9.3 Risicobeoordeling
Hoe stelt u als arboprofessional nu vast of een biologische factor een gezondheidsrisico oplevert binnen uw organisatie? De risicomatrix uit hoofdstuk 1 ziet er voor biologische factoren als volgt uit.
Mate van contact | Aard van de biologische factor(en) | ||
Laag | Gemiddeld | Hoog | Laag |
Klein | Klein | Gemiddeld | Matig |
Klein | Gemiddeld | Hoog | Hoog |
Gemiddeld | Hoog | Hoog |
beoordeling
De risicomatrix vormt het denkkader. Hieronder leest u meer over de begrippen van de risicomatrix, zodat u in staat bent om voor uw organisatie een beoordeling te maken. De mate van contact gaat over de hoeveelheid aan biologisch materiaal dat het lichaam in komt. De ‘aard’ slaat op het type van biologische factor (zie hieronder).
Stap 1: waar heeft u mee te maken?
overzicht
De eerste stap is om te kijken waar u het over heeft: infectieziekten of stoffen en structuren die gezondheidsschade kunnen veroorzaken?
infectieziekten
blootstelling
Hieronder vindt u een overzicht ter inspiratie. Zaligmakend is het niet, er zijn uitzonderingen en aanvullingen op dit eenvoudige overzicht mogelijk. Het gevaar ‘infectieziekten’ kunt u plaatsen bij de volgende werkfactoren:
- verzorging van mensen (zieken, kinderen, verslaafden);
- afvalwaterbehandeling;
- groen, natuur.
gevarenindeling
Het gevaar van de kans op blootstelling aan endotoxine of andere stoffen en structuren die voor gezondheidsklachten bij werknemers kunnen zorgen, kunt u plaatsen bij deze werkfactoren:
- aanwezigheid organisch materiaal (plantaardig materiaal, papier, vlees, afval);
- gunstige omstandigheden voor groei (vocht, temperatuur, licht, zuurstof en zuurgraad);
- kans op verspreiding (door beweging, stofvorming).
Stap 2: wat is het gevaar?
Voor infectieziekten is een gevarenindeling die het mogelijk maakt om onderscheidt te maken. Het is een kwestie van opzoeken om te zien in welke risicocategorie de betreffende infectieziekte valt.
Categorie | Ziekmakend vermogen | Kans op verspreiding onder de bevolking | Profylaxe of behandeling beschikbaar | Voorbeelden |
1 | zeer klein | - | niet van toepassing | Waar u niet of nauwelijks ziek van wordt, zoals verkoudheid |
2 | aanwezig | - | + | MRSA (ziekenhuisbacterie), bof- of mazelenvirus, legionellabacterie |
3 | groot | + | + | Antraxbacterie (miltvuur), Creutzfeldt-Jakob (prion), malaria (plasmodiumparasiet) |
4 | zeer groot | + | - | Ebola, SARS-Cov-2 |
Voor andere biologische factoren is geen eenvoudige categorie-indeling beschikbaar.
Stap 3: is er een besmettings- of blootstellingsroute?
toegangsroute
Kan de ziekmaker de werknemers infecteren en kunnen de toxische of allergene stoffen in het lichaam komen? Infectieziekten hebben een eigen ‘toegang’ nodig tot het lichaam. Als die toegang er niet is, is er geen risico. Een voorbeeld is SARS-Cov-2: dat gaat via de slijmvliezen van keel en ogen. Het dringt niet door de huid naar binnen. U moet dus per infectieziekte nagaan wat de toegangsroute is en vervolgens of het werk dit ook mogelijk maakt. Hetzelfde geldt voor toxische stoffen en allergenen.
meerdere routes
inademen
handcontact
huidcontact
Er zijn drie verschillende mogelijke toegangsroutes denkbaar. Soms kan één biologische factor via meerdere routes het lichaam binnendringen en dus tot besmetting of blootstelling leiden.
- Inademen: sommige ziekmakende bacteriën en virussen verspreiden zich via de lucht, zoals het mazelenvirus en veel afscheidingsproducten verspreiden zich ook via de lucht en zijn vaak gebonden aan stofdeeltjes.
- Mond, neus of ogen (door handcontact): handcontact met besmette oppervlakken en vervolgens met deze besmette handen eten, in de ogen wrijven of in de neus peuteren zijn belangrijke routes waarop de ziekmaker in het lichaam terecht kan komen. Een goede handhygiëne is een belangrijke beheersmaatregel.
- Direct huidcontact: de huid vormt normaliter een goede barrière tegen infectieziekten. Maar door wondjes, een insectenbeet (teek) of bijten (agressieve cliënt) kan de ziekteverwekker rechtstreeks in het lichaam terechtkomen. Tegen toxische of allergene stoffen is de huid niet altijd bestand, deze kunnen direct gezondheidsschade veroorzaken op de huid waar de stof contact maakt. Denk aan de brandharen van de processierups.
Grenzen aan werken met bacteriën en virussen
grenzen
Voor de ziekteverwekkende bacteriën en virussen zijn geen grenswaarden in de zin van toegestane hoeveelheden. Er zijn wel grenzen in de vorm van verplichtingen die voortvloeien uit de Arbowet. Voor ‘gericht werken’ zijn die verplichtingen net anders dan voor ‘ongericht werken’. Voor een aantal ‘stoffen van levende of dode organismen’ zijn wel grenswaarden ontwikkeld. Daarover kunt u advies inwinnen bij een arbeidshygiënist.