U bent hier

Onderneming & Personeel
Rouw op het werk5. Rol van leidinggevende en arboprofessional5.4 Rol van de leidinggevende

5.4 Rol van de leidinggevende

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Arbo Rendement
Publicatiedatum: juli 2023

scheiding

Iedereen kan te maken krijgen met een vorm van verlies. Het kan om het overlijden van een dierbare gaan, maar ook om verlies van een baan of een scheiding. Voor een leidinggevende is het belangrijk dat hij weet hoe hij om moet gaan met een rouwende werknemer. Wat een werknemer nodig heeft van een leidinggevende, is voor iedereen verschillend. De ene werknemer heeft de behoefte om zo snel mogelijk weer aan het werk te gaan, de ander heeft juist meer tijd nodig om thuis te herstellen. Voor elke werknemer geldt wel dat het helpt als de leidinggevende de behoeften van de werknemer in rouw met hem bespreekt.

5.4.1 Omgaan met een werknemer in rouw

ziekteverzuim

Een werknemer kan moeite hebben met werken na een verlies of heftige gebeurtenis. Vaak meldt een werknemer zich dan ziek, omdat hij niet in staat is om te werken. Om het ziekteverzuim zo kort mogelijk te houden, zijn er een aantal punten waar een leidinggevende rekening mee kan houden. De leidinggevende:

  • heeft begrip en empathie voor de werknemer in de situatie waarin hij verkeert en vraagt niet steeds wanneer de werknemer van plan is terug te keren;
  • toont interesse in het verlies en de situatie van de werknemer en beseft dat een rouwproces voor iedere werknemer er anders uitziet;
  • heeft kennis over en vaardigheden bij het rouwproces;
  • weet dat er geen tijd staat voor de duur van rouw;
  • beseft dat er geen handleiding voor het omgaan met rouw bestaat, noch voor de leidinggevende noch voor de werknemer;
  • beseft dat iedere werknemer op een andere manier terugkeert naar de werkvloer;
  • biedt de werknemer professionele ondersteuning en begeleiding aan.
  • biedt de werknemer verschillende mogelijkheden om terug te keren naar de werkvloer, zoals een (tijdelijke) aanpassing van de werktijden.

5.4.2 Begrip en empathie tonen

plotseling

De periode na het overlijden van een dierbare is vaak heftig. Het kan zijn dat de dierbare plotseling is overleden of juist al langere tijd ziek was. Bij een plotseling overlijden, door bijvoorbeeld een hartstilstand, ongeluk of zelfdoding, heeft de werknemer zich niet op het verlies kunnen voorbereiden. Het is een grote schok voor de werknemer. Plots staat diens wereld op z’n kop en ontstaat er chaos.

Niet onverwacht

ziekbed

Als een werknemer een dierbare verliest na een lang of kort ziekbed zijn collega’s en leidinggevende hier meestal van op de hoogte en is het verlies niet onverwacht. In alle gevallen is het een heftige gebeurtenis. Het blijft namelijk een groot verlies en dat brengt veel emoties met zich mee.

Overweeg om een veelgestelde eerste vraag na een ziekmelding over te slaan: wanneer verwacht je terug te keren naar je werk? Deze vraag kan enorme druk geven bij de werknemer, die ruimte en tijd nodig heeft om het verlies te beseffen en alles na het overlijden te regelen.

5.4.3 Kennis en vaardigheden van het rouwproces

Als de leidinggevende een rouwende werknemer wil bijstaan, kan het helpen als hij weet of de werknemer al eerder met een verlies te maken heeft gehad of dat dit de eerste keer is.

Uitleggen

emotie

Een leidinggevende kan het rouwproces voor de werknemer eenvoudiger maken als de werknemer niet eerder te maken heeft gehad met verlies en zelf geen kennis en vaardigheden van het rouwproces heeft. De leidinggevende kan uitleggen wat een rouwproces is en dat er allerlei emoties voorbijkomen. Dat kan op het ene moment verdriet zijn en op het andere moment boosheid, schuldgevoel of angst. Hij kan toelichten dat die emoties erbij horen en dat iedereen verlies op zijn eigen manier verwerkt.

Alleen

vangnet

De leidinggevende kan ook vragen of de werknemer een vangnet heeft of dat hij er alleen voorstaat. Heeft een werknemer een verlies ervaren, dan vinden anderen het vaak lastig om over het onderwerp te praten of ernaar te vragen. Kan de werknemer niet terecht bij de collega’s of de naasten, familie, vrienden om hem heen, dan mist hij een vangnet, kan hij zich onbegrepen voelen door de omgeving en zich alleen voelen.

