6.2 Duurzame inzetbaarheid
lange termijn
De uitdaging zit niet alleen in het verbeteren van de gezondheid op korte termijn, maar ook op de lange termijn. Uw organisatie staat de komende tijd namelijk voor een flinke uitdaging: werknemers moeten door de hogere pensioenleeftijd langer doorwerken. Dat vraagt om beleid. Dat is nog niet zo eenvoudig, lang niet iedereen kan langer doorwerken. Ook veranderen processen en gevraagde competenties razendsnel. Zet de werkgever in op duurzame inzetbaarheid, dan zal hij dus verschillende maatregelen moeten nemen.
6.2.1 Op alle niveaus
continuïteit
Het inzetten op duurzame inzetbaarheid heeft geen nut als u alleen oog heeft voor oudere werknemers. Het moet juist een beleid zijn dat zich op alle werknemers richt. Doet u dat, dan behaalt op winst op vier vlakken:
De toekomst van een organisatie komt in gevaar als er veel ouderen werken en er geen aandacht voor de duurzame inzetbaarheid is. Met het vertrek van de ouderen verdwijnt ook veel kennis die niet meteen vervangen kan worden door een nieuwe werknemer.
6.2.2 Switchen van functie
versleten
wisselende functies
Met een duurzaamheidsbeleid focust u dus niet alleen op de oudere werknemers; daarmee loopt u achter de feiten aan. Iemand die zijn leven lang fysiek zwaar werk doet, raakt na verloop van tijd versleten. Als dat gebeurt, kunt u weinig meer doen. Het is beter om al op jongere leeftijd aan de duurzame inzetbaarheid te werken. Geef medewerkers wisselende functies, bied hulpmiddelen om werk lichter te maken en maak hen bewust van de gevolgen van het zware werk dat zij doen.
Technostress
Het gevaar zit niet alleen in zware werkzaamheden. Juist in werk waar technologische vernieuwingen elkaar snel opvolgen, moet er ook aandacht zijn voor duurzame inzetbaarheid, anders ligt technostress op de loer. Ook informatie-overload zorgt voor technostress.
Werknemers ervaren technostress doordat zij de ontwikkelingen niet meer kunnen volgen of doordat zij de machines waarmee ze werken niet meer begrijpen.
6.2.3 Ondersteuning arbodienst
knelpunten
aanvullende diensten
De arbodienst zal u graag ondersteunen in het opstellen en voeren van beleid voor duurzame inzetbaarheid. Dat kan bijvoorbeeld door eerst goed in beeld te brengen wat de knelpunten zijn. Aan de hand van de uitkomsten daarvan, stelt u samen met de arbodienst een plan op. Arbodiensten leveren namelijk niet alleen de kerndeskundigen zoals de bedrijfsarts, vaak hebben zij ook nog andere experts in dienst. Denk daarbij aan een vitaliteitscoach of een inzetbaarheidscoach. Let wel op: dit soort coaches vallen vaak onder aanvullende diensten en niet onder het basispakket.
Door de wijzigingen in de Arbowet is de bedrijfsarts daar ook meer bij betrokken. Zo is nu één van de taken van de bedrijfsarts het opsporen, documenteren en aanpakken van bedrijfsziektes. Als de bedrijfsarts merkt dat in uw organisatie werknemers vanaf een bepaalde leeftijd meer verzuimen, is dat voor hem aanleiding om daarmee aan de slag te gaan.
De bedrijfsarts heeft de mogelijkheid om gevraagd én ongevraagd advies aan de werkgever te geven.