U bent hier

3.4 Looptijd

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier HR Rendement
Publicatiedatum: oktober 2018

vanaf indiensttreding

maximaal vijf jaar

De no-riskpolis treedt voor uw organisatie in werking vanaf het moment van indiensttreding van de betreffende werknemer – of vanaf de ingangsdatum van de toegekende WIA-uitkering als het dienstverband met de werknemer in stand blijft – en geldt voor een periode van maximaal vijf jaar zolang de dienstbetrekking bestaat.

Voor de ziekmeldingen van de betreffende werknemer gedurende die vijf jaar kan uw organisatie een ZW-uitkering van UWV krijgen voor een periode van maximaal 104 weken (de loondoorbetalingsperiode).

Verlenging

nog eens vijf jaar

Slechts in speciale situaties is verlenging van de looptijd van de no-riskpolis met nog eens een periode van vijf jaar mogelijk. Dat is bijvoorbeeld het geval als de werknemer al een ernstige ziekte had bij zijn indiensttreding – of bij de ingangsdatum van de toegekende WIA-uitkering als het dienstverband met de werknemer in stand blijft – of als hij aan een progressieve ziekte lijdt.

verlenging niet nodig

Uw organisatie moet UWV verzoeken om een verlenging van de no-riskpolis. UWV zal die verlenging toekennen als de kans aanwezig is dat de betreffende werknemer binnen enkele jaren voor een langere periode zal uitvallen wegens ziekte.

Onbeperkt

berekening

In sommige gevallen is het aanvragen van verlenging van de no-riskpolis niet nodig omdat deze sowieso onbeperkt geldt, dus voor zolang als het dienstverband met de betreffende werknemer duurt. Een onbeperkte no-riskpolis is van toepassing voor werknemers die:

  • een Wajong-uitkering ontvangen of ontvingen;
  • onder de doelgroep banenafspraak vallen;
  • een dienstverband op grond van artikel 2 of 7 van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) bij uw organisatie hebben.

Periodes

Voor berekening of de maximaal 104 weken aan recht op ZW-uitkering – en dus de loondoorbetalingsperiode – zijn bereikt, telt UWV verschillende ziekteperiodes soms bij elkaar op. Dat is het geval als er tussen twee ziekmeldingen minder dan vier weken zitten. Het hoeft hierbij niet om dezelfde ziekteoorzaak te gaan.

Is de werknemer vier weken of langer hersteld geweest tussen twee ziekmeldingen, dan begint er een nieuwe periode van 104 weken te lopen voor de Ziektewetuitkering (net zoals voor de loondoorbetalingsperiode).