdt onder meer in dat de bedrijfshulpverlening (bhv) goed moet zijn geregeld.
Taken
eerste hulp
De drie hoofdtaken van een bhv’er zijn:
- het verlenen van eerste hulp bij ongevallen;
- het beperken en bestrijden van brand en het beperken van de gevolgen van ongevallen;
- het in noodsituaties alarmeren en evacueren van alle werknemers en andere personen in de organisatie.
aanwezig
opkomsttijd
De Arbowet geeft geen strenge richtlijnen voor het aantal bhv’ers in een organisatie. Het is – zeker in kleinere organisaties en met thuiswerken – verstandig dat er meerdere bhv’ers zijn. Dan zijn er altijd voldoende bhv’ers aanwezig, ook op dagen dat er weinig werknemers op kantoor zijn. Het aantal bhv’ers hangt ook af van:
- grootte en complexiteit van het gebouw;
- ligging van het gebouw (afgelegen of juist op een bedrijventerrein);
- ernst van de restrisico’s;
- opkomsttijd van de hulpdiensten;
- risico’s uit de omgeving;
- aanwezigheid van bhv’ers (bij vakantie, verlof en ziekte);
- aantal aanwezigen (inclusief bezoekers);
- aantal niet-zelfredzame personen.
Het is goed om eens in de zoveel tijd stil te staan bij het aantal bhv’ers in de organisatie. Zijn ze goed verspreid over de verschillende afdelingen? Is het aantal werknemers of bezoekers in de organisatie onlangs gegroeid?
5.5.2 Samenwerking in bedrijfsverzamelgebouw
buren
Calamiteiten blijven niet altijd beperkt tot de eigen organisatie. Van een gaslek of explosiegevaar hebben ook de buren last. In een bedrijfsverzamelgebouw geldt dit des te meer.
Verplicht
beschermen
Samenwerking met andere huurders in een bedrijvenverzamelgebouw is niet alleen handig, het is zelfs verplicht. Volgens artikel 19 van de Arbowet moeten gebruikers dan op arbogebied met elkaar samenwerken. Dat geldt ook voor de bhv. Zo draagt samenwerking bij aan een betere veiligheid voor de werknemers. Samen is het eenvoudiger om werknemers en bezoekers te beschermen tegen bedreigingen die over de eigen bedrijfsgrenzen heen gaan, zoals brand- en explosiegevaar.
In geval van calamiteiten kunnen de bhv’ers elkaar ondersteunen. Daarnaast kan samenwerking financiële voordelen hebben door bijvoorbeeld gezamenlijk materialen en opleidingen in te kopen.
Uitvoering
verzamelplaats
ontruiming
Er zijn verschillende zaken waarover gezamenlijk afspraken kunnen worden gemaakt, zoals procedures die bhv’ers moeten volgen als er een calamiteit plaatsvindt, instructies voor het gebruik van vluchtwegen en nooddeuren bij een ontruiming en het gebruik van verzamelplaatsen waar de bhv’ers personen naartoe moeten leiden. De vorm van samenwerking is sterk afhankelijk van het type organisatie, de grootte en de locatie. Soms is het vormen van één gezamenlijke bhv-organisatie het beste, in andere gevallen kan het voldoende zijn alleen samen te werken bij ontruimingen. Ook in geval van samenwerking op bhv-gebied, blijft elke werkgever onder alle omstandigheden zelf eindverantwoordelijk voor de eigen bhv.
Kijk op rendement.nl/hrdossier voor instructies voor het gebruik van vluchtwegen en nooddeuren bij een ontruiming en het gebruik van verzamelplaatsen.
Ontruimingsoefening
noodsituatie
Het is verstandig om minimaal één keer per jaar een ontruimingsoefening te houden. Zo bouwt de werkgever enige zekerheid in dat werknemers zich in noodsituaties in veiligheid kunnen brengen. De basis voor de ontruimingsoefening is het ontruimingsplan. Daarin neemt de werkgever bijvoorbeeld op hoe er in een noodsituatie alarm wordt geslagen, welke vluchtwegen er zijn en wie de ontruiming coördineert. Tijdens een oefening controleert de bhv’er of het ontruimingsplan in de praktijk werkt.