6.1 Identificerende gegevens
De Belastingdienst wil de ontvangen loonaangifte identificeren. Bij deze identificatie hoort ook een controle van wie de werkgever (of andere inhoudingsplichtige) is die de periodieke verantwoording in de vorm van de loonaangifte heeft verzonden. Daar dient het identificerende deel voor.
Het identificerende deel van de loonaangifte bestaat uit gegevens over het aangiftebericht zelf, informatie over de administratieve eenheid waar de werknemers werkzaam zijn en het betreffende tijdvak waarover gegevens worden aangeleverd.
6.1.1 Bericht
unieke code
vragen beantwoorden
In deze rubriek komen de identificerende gegevens van de loonaangifte te staan. Het gaat om de volgende gegevens:
- Belastingjaar: het jaar waarvoor u loonaangifte doet (op dit moment dus 2015);
- Berichtversie: de versie van de berichtspecificatie waarvan u gebruik heeft gemaakt bij het samenstellen van de loonaangifte (aangiften betreffen berichtversie 1);
- Bericht kenmerk aanleveraar: u kent een unieke code ter identificatie aan de loonaangifte toe (het is handig als u uw loonheffingennummer in dit kenmerk verwerkt);
- Datum en tijdstip aanmaak: de dag en het tijdstip waarop u de loonaangifte heeft aangemaakt (deze mogen niet ná de datum en het tijdstip van ontvangst door de Belastingdienst liggen);
- Contactpersoon aanleveraar: de naam van de persoon die namens de inhoudingsplichtige eventuele (fiscaal-technische) vragen van de Belastingdienst kan beantwoorden (voor administratie- en accountantskantoren en intermediairs geldt een specifieke invulinstructie);
- Telefoonnummer contactpersoon aanleveraar: het telefoonnummer van de contactpersoon (hier mogen alleen cijfers worden ingevuld, behalve bij buitenlandse telefoonnummers, omdat zo’n nummer in plaats van met 00 met + moet beginnen);
- Relatienummer: hier is door de softwareleverancier zijn relatienummer bij de Belastingdienst opgenomen;
- Gebruikt softwarepakket: hier is door de softwareleverancier een beschrijving van het softwarepakket opgenomen (eventueel inclusief naam en versienummer).
De gegevens Belastingjaar en Berichtversie dienen voor de Belastingdienst om uw loonaangifte op de juiste manier te kunnen interpreteren en verwerken. Deze gegevens hoeft u niet in te vullen maar worden automatisch in de aangifte opgenomen.
6.1.2 Administratieve eenheid
loonheffingennummer
Een administratieve eenheid is een administratief (of op een andere manier zelfstandig) onderdeel van de inhoudingsplichtige. In deze rubriek moet u de identificerende gegevens van de administratieve eenheid invullen: uw loonheffingennummer en de naam van uw onderneming zoals bekend bij de Belastingdienst.
Het loonheffingennummer heeft uw onderneming van de fiscus toegekend gekregen bij de aanmelding als werkgever. Het loonheffingennummer bestaat uit het fiscaal nummer gevolgd door een hoofdletter L en een subnummer.
In de loonaangifte moet u een fiscaal nummer van negen cijfers invullen. Als uw fiscaal nummer uit minder dan negen cijfers bestaat, moet u uw nummer aanvullen tot de vereiste negen cijfers door ervoor het benodigde aantal (voorloop)nullen te zetten.
waarde 01 tot en met 99
Het subnummer geeft de administratieve eenheid aan, en kan de waarde 01 tot en met 99 hebben. Het is het meest gebruikelijk dat een inhoudingsplichtige slechts uit één administratieve eenheid bestaat – en dat dus alleen het subnummer 01 wordt gebruikt – maar een inhoudingsplichtige kán uit meerdere administratieve eenheden bestaan.
herstellen
Per subnummer moet apart loonaangifte worden gedaan. Als u in een loonaangifte een verkeerd loonheffingennummer of subnummer gebruikt, moet u die fout herstellen. Hoe u dat precies moet doen, is afhankelijk van de gemaakte fout (zie paragraaf 8.1).
6.1.3 Tijdvak
eerste en laatste dag
Het aangiftetijdvak is het tijdvak waarover u de gegevens aanlevert (zie paragraaf 3.2) of corrigeert. In deze rubriek geeft u dus aan wat de begindatum en einddatum zijn van het tijdvak waarover u loonaangifte doet. Het gaat om de eerste en laatste dag van het aangiftetijdvak waarop het collectieve deel van de aangifte betrekking heeft. Hierbij geldt dat u de aangifte moet doen volgens de door de Belastingdienst voor uw onderneming vastgestelde tijdvakken, die u vindt in de Aangiftebrief loonheffingen (zie paragraaf 3.2).
Ongeacht welk aangiftetijdvak wordt aangehouden, het eerste tijdvak van een jaar start altijd op 1 januari en het laatste tijdvak van een jaar eindigt altijd op 31 december.
In de aangifte loonheffingen kunt u aangeven of u voor het betreffende tijdvak een volledige aangifte, een aanvullende aangifte of een tijdvakcorrectie doet. Meer informatie over het corrigeren van loonaangiften vindt u in hoofdstuk 8.