7.5 Premielasten beperken
instroom
verzuimbegeleiding
Geldt uw organisatie als grote of middelgrote werkgever, dan kunt u de premielasten van uw werkgever voor de WIA en de ZW deels beperken door de instroom zo veel mogelijk terug te dringen. Een goed arbeidsomstandighedenbeleid, een gerichte verzuimbegeleiding en optimale re-integratie-inspanningen kunnen daaraan bijdragen. Omdat kleinere werkgevers geen invloed hebben op hun sectorpremies, hebben deze maatregelen geen direct effect op de premies. Maar er zijn nog andere manieren om de premielasten te beperken.
7.5.1 Premiekortingen
mobiliteitsbonus
doelgroepverklaring
banenafspraak
Vanuit de overheid zijn er diverse stimuleringsregelingen (ook wel bekend als mobiliteitsbonussen) die enerzijds de mobiliteit van bepaalde groepen werknemers op de arbeidsmarkt moet bevorderen en anderzijds de kosten van de premies werknemersverzekeringen beperken. Het gaat om de volgende kortingen:
- De premiekorting oudere werknemer voor als de werkgever 56-plussers met een uitkering in dienst neemt. U heeft hiervoor een doelgroepverklaring nodig. De premiekorting is maximaal € 7.000 per medewerker per jaar.
- De premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer voor het in dienst nemen van een werknemer die minder dan 35% arbeidsongeschikt is of een WIA-uitkering heeft. Hiervoor is geen doelgroepverklaring nodig. De premiekorting bedraagt maximaal € 7.000 per werknemer per jaar en is niet te combineren met de premiekorting voor oudere werknemers (zie het vorige punt).
- De premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer voor werknemers die tot de doelgroep banenafspraak en schoolbelemmerden horen. De werknemer moet geregistreerd staan in het doelgroepregister banenafspraak van UWV. De premiekorting bedraagt maximaal € 2.000 per werknemer per jaar.
De premiekorting voor het in dienst nemen van een jongere tussen de 18 en 26 jaar met een WW- of bijstandsuitkering (maximaal € 3.500 per jaar) was een tijdelijke regeling en geldt maximaal twee jaar voor contracten die vóór 1 januari 2016 zijn ingegaan.
Het lage-inkomensvoordeel
vervangen
premiekorting
tegemoetkoming
De Wet tegemoetkomingen loondomein (WTL) introduceert twee voordelen die uiteindelijk de bestaande premiekortingen gaan vervangen vanaf 2018:
- Het loonkostenvoordeel (LKV), dat geldt voor arbeidsbeperkte werknemers, oudere werknemers en werknemers die onder de banenafspraak vallen. Het LKV vervangt de premiekortingen voor het in dienst nemen van oudere uitkeringsgerechtigden en mensen met een arbeidsbeperking. Het LKV gaat in per 1 januari 2018 en is maximaal € 6.000 per werknemer per jaar;
- Het lage-inkomensvoordeel (LIV), dat op 1 januari 2017 is ingegaan. Werkgevers krijgen een tegemoetkoming voor werknemers in dienst die minimaal 100% en maximaal 125% van het minimumloon kunnen verdienen. De tegemoetkoming is maximaal € 2.000 per werknemer per jaar als hij tussen de 100% en 110% van het minimumloon kan verdienen en anders maximaal € 1.000 per jaar per werknemer. De werknemer moet in een kalenderjaar dan wel minimaal 1.248 verloonde uren hebben.
automatisch
Om te kunnen profiteren van het LIV hoeft uw werkgever niets te doen. Na het kalenderjaar ontvangt hij het LIV automatisch van de Belastingdienst.
7.5.2 Premie verhalen
uitzondering
In principe betaalt de werkgever alle premies werknemersverzekeringen. Op deze regel is één uitzondering. Het is namelijk toegestaan om maximaal de helft van de WGA-premie te verhalen op uw medewerkers. Eigenrisicodragers voor de WGA kunnen ook 50% van de kosten verhalen op medewerkers. Dit zijn dan de kosten van uitkeringen die de werkgever betaalt of de kosten van de verzekeringspremie van de private verzekeraar.
De werkgever mag niet de helft van de premie ZW-flex verhalen op uw medewerkers. Kijkt dus goed welk deel van de WHK-premie de werkgever mag verhalen.
7.5.3 Regresrecht
verhalen
Uw werkgever kan de kosten van loondoorbetaling proberen te verhalen op een derde partij als die aansprakelijk is voor de ziekte van een medewerker, bijvoorbeeld bij een verkeersongeluk. Dit wordt het regresrecht genoemd. Het regresrecht kan ook opgaan voor ZW- en WGA-premies. UWV heeft dan de mogelijkheid om deze derde aansprakelijk te stellen voor de uitbetaalde uitkering ZW-flex of WGA-totaal. De premies stijgen als gevolg van de instroom dan niet of minder. Dit geldt niet voor kleine werkgevers, die uitsluitend een sectorpremie betalen.