U bent hier

7.2 Invloed uitoefenen en communicatie

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Arbo Rendement
Publicatiedatum: oktober 2018

De sleutelwoorden om werkelijke verbeteringen op het gebied van veilig en gezond werk door te voeren zijn:

  • invloed uitoefenen;
  • communiceren (dus vertellen én luisteren);
  • geduld hebben.

Geduld is een belangrijke eigenschap. Het vergt een lange adem en voortdurende aandacht om het gewenste resultaat te bereiken.

7.2.1 Ontdooien, bewegen, bevriezen

Het verhaal van Niels, de leerling-monteur: hij draagt liever sneakers dan zijn veiligheidsschoenen. Hij doet mee met een workshop ‘de veilige werkplaats’. Niels komt op zijn gympies binnen. Er wordt door de trainer een verhaal vertelt over een magazijnbediende die zijn voet heeft gespaard nadat de heftruck eroverheen gereden is, omdat hij zijn veiligheidsschoenen droeg. Aan de hand van dat verhaal heeft Niels besloten om vanaf dat moment zijn veiligheidsschoenen te dragen.

Een leerling-monteur van zeventien jaar hoeft u niet anders te benaderen dan een werknemer van veertig die al tien jaar in dienst is. Geef beide werknemers voorbeelden waarin zij zich herkennen.

Beïnvloeden in stappen

storytelling

nut dringt door

luisteren

In het voorbeeld van leerling-monteur Niels wordt heel goed duidelijk dat hij positief is beïnvloed. Hij is ontdooid door het verhaal (storytelling) over een ongeval met een heftruck. Hij is er zich bewust van geworden dat hem dat ook echt zelf kan overkomen. Hij heeft een overweging gemaakt en gaat zijn veiligheidsschoenen aantrekken op het werk. Niels heeft de veiligheidsverandering geaccepteerd. Hij heeft namelijk de vier fasen van veiligheidsverandering doorlopen:

  • Interesse: u geeft informatie over risico’s bij het werk met als doel om interesse te wekken.
  • Bewustwording: nu wordt het duidelijk wat de werknemers eraan hebben; het nut van een maatregel begint door te dringen.
  • Overweging: de betrokken werknemers verdiepen zich in de voor- en nadelen van een verbetering of maatregel die de veiligheid dient. Er kunnen vragen worden gesteld of nader onderzoek worden gedaan. Informatieuitwisseling is niet meer alleen maar op basis van zenden. U luistert ook naar de werknemers.
  • Toepassen: uiteindelijk gaat de ontvanger van de boodschap, de werknemer of de leiding het gewenste gedrag vertonen.
  • Draagvlak vereist om te beïnvloeden

    handzame formule

    Communicatie over gezondheid, veiligheid en werkplezier werkt het beste werkt als er draagvlak is voor het doel. Pas dan zal het effect opleveren. Om dat in te schatten is er een handzame formule: Effect = Kwaliteit x Acceptatie. Het effect van een verandering hangt af van de kwaliteit van de oplossing maal de acceptatie door de betrokkenen.

    7.2.2 Communicatieplan

    vier fasen

    Een werknemer of leidinggevende zal die vier fasen van veiligheidsverandering niet uit zichzelf doorlopen. Daar moet u hen toe zetten. Zomaar wat folders bij de balie neerleggen en dan zien dat geen enkele medewerker er één heeft meegenomen, laat staan gelezen, geeft wellicht teleurstelling. Die teleurstelling voorkomt u door een beter beeld te vormen van wie u wilt bereiken en met welke middelen.

    Wat wordt onthouden?

    niet hetzelfde effect

    Een werknemer kan een visioen in zijn dromen over veilig werken met zijn heftruck krijgen, maar het is nutteloos om daar beleid op te voeren. U moet hem informatie en voorbeelden geven. Maak dan de juiste keuze op welke manier u dat doet, want niet iedere vorm van communiceren heeft hetzelfde effect. Mensen onthouden namelijk maar een deel van de boodschap, bijvoorbeeld:

    • 10% van wat ze lezen;
    • 20% van wat ze horen;
    • 30% van wat ze zien;
    • 50% van wat ze zien en horen;
    • 70% van wat ze bediscussiëren;
    • 90% van wat ze bediscussiëren en oefenen.

    Onderscheid maken

    analfabeten

    Het is belangrijk om in uw communicatieplan onderscheid te maken tussen verschillende werknemers. In het plan beschrijft u het doel namelijk per doelgroep. Een manager bereikt u op een andere manier dan een secretaresse. Hetzelfde geldt voor een heftruckchauffeur of een boekhouder. Niet alleen de risico’s die zij ervaren zijn anders, ook hun werk- en denkniveau verschilt. Daarbij moet u ook altijd rekening houden met werknemers die de Nederlandse taal niet machtig zijn of met laaggeletterden. Deze groepen bereikt u beter met visuele communicatie.

    7.2.3 Do’s en dont’s

    valkuilen

    stijl of toon

    koplopers

    Er is geen pasklaar recept voor het communiceren over risico’s. Er zijn wel valkuilen die een preventiemedewerker beter kan vermijden en tips die verstandig zijn om toe te passen. Die zijn te verdelen in zogenoemde do’s-and-don’ts.

