U bent hier

Onderneming & Fiscus
Non-profit en de fiscus6. Vennootschapsbelasting6.4 De aangifte

6.4 De aangifte

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Bestuur Rendement
Publicatiedatum: december 2020

belastbare bedrag

Als voor (een deel van) de activiteiten van uw organisatie sprake is van een onderneming en het bedrijfsresultaat niet in aanmerking komt voor de vrijstelling, dan moet u vennootschapsbelasting betalen. Deze wordt berekend over het belastbare bedrag in een boekjaar. Het belastbare bedrag is de winst minus eventuele verrekenbare verliezen. Bij het vaststellen van de winst en het belastbare bedrag krijgt u ook te maken met regelingen die ook gelden voor ondernemers in de inkomstenbelasting. Voorbeelden hiervan zijn de investeringsaftrek en de fiscale reserves.

6.4.1 Investeringsaftrek

bedrijfsmiddelen

Uw organisatie kan meestal niet zonder investeringen. Bij investeringen in bedrijfsmiddelen die meer dan € 450 per stuk kosten, komt u in aanmerking voor de investeringsaftrek. Voorwaarde is dat u in totaal een bedrag tussen € 2.401 en € 323.544 investeert in bedrijfsmiddelen voor uw organisatie. In dat geval heeft u recht op een kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (KIA) van maximaal 28% over het geïnvesteerde bedrag. Daarnaast kunt u onder voorwaarden in aanmerking komen voor de energie-investeringsaftrek (EIA) en de milieu-investeringsaftrek (MIA).

Bij investeringen in bedrijfsmiddelen van de zogenoemde Milieulijst kunt u dankzij de VAMIL bovendien voor 75% van het investeringsbedrag willekeurig afschrijven.

6.4.2 Reserves

herinvesteringsreserve

Het is niet ondenkbaar dat u een oud bedrijfsmiddel verkoopt en vervolgens wacht met de vervanging hiervan. Dankzij de herinvesteringsreserve wordt de belastingheffing over de behaalde boekwinst bij de verkoop van het bedrijfsmiddel uitgesteld. Dit stelt u in staat de opbrengst van de verkoop van een bedrijfsmiddel opnieuw te investeren in een ander bedrijfsmiddel.

Egalisatiereserve

periodiek ­onderhoud

Voor verenigingen en stichtingen is de egalisatiereserve ook interessant. Deze fiscale reservering kunt u aanleggen voor de kosten die eens in de zoveel jaar op de rol staan voor periodiek onderhoud, zoals voor het onderhoud en schilderwerk van uw clubhuis of kantine. De egalisatiereserve is niet toegestaan voor jaarlijks terugkerende uitgaven.

6.4.3 Belastingtarief VPB

verliezen

Over de winst die na verrekening van de aftrekposten, reserveringen en eventuele verrekenbare verliezen resteert, betaalt u over de eerste € 200.000 VPB tegen een tarief van 16,5%. Over het meerdere betaalt u een tarief van 25%.