U bent hier

1.2 Het recht op instemming

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier OR Rendement
Publicatiedatum: oktober 2015

initiatief

Naast het informatie- en overlegrecht bestaat er voor een beperkter aantal onderwerpen het instemmingsrecht. Het gaat daarbij steeds om besluiten die de bestuurder van plan is te nemen. Het initiatief ligt dus bij hem, maar hij mag zijn besluit pas nemen nadat hij van de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging instemming heeft gekregen. Die instemming moet hij altijd schriftelijk aan de OR of PVT vragen.

Instemming vragen

vervangende goedkeuring

kantonrechter

Sommige besluiten mag uw werkgever alleen nemen als uw OR of PVT het ermee eens is. De bestuurder moet in deze gevallen dus om instemming vragen. Krijgt hij deze niet, dan kan de bestuurder het besluit alleen nemen als de kantonrechter vervangende goedkeuring geeft. Als de bestuurder ten onrechte geen instemming vraagt of ondanks een negatief besluit van de OR of PVT zijn besluit toch wil doorzetten, kunt u door een nietigverklaring alle rechtsgrond onder de uitvoeringshandelingen weghalen en via de kantonrechter de bestuurder dwingen het besluit terug te draaien.

In artikel 27 lid 1 van de WOR kunt u zien voor welke besluiten uw bestuurder uw instemming nodig heeft. Het gaat daarbij steeds om het vaststellen, het intrekken of het wijzigen van de regelingen die in het wetsartikel staan. U vindt de volledige wettekst op rendement.nl/wor.

Voor de PVT werkt het instemmingsrecht precies hetzelfde als voor de OR, maar het aantal instemmingsplichtige regelingen is wel veel minder.

De bestuurder hoeft aan een personeelsvertegenwoordiging alleen werktijdenregelingen en regelingen op het gebied van arbo-, ziekteverzuim- en re-integratiebeleid ter instemming voor te leggen.