2.4 Structuur bhv-organisatie
Naast de risico’s komen er ook praktische vraagstukken opborrelen bij het opstellen van een bedrijfsnoodorganisatie. Zoals de vraag voor welke structuur uw werkgever kiest.
Hiërarchisch
ploegen
lagen
Een bhv-organisatie die is opgezet volgens de hiërarchische methode werkt met een aantal ploegen van bedrijfshulpverleners, die soms ook weer allemaal worden aangestuurd door een leidinggevende (een ploegleider bhv). Daarboven staat iemand die de hele hulpverlening coördineert (de coördinator bhv) en daarboven staat weer iemand die de algehele leiding heeft (het hoofd bhv). Deze methode wordt veel in grotere organisaties toegepast. Naarmate de organisatie kleiner wordt, verdwijnen er lagen uit deze bhv-organisatie.
Plat
reactief
De hiërarchische methode kent een aantal nadelen. Ten eerste zijn er vele schakels in de hulpverleningsketen binnen de organisatie, waardoor er soms onnodig lange communicatielijnen zijn. Ten tweede kunnen de bedrijfshulpverleners zich reactief opstellen en alleen iets doen als zij daartoe een opdracht krijgen van hun leidinggevende bhv’er. Ten slotte is de totaal benodigde kennis om adequaat hulp te kunnen verlenen versnipperd aanwezig in de organisatie of in sommige gevallen zelfs helemaal niet aanwezig. Bij een platte structuur wordt er juist voor gekozen om alle bhv’ers dezelfde taken te geven; er is daardoor geen verschil tussen de bhv’ers onderling.
Aanspreekpunt
aanspreekpunt
Het bhv-team moet een aanspreekpunt binnen de organisatie hebben, of uw organisatie nu voor een hiërarchische of platte structuur kiest. Vaak is de preventiemedewerker het aanspreekpunt, net zoals een arbocoördinator een aanspreekpunt is. De preventiemedewerker is dan niet alleen het aanspreekpunt, maar verzorgt ook de aansturing.
Het is slim als ook de directie aan een directielid de portefeuille bhv toewijst. Op die manier is de bhv op alle niveaus binnen de organisatie geborgd.