Verschillende verliessituaties

vormen van verlies

Rouw komt niet alleen voor bij het verlies van een dierbare: er zijn ook andere vormen van verlies. De leidinggevende kan interesse en belangstelling tonen bij elk verlies waarmee de werknemer te maken krijgt (zie ook hoofdstuk 2). Ook al zijn het privéomstandigheden, zoals een echtscheiding, dan is het nog belangrijk om mee te leven met de werknemer. De werknemer ervaart dit evengoed als verlies en rouwt.

5.4.4 In gesprek blijven

opening

stress

Het is misschien niet verstandig als de leidinggevende meteen vraagt wanneer de werknemer weer aan het werk gaat. Door in gesprek te blijven met de werknemer kan er toch een opening ontstaan om hier wel naar te vragen. Vaak komt het voor dat de leidinggevende voor de werknemer gaat denken en invullen. Bijvoorbeeld door te zeggen dat de werknemer er wel aan toe is om weer aan het werk te gaan, omdat hij van thuiszitten ook niet beter wordt. Dat kan druk geven bij de werknemer. De werknemer kan aannemen dat de leidinggevende verwacht dat hij (snel) terugkeert naar de werkvloer. Gaat de werknemer om die reden weer aan het werk terwijl hij er in werkelijkheid nog helemaal niet aan toe is, dan kan dit stress veroorzaken bij de rouwende werknemer. Daar kunnen weer fysieke of mentale klachten uit ontstaan.

5.4.5 Terugkeer van de werknemer

aanpassing

Keert de werknemer weer terug naar de werkvloer, dan kan de leidinggevende hem eerst uitnodigen voor een gesprek met een kopje koffie. Zo krijgt de werknemer de volledige aandacht en kan hij aangeven wat hij nodig heeft van de leidinggevende en de collega’s. De leidinggevende kan de volgende vragen stellen:

  • Hoe gaat het?
  • Gaat het lukken om de werkzaamheden op te pakken?
  • Heb je (tijdelijk) aanpassingen nodig? Denk daarbij aan werktijden, de inhoud of de hoeveelheid van de werkzaamheden.
  • Wat heb je op dit moment nodig van mij?
  • Wat heb je op dit moment nodig van de collega’s?

Deze vragen helpen om de terugkeer naar de werkvloer eenvoudiger te maken. De leidinggevende kan op basis van de antwoorden de werknemer de tijd en ruimte geven om het werk weer stap voor stap op te pakken.

Mogelijkheden

belastend

De leidinggevende geeft ook aan wat de mogelijkheden zijn voor de werknemer in de organisatie. Denk aan een andere werkplek of werktijden. Het is misschien mogelijk om de werkzaamheden aan te passen, zodat ze minder belastend zijn, om tijdelijk minder verantwoordelijkheden te hebben, of werkzaamheden te doen die juist energie geven.

Haalbaar

mogelijkheid

De aanpassingen moeten wel haalbaar zijn in de organisatie: de leidinggevende en de werknemer moeten dus samen kijken naar de mogelijkheden. Heeft de werknemer meer nodig, dan kan de leidinggevende kijken naar de wettelijke regelingen waarvan hij gebruik kan maken.

De Wet flexibel werken maakt het mogelijk om te kijken naar tijdelijk thuiswerken, een tijdelijke aanpassing van de arbeidsplaats, werktijden of de arbeidsduur. Als er een cao geldt voor uw organisatie, kunt u die ook bekijken.

Ervaring

energie

Aan het einde van de dag kan de leidinggevende de volgende vragen stellen:

  • Met welke werkzaamheden had je moeite?
  • Waar liep je tegenaan?
  • Welke werkzaamheden hebben veel energie gekost?
  • Hoe ervaarde je je werkplek?

Door te vragen hoe de dag is verlopen en hier ook de tijd voor te nemen, kan de werknemer zijn ervaring met de leidinggevende delen.

Het is belangrijk dat de werknemer in rouw zijn emoties kan uiten. Het begrip van de leidinggevende geeft veiligheid en vertrouwen. Krijgt de werknemer dit niet, dan is de kans groot dat hij niet alles vertelt en voelt hij niet de erkenning die hij nodig heeft.

Communiceren

tijd

De leidinggevende vraagt niet alleen de eerste dag hoe het met de werknemer gaat, maar toont ook daarna interesse. Hij blijft in gesprek met de werknemer om te kijken hoe het gaat en of hij iets nodig heeft. Omdat geen rouwproces hetzelfde verloopt of binnen een bepaalde tijd, kan het zijn dat de ene werknemer weer snel zijn werkzaamheden heeft opgepakt, terwijl dat bij een ander na een soortgelijke situatie heel anders kan gaan. De leidinggevende moet hiermee rekeninghouden en dit ook communiceren naar de andere werknemers.