1.3 Het belang van het informatierecht
goed op de hoogte
Van echt overleg kan pas sprake zijn als beide partijen goed op de hoogte zijn van de te bespreken onderwerpen. De OR heeft daarom recht op de informatie die hij nodig heeft om zijn taak naar behoren uit te voeren. Het informatierecht is dus minstens zo belangrijk als het overlegrecht. Door goed gebruik te maken van de verstrekkende informatierechten, kan de OR of PVT een zinvolle overlegpartner worden.
De PVT heeft jaarlijks niet twee, maar slechts minimaal één keer het recht op een overlegvergadering met de werkgever. De werkgever hoeft dan bovendien geen vermelding te doen van besluiten omtrent advies- en instemmingsplichtige onderwerpen.
Omgekeerd gaat hetzelfde op: een ondernemingsraad die niet goed op de hoogte is, zal weinig waardevolle opmerkingen kunnen plaatsen en haar rol als vertegenwoordiger van de werknemers niet naar behoren kunnen vervullen.
Artikel 31
De raad heeft recht op alle informatie die hij nodig heeft om zijn taken goed te kunnen vervullen. Dat staat in artikel 31, lid 1 van de WOR. Daarnaast ontvangt de OR periodiek en ongevraagd veel feitelijke informatie over de onderneming. Hierbij kunt u denken aan:
- jaarrekening;
- jaarverslag;
- begrotingen;
- exploitatieoverzichten;
- beleidsplannen.
Informatie
Uiteraard moeten advies- en instemmingsaanvragen in ieder geval gepaard gaan met alle nodige informatie om tot een afgewogen besluit te komen. Zonder de benodigde informatie, kan de OR immers geen oordeel vormen.
Politieke besluiten en rechterlijke taken
In principe gelden overleg- en informatierechten altijd. Er is echter één belangrijke beperking voor ondernemingsraden in een overheidsonderneming. De bestuurder is in een dergelijke organisatie namelijk niet verplicht met de OR te overleggen als het gaat om politieke besluiten. Wél moet het bestuur de eventuele personele gevolgen van deze besluiten met de raad delen. Het is het bestuur trouwens niet verboden om te overleggen bij politieke besluiten. Uit rechtspraak blijkt dat de bestuurder dit ‘politiek primaat’ niet te ruim mag toepassen.
rechterlijk primaat
Verder geldt voor de OR van gerechten en beroepscolleges een rechterlijk primaat. Dit betekent dat de bestuurder niet verplicht is om met de OR van gedachten te wisselen over het uit te voeren beleid. Dit geldt overigens ook voor de uitvoering van rechterlijke taken.
Onwillige bestuurder
onwillige bestuurder
Tegenover de informatierechten van de ondernemingsraad staan de informatieplichten van de bestuurder. De werkgever moet natuurlijk wel bereid zijn om de benodigde informatie te verstrekken. De OR en PVT kunnen een onwillige bestuurder dwingen tot het verstrekken van de inlichtingen waarop zij, op basis van de wet, recht hebben. Hoewel dat ook geldt voor de overlegrechten heeft het meestal weinig zin deze af te dwingen. U kunt zich immers voorstellen dat een afgedwongen overleg niet veel inhoud zal hebben.
Is een ondernemingsraad niet goed op de hoogte, dan zal de OR weinig waardevolle opmerkingen kunnen plaatsen. Hiermee zal hij zijn rol als vertegenwoordiger van de werknemers niet naar behoren kunnen vervullen. Dit wilt u natuurlijk voorkomen!