    Do’s

    • Bepaal het doel: wat wil u bereiken in aandacht, kennis, houding en gedrag?
    • Ken de doelgroep: tot wie richt u zich precies? Zorg dat u weet wat de doelgroep stimuleert of belemmert. Wat is hun stijl of toon waarop zij aangesproken willen worden?
    • Kies een betrouwbare zender: zet een boodschapper in waarmee de doelgroep zich kan identificeren. Collega’s (local hero) kunnen bijvoorbeeld een rol vervullen. Spreek alleen de waarheid.
    • Schenk aandacht aan koplopers: het is vreemd om tot de conclusie te komen dat vaak 80% van de tijd wordt gestoken in de ‘niet-willers’ en de koplopers worden vergeten. (zie het kader over Early adaptors).
    • Richt uw pijlen op de medestanders. Zij kunnen later als voortrekkers fungeren.

    directeur

    herhaal

    De medestanders die voortrekkers worden, zijn enorm belangrijk. Werknemers van elkaar laten leren, is een goede werkwijze om veilig en gezond werken in de hele organisatie door te voeren.

    • Laat leiding goed voorbeeld geven: een steun in de rug in woord en daad moet van het management en de leidinggevenden komen. Het helpt als een directeur zelf ook zijn veiligheidsschoenen draagt als hij in de werkplaats komt.
    • Creëer draagvlak en test: betrek management en medewerkers vanaf het eerste moment bij het communicatieplan. En luister naar hun wensen en behoeften. Voer bijvoorbeeld een test uit met de eerste opzet.
    • Voer dialoog: in de acceptatiefase is een gesprek noodzakelijk. Vertel niet alleen wat er moet gebeuren, maar luister ook naar de werknemers.
    • Wees geduldig: herhaal, herhaal, herhaal. Eén keer per vijf jaar een instructie over de instelling van de beeldschermwerkplek schiet het doel acceptatie volledig voorbij.

    Op zoek naar de early adaptors

    meebewegen

    negatieve klank

    Bij het doorvoeren van maatregelen wordt er vaak met zorg naar de ‘niet-willers’ gekeken. Zoals geschreven gaat daar 80% van de aandacht naartoe. Daarmee stelt u een veel belangrijkere groep achter, de early adaptors. Dat zijn namelijk de mensen die als eerste open staan voor veranderingen. Als u hen kunt meebewegen, is het een kwestie van tijd totdat de meerderheid volgt. De ‘niet-willers’ of achterblijvers moeten mee, omdat de meerderheid de nieuwe werkwijze wel aanneemt.

    Don’ts

    • Geen wondermiddel: alleen communicatie leidt niet tot een veilige werkplek. Het gaat ook om voorzieningen op technisch en organisatorisch gebied. Het te zwaar tillen van zakken grondstoffen wordt opgeheven door een palletheftafel aan te schaffen, maar dan moet die wel worden gebruikt. Hetzelfde geldt voor het kantoor: RSI is te vermijden met speciale toetsenborden en muizen, maar dan moeten die wel beschikbaar zijn.
    • Geen arbo: het is beter om de term arbo te vermijden, het heeft een negatieve klank waardoor werknemers in de verdediging schieten. Termen als gezondheid, veiligheid en lichter werken, zijn veel positiever.
    • Geen middel als doel: het communicatiemiddel moet wel een middel blijven, soms wordt de ‘tool’ ( een mooie brochure) belangrijker dan wat er mee bereikt moet worden. Pas daarvoor op.

    dominee

    vertaalslag

    Wees alert op opmerkingen uit de organisatie zoals: ‘we doen veel aan veiligheid, we hebben onlangs nog een brochure uitgegeven’. Leg ook aan de werknemers uit dat bijvoorbeeld een brochure het middel is, niet het doel.

    • Geen betutteling: deskundigen, ook u als preventiemedewerker, kunnen de neiging hebben om alleen te zenden. Dat komt over als een dominee die op een afstand staat te prediken, zonder zich te bekommeren om wat de ontvangers nu willen weten, leren en toepassen.
    • Geen jargon: er bestaan echt moeilijke termen, die medewerkers afschrikken. Denk aan een term als ‘carcinogene stof’. Gebruik taal die dichter bij de werknemers ligt. In plaats van ‘carcinogene stof’ zegt u ‘kankerverwekkende stof’. Dat is voor iedereen begrijpelijk.
    • Geen algemene informatie, maar taal die de doelgroep aanspreekt: het gaat steeds om de vertaalslag naar de praktijk. Als u in een kantooromgeving met boekhouders spreekt, dan geeft u geen voorbeelden van tilhulpmiddelen, maar voorbeelden van RSI-veroorzakers.
    • Geen informatie zonder vervolgacties: vervolgacties zijn heel belangrijk voor de geloofwaardigheid. Wat gebeurt er hierna en wie doet wat?
    • Geen ingewikkelde informatie: houd het simpel!

    Communicatiemiddelen per situatie

    Communicatie­fase Oriëntatie Acceptatie Integratie
    Boodschap eenvoudig complex
    Middelen affiches, evenement, e-mail, ‘strooigoed’ brochure, groeps­gesprek, werkoverleg training, coaching, feedback
    Kenmerken hoog bereik, opvallend, visueel informatief, toegankelijk, persoonlijk interactief, doen, ervaren

    Bron: Arboinformatieblad AI – 50 Communiceren over risico’s