4.2 Wat hebben generatiegenoten gemeen?

loyaal

authenticiteit

bicultureel

Het is vaak lastig te zien omdat we er middenin staan, maar naast alle verschillen tussen de mensen uit één generatie, zijn er ook overeenkomsten binnen een generatie.

• Babyboomers: geboren in de periode 1946-1960. Deze generatie is hoger opgeleid dan hun voorgangers, hardwerkend, zuinig, conventioneel, loyaal naar de organisatie. Verder gaan de eerste vrouwen aan het werk (na hun huwelijk), is werk de spil van het leven, kijken werknemers op tegen de baas en krijgen ze niet te veel trainingen.
• Generatie X: geboren in de periode 1961-1980. Zij vervullen nu vaak topposities in organisaties, maar zijn toch als leider nauwelijks zichtbaar. Ze komen naar voren als het moet. Kritiek op deze generatie is dat ze te braaf zijn en geen langetermijnvisie zouden hebben. Ze zijn veel meer dan hun voorgangers gericht op de eigen ontwikkeling. Ook zijn ze minder afhankelijk van de werkgever.
• Generatie Y: geboren in de periode 1981-1995. Ze communiceren veel en snel, kunnen veel tegelijk, zijn open en direct, streven vaker naar authenticiteit. Ze zijn ook informeler dan de voorgaande generaties. Daarnaast streven ze naar een goede werk-privébalans en willen ze graag iets doen met maatschappelijk nut. Ze zijn vaker dan voorgaande generaties teleurgesteld over organisaties. Relatief veel maken zelf de keuze om zzp’er te zijn.
• Generatie Z: geboren na 1995. Ze zijn diverser; bijna 25% van de 16- tot en met 19-jarigen heeft een biculturele achtergrond en er zijn steeds meer hoogopgeleide en ambitieuze vrouwen. Ze zijn loyaal aan zichzelf, meer dan aan de werkgever. Ze willen ook niet per se alles uit één baan halen. Ze zijn sceptisch over multinationals en alert op authenticiteit. Een goed startsalaris is belangrijk, mede ingegeven door de krappe woningmarkt. Ze zijn weinig hiërarchiegevoelig: ze willen snel alles zelf doen en zijn gewend aan een netwerkomgeving, waarin zij iedereen – ongeacht de hiërarchische positie – benaderen.