U bent hier

2.2 Hoogte van de loondoorbetaling

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Arbo Rendement
Publicatiedatum: april 2017

cao

De hoogte van de loondoorbetaling heeft een minimum en een maximum. Afwijken is alleen mogelijk in het voordeel van medewerkers. Verder moet u de cao erop naslaan, want daarin kunnen ook (dwingende) afspraken staan.

2.2.1 Minimumhoogte

ondergrens

minimumloon

De werkgever moet minstens 70% van het laatsverdiende loon doorbetalen als een medewerker door ziekte of een handicap niet kan werken. Tijdens het eerste ziektejaar geldt daarnaast als ondergrens het voor de medewerker geldende minimum(jeugd)loon. Voor het tweede ziektejaar geldt deze ondergrens niet. Het minimumloon verandert in principe twee keer per jaar: op 1 januari en 1 juli. Sinds 1 januari 2017 bedraagt het minimumloon € 1.551,60 per maand en € 71,61 per dag. De actuele bedragen van het minimumloon vindt u terug op rendement.nl/arbodossier.

De zieke werknemer kan bij UWV op grond van de Toeslagenwet een aanvulling op zijn inkomen aanvragen als hij in het tweede ziektejaar van de loondoorbetaling onder het sociaal minimum komt.

Geen maximumpercentage

afspraken

In de wet is alleen een minimumpercentage voor de verplichte loondoorbetaling opgenomen, geen maximumpercentage. De werkgever kan dus besluiten om een hoger percentage van het loon door te betalen, zoals 100%. Kiest hij ervoor om medewerkers meer dan de verplichte 70% door te betalen, dan is het belangrijk deze doorbetaling vast te leggen in het personeelsreglement. Bedenk wel dat zulke afspraken later niet zomaar zijn te wijzigen. Voor de duidelijkheid kunt u ook cao-afspraken in het reglement opnemen. Wel is het zinvol om te bedenken wat het nut is van die 70%: het beperkt de kosten voor de werkgever én stimuleert medewerkers om zich in te spannen voor hun re-integratie.

Arbeidsvoorwaarden

inkomen

De werkgever kan niet altijd zelf bepalen hoeveel hij boven die ondergrens van 70% wil betalen als een werknemer ziek is. Het loon dat uw werkgever precies moet doorbetalen, is vaak in de (collectieve) arbeidsvoorwaarden vastgelegd. Vaak wordt in het eerste ziektejaar 100% doorbetaald – dus meer dan wettelijk verplicht is – en wordt dit in het tweede ziektejaar verlaagd naar 70% (het wettelijke minimum). Toch zijn er allerlei combinaties mogelijk, zoals 100% in het eerste ziektejaar en 80% in het tweede ziektejaar, of 90% in het eerste jaar en 75% in het tweede. Het meest optimale is dat een zieke medewerker niet meteen achteruit gaat in inkomen, maar bij langdurige ziekte wel wordt geprikkeld om zich in te zetten voor herstel en re-integratie. Het is van belang dat afwijkende afspraken over de doorbetaling in het personeelsreglement staan. Ook hier geldt dat zulke afspraken later niet zomaar gewijzigd kunnen worden.

2.2.2 Maximumhoogte

maximum­dagloon

Er geldt wel een maximumbedrag voor de loondoorbetalingsplicht. De werkgever hoeft niet meer te betalen dan het afgesproken percentage van het zogenoemde maximumdagloon. Sinds 1 januari 2017 bedraagt dit maximum € 205,77 per dag en € 53.705,97 per jaar. Stel dat een medewerker in zijn tweede ziektejaar 70% van zijn loon krijgt doorbetaald en een inkomen heeft van boven het maximumdagloon, dan ontvangt hij in dat jaar 70% van € 53.705,97 = € 37.594,18.

De werkgever is vrij om een medewerker tijdens ziekte of arbeidsongeschiktheid meer door te betalen dan het maximumdagloon. Dat kan een aantrekkelijke arbeidsvoorwaarde zijn voor medewerkers met een hoger salaris.