6.3 Het cafetariamodel
flexibel
Zoveel werknemers, zoveel wensen. Sommige werknemers willen zo veel mogelijk uren maken, terwijl andere liever ook tijd besteden aan hun gezin of hobby’s. Voor uw organisatie is het misschien lastig om met al die verschillende wensen rekening te houden bij het opstellen van de arbeidsvoorwaarden. Een flexibel arbeidsvoorwaardensysteem is dan een stuk gemakkelijker. Het cafetariamodel is zo’n flexibel systeem. Werknemers kiezen zelf in welke vorm ze de waarde van hun loon en arbeidsvoorwaarden willen ontvangen. Zo krijgen ze niet alleen flexibiliteit in beloning, maar ook in de balans tussen hun werk en privésituatie.
Zelf kiezen
brutoloon
Binnen het cafetariamodel kunnen werknemers deels zelf invullen hoe ze hun beloning het liefst ontvangen. Zo kunnen ze er bijvoorbeeld voor kiezen om extra vakantiedagen in te kopen. Binnen dit systeem kunnen werknemers meestal een deel van hun brutoloon inleveren voor bepaalde (al dan niet gedeeltelijk) onbelaste vergoedingen, zoals vakbondscontributie of een fiets. Maar ze kunnen ook loon inleveren voor extra dagen vrij of juist omgekeerd: bovenwettelijke vakantiedagen voor extra loon.
6.3.1 Bronnen en doelen
ruilen
Bij het cafetariamodel draait het om de zogeheten ‘bronnen en doelen’. Werknemers beschikken over een aantal bronnen. De belangrijkste daarvan is het brutoloon. Maar ook de dertiende maand, de winstdeling of bovenwettelijke vakantiedagen kunnen ze als bron gebruiken. Deze bronnen kunnen ze binnen het cafetariamodel ruilen tegen allerlei verschillende doelen. Sommige doelen zijn zelfs volledig onbelast of vallen onder gematigde belasting.
Voorbeelden van doelen binnen het cafetariamodel
studiekosten
Uw organisatie kan zelf vaststellen welke doelen er zijn. Voorbeelden van doelen zijn:
- bedrijfsfitness;
- cursussen, congressen, symposia, excursies, studiereizen en dergelijke;
- werkruimte thuis;
- fiets van de zaak;
- bepaalde studiekosten;
- kosten van een telefoon;
- openbaarvervoerkaarten;
- vakliteratuur;
- werkkleding;
- vrije dagen.
Wettelijke eisen cafetariamodel
niet zomaar alles
Wil uw werkgever het cafetariamodel invoeren, dan moet hij eerst goed kijken naar alle wettelijke eisen. Werknemers mogen namelijk niet zomaar alles als bron of doel aanmerken. Voor diverse bronnen gelden wettelijke eisen en bij doelen moet u vooral denken aan de fiscale gevolgen.
Minimumaantal vakantiedagen
wettelijk
Zo mag uw werkgever niet aan het minimumaantal vakantiedagen komen. Elke werknemer in Nederland heeft bij een dienstverband van veertig uur recht op twintig vakantiedagen. Dit worden de wettelijke vakantiedagen genoemd. Deze wettelijke vakantiedagen zijn verplicht; de werknemer kan ze niet als bron inzetten in ruil voor iets anders.
Bovenwettelijke vakantiedagen
ruilmiddel
Vaak krijgen werknemers nog een aantal extra vakantiedagen, de bovenwettelijke. Die mogen ze wel inzetten als ruilmiddel tegen geld of iets anders.
Let op: neemt een werknemer wettelijke vakantiedagen mee naar een volgend kalenderjaar, dan mag uw organisatie die nog steeds niet uitbetalen. Het is echt de bedoeling dat werknemers in ieder geval hun twintig wettelijke vakantiedagen opnemen. Wettelijke vakantiedagen laten uitbetalen kan alleen bij het einde van het dienstverband.
Salaris
minimumloon
Volgens de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag mag het loon van een werknemer nooit onder het vastgestelde minimum komen. Een werknemer mag zijn salaris wel gebruiken als bronmiddel, maar hij mag dat dus niet onbeperkt doen. Het salaris moet altijd minimaal op het niveau van het minimumloon blijven.
Als het gaat om het minimumloon, geldt niet alleen de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag. Het is ook belangrijk om te weten of hierover in uw cao aanvullende afspraken zijn vastgelegd.
Uitrekenen mogelijk maken
kosten
Het is natuurlijk lastig om precies te bepalen hoeveel tien extra vrije dagen eigenlijk ‘kosten’, dus hoeveel salaris een werknemer moet inleveren voor een vrije dag. Daarom is het handig als uw organisatie prijskaartjes hangt aan zowel de doel- als de bronmiddelen. Zo kan een werknemer precies uitrekenen hoeveel een bepaald doel ‘kost’.
6.3.2 Invoering van het cafetariamodel
inventariseren
Het cafetariamodel biedt veel voordelen. Vooral in flexibiliteit voor werknemers. Maar de invoering van een nieuw systeem kost altijd veel tijd. Uw organisatie moet genoeg tijd voor dit proces nemen. Uw werkgever moet inventariseren waar werknemers precies behoefte aan hebben en bepalen wat hij zelf voor ogen heeft met dit nieuwe systeem.
Rechten van de OR
Bij het invoeren van het cafetariamodel is de kans groot dat uw werkgever de OR erbij moet betrekken. Verandert de invoering van het cafetariamodel bijvoorbeeld de manier van belonen, dan heeft de OR instemmingsrecht op grond van artikel 27, lid 1c WOR. Gaat de vakantieregeling op de schop, bijvoorbeeld doordat werknemers de keuze krijgen tussen bovenwettelijke vakantiedagen opnemen en uitbetalen, dan moet uw werkgever uw OR op basis van artikel 27, lid 1b WOR om instemming vragen.
Werknemers uitgebreid voorlichten
consequenties
De invoering van een nieuw systeem in een organisatie is al een flinke klus op zich. Uw werkgever mag echter niet vergeten de werknemers goed te informeren over wat er wel en niet mogelijk is binnen het cafetariamodel van de organisatie. Voor hen is het tenslotte bedoeld. Zij moeten weten hoe het systeem precies werkt en wat voor voordelen het hun oplevert. Het gaat nogal eens mis doordat werknemers niet doorhebben dat er aan keuzes ook consequenties hangen.
Als een werknemer salaris inlevert om minder te gaan werken, valt zijn pensioenopbouw lager uit en bouwt hij minder vakantiedagen op. Wijs werknemers hierop!