6.2 Eigenwoningkosten
in aftrek brengen
niet aftrekken
Werknemers kunnen bepaalde kosten rond de eigen woning onder voorwaarden in aftrek brengen op hun inkomsten, zodat zij minder belasting hoeven te betalen. Dit geldt alleen voor de rente en kosten die betrekking hebben op de zogeheten eigenwoningschuld: het deel van de hypotheek of lening dat betrekking heeft op de eigen woning.
Als het hele jaar sprake is van fiscaal partnerschap, mogen de werknemer en zijn fiscale partner het saldo van het eigenwoningforfait en de aftrekbare eigenwoningkosten in hun IB-aangiften naar wens verdelen. Dus het saldo, en niet de een het forfait en de ander de kosten.
Hypotheek
notariskosten
Rond de hypotheek of lening die de werknemer heeft afgesloten om de eigen woning te kopen, zijn bepaalde kosten in aftrek te brengen, zoals:
- advieskosten en bemiddelingskosten voor de hypotheekadviseur;
- notariskosten en kadastrale rechten voor de hypotheekakte;
- taxatiekosten voor verkrijging van de lening;
- aanvraagkosten voor de Nationale Hypotheek Garantie;
- bouwrente, betaald ná het tekenen van het voorlopig koopcontract maar vóór het tekenen van de hypotheekakte.
renteaftrek
elk jaar aflossen
Ook de hypotheekrente of rente over de lening kan aftrekbaar zijn. Als de werknemer bijvoorbeeld voor de eerste keer een hypotheek of lening heeft afgesloten op of na 2013, is renteaftrek voor maximaal 30 jaar mogelijk na het moment van afsluiten. Bij een inkomen boven de € 75.518 (belastingtarief 49,50%) is de kostenaftrek maximaal 36,97%. Aftrek mag alleen als aan deze twee voorwaarden wordt voldaan:
- De werknemer gebruikt de hypotheek of lening voor het kopen, verbouwen of onderhouden van een eigen woning.
- De werknemer moet de hypotheek of lening minimaal lineair of annuïtair aflossen in 30 jaar. Hij moet dus elk jaar een bepaald bedrag aflossen, waarover vooraf afspraken zijn gemaakt met de bank of een andere geldverstrekker.
Werknemers moeten de eigenwoningkosten altijd opgeven in hun aangifte inkomstenbelasting. Het kan zijn dat deze kosten al in de (periodieke) voorlopige aanslag IB zijn verwerkt, maar dan alsnog moet de werknemer de kosten opgeven in zijn aangifte over het betreffende jaar.
Kosten rond de eigen woning die de werknemer sowieso niet kan aftrekken, zijn bijvoorbeeld bemiddelingskosten voor aankoop van de woning, notariskosten en kadastrale rechten voor de koopakte, kosten van onderhoud en verbouwing van de woning en aflossing van de eigenwoningschuld.
Grond
Als de grond waarop de eigen woning staat niet van de werknemer zelf is, zal hij hiervoor periodiek een bedrag aan de grondeigenaar moeten betalen. Zulke betalingen voor erfpacht, opstalrecht of beklemming zijn aftrekbaar. Maar dat geldt bijvoorbeeld niet voor premies voor een opstalverzekering, afkoopsommen voor de periodieke betalingen of premies voor een kapitaalverzekering eigen woning.
Werknemers betalen geen box 3-heffing over de waarde van hun eventuele kapitaalverzekering eigen woning. Die verzekering valt in box 1. Sparen kan onder voorwaarden onbelast gebeuren en bij uitkering geldt er een vrijstelling van € 202.000 (2024), € 404.000 voor fiscale partners.