U bent hier

Onderneming & Personeel
Rouw op het werk8. Omgaan met rouw bij ziekte en ongevallen 8.1 Ziekte versus ongeluk

8.1 Ziekte versus ongeluk

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Arbo Rendement
Publicatiedatum: juli 2023

chronisch

Door langdurige of chronische ziekte is het mogelijk dat een werknemer niet meer alle werkzaamheden kan uitvoeren, helemaal niet meer aan het werk kan of komt te overlijden (zie hoofdstuk 7). U kunt bij zo’n ziekte denken aan een diagnose van bijvoorbeeld kanker, ALS, spierziekte, fybromyalgie, alzheimer of parkinson.

Ongeval

letsel

roulatie

De werknemer kan ook rouwen om de gevolgen van een ongeluk. Het kan om groot of klein letsel gaan, als gevolg van bijvoorbeeld een verkeersongeval, een ongeluk(je) in of rond huis, een ongeval tijdens het klussen, een misstap op een drempel of een bedrijfsongeval. Door een ongeval kan er zichtbaar letsel zijn, zoals bij het breken van een arm of been, waardoor de werknemer tijdelijk uit de roulatie is. Na een aantal weken is de werknemer hersteld en kan hij zijn werkzaamheden weer oppakken. Soms kan (klein) letsel ernstige gevolgen hebben en is volledig herstel uitgesloten. De werknemer kan zijn werkzaamheden dan niet meer uitvoeren.

Inspringen op gevoelens en gedrag werknemer

hulp

De werknemer ervaart een verlies en belandt in een rouwproces. De ene persoon gaat gelijk over tot actie en probeert zo veel mogelijk te regelen. De ander voelt zich lamgeslagen en weet zich er geen raad mee. De werknemer kan niet meer helder nadenken, komt niet van de bank en blijft hangen in het probleem. Het is van belang om hier tijdig op in te springen en met de werknemer te bespreken hoe het gaat en of u hem kunt ondersteunen. Kijk welke hulp er intern mogelijk is en houd externe opties in gedachten, zoals het inschakelen van een rouwcoach voor verdere begeleiding en ondersteuning.

8.1.1 Verlieservaring of rouwproces

impact

De werknemer kan na een ongeval of vanwege gezondheidsredenen (tijdelijk) niet goed meer functioneren op het werk of kan zelfs helemaal niet meer werken. Dit heeft enorme impact op het leven van de werknemer. Daardoor ervaart hij een verlies en ontstaat er rouw. Om het verlies te kunnen aanvaarden, gaat de werknemer eerst door een rouwproces (zie hoofdstuk 1) om dit verlies te verwerken.

Collega’s tonen vaker begrip voor zichtbaar letsel – zoals een arm in het gips – dan voor onzichtbaar letsel. Een werknemer met onzichtbaar letsel kan moeite hebben zich te concentreren en zal langer bezig zijn met zijn werk. Dit kan leiden tot onbegrip en irritatie bij anderen.

8.1.2 Anders functioneren en verwachtingen

beperking

verandering

Keert de werknemer terug op de werkvloer met (blijvende) beperkingen na een ongeluk of een (chronische) ziekte, dan kan hij niet alleen lichamelijke, maar ook geestelijke klachten hebben. Een valkuil is om te denken dat de werknemer hetzelfde functioneert als eerst – een gedachte die er vaak onbewust is. Er heeft een verandering plaatsgevonden, van een oude situatie naar een nieuwe situatie. Dat geldt voor de werknemer, maar ook voor anderen.

Teleurstelling

geen ruis

houding

De werknemer keert terug en er kunnen bepaalde verwachtingen bij hem zijn ontstaan. Hij wenst dat zijn collega’s en de leidinggevende het begrijpen en rekening houden met zijn beperking. Maar helaas gebeurt dit niet altijd op de gewenste manier, wat voor teleurstelling bij de werknemer kan zorgen en dat gaat gepaard met emoties. Denk aan het volgende om die teleurstelling te voorkomen.

  • Vraag regelmatig hoe het gaat en luister oprecht.
  • Stel u open voor vragen: waar lopen de terugkerende werknemer en de andere werknemers tegenaan? Maak dit bespreekbaar. Bij wie kunnen de werknemers terecht voor vragen, zodat er geen ruis ontstaat?
  • Geef de werknemers het gevoel dat ze gehoord en gezien worden. Helderheid, duidelijkheid en transparantie zorgen voor vertrouwen.
  • Observeer: wat ziet u dat er speelt op de werkvloer?
  • Vang signalen op, wat merkt u op?
  • Welk gedrag ziet u en welke houding nemen de werknemers aan?
  • Stel uzelf ook open op: geef aan dat het belangrijk is om gevoelens te uiten en dat alles bespreekbaar is.

8.1.3 Omgaan met beperkingen

blijvend

slechte 
nachtrust

irritatie

De werknemer is terug op de werkvloer, maar is niet meer de oude. Hij moet omgaan met de beperkingen, die tijdelijk, maar ook blijvend kunnen zijn. Ondanks de beperkingen kan de werknemer de huidige functie misschien wel weer goed oppakken, maar wel met:

  • minder energie: het batterijtje van de werknemer is minder gevuld, het kost meer energie om dit op te laden;
  • verminderde concentratie: minder focus;
  • vermoeidheid: hierbij kan het om verschillende typen vermoeidheid gaan:
    • fysieke vermoeidheid: vaak is iemand door slechte nachtrust niet goed uitgerust en heeft dan moeite om emoties onder controle te houden;
    • mentale vermoeidheid: kort lontje, vergeetachtig, concentratieproblemen, minder alert;
    • hormonale vermoeidheid: schommeling van hormonen, weinig energie, irritatie, neerslachtigheid;
    • moeite met fysieke inspanning en geen energie door niet goed te eten, waardoor het lichaam te weinig voedingsstoffen opneemt.

Grenzen

initiatief

Samen met de werknemer kunt u erop letten dat hij grenzen blijft stellen en luistert naar signalen van het lichaam. Het is ook van belang dat hij zelf initiatief neemt als er iets gedaan moet worden en een ander laat op zich wachten: hij moet zelf stappen zetten en niet afwachten. Daarbij hoort ook het vragen om hulp. De werknemer moet niet alles zelf willen doen als het even niet lukt. Bespreek verder dat het belangrijk is dat de werknemer zelf aangeeft wat niet (meer) mogelijk is, aangezien een ander dat niet altijd kan inschatten. Verder is het goed om te noemen dat de werknemer tijdens het rouwproces goed voor zichzelf zorgt, positief blijft (kijk wat wel lukt) en toegeeft dat het niet altijd meezit.

Bij ziekmelding vervanging regelen

begrip

Een chronisch zieke werknemer belandt in de medische molen en kan zich (deels) ziek moeten melden. Dit kan veel stress geven bij de werknemer (want hij vindt het vervelend dat hij zich vaak ziek moet melden), maar ook bij de werkgever. Dat kan bij beide partijen weer irritatie en onbegrip opwekken. De werkgever denkt mee, maar moet misschien op zoek naar vervanging als de werknemer vaak afwezig is, er werk blijft liggen en niet alle taken op tijd af zijn. Om begrip voor de situatie te krijgen, moet de werkgever in gesprek blijven met de werknemer en zich verdiepen in de aandoening van de werknemer.

Openheid

openheid

Wettelijk gezien hoeft de werknemer nooit te vertellen wat hem mankeert. Maar zowel onderzoek als praktijk wijzen uit dat enige openheid over de aandoening wel helpt als iemand wil blijven werken; dat schrijven ook patiëntenorganisaties.