3.5 Verzuimprotocol
passend werk
Eén van de onderdelen van het verzuimbeleid is het verzuimprotocol. Dat is in principe gebaseerd op de Wet verbetering poortwachter (WVP). De preventiemedewerker heeft geen formele rol bij dit protocol, maar kan helpen bij het organiseren van passend werk. De meeste protocollen schrijven voor dat werknemers zich ziek melden bij de direct leidinggevende of bij HR. Het voordeel van ziekmelding bij de leidinggevende is dat deze het voortouw heeft in de terugkeer naar werk. Vervolgens meldt de organisatie de zieke werknemer uiterlijk binnen een week bij de bedrijfsarts of arbodienst. Hoe eerder u de bedrijfsarts inschakelt, hoe groter de kans op een snelle terugkeer.
probleem-analyse
De bedrijfsarts moet de zieke werknemer bij enkele ziektebeelden (zoals rugklachten en psychische problemen) zelfs binnen twee weken zien. Ook bij conflicten in de werksituatie is een snelle inschakeling van de bedrijfsarts verstandig (zie hoofdstuk 10).
Probleemanalyse
aanpassingen
De bedrijfsarts stelt binnen zes weken een probleemanalyse op. Dat kan eerder bij de verwachting dat het verzuim langer dan zes weken zal duren. Uw werkgever moet weten of er werkgerelateerde factoren aan de ziekmelding ten grondslag lagen en of er aanpassingen aan het werk of de werkomgeving nodig zijn om de terugkeer te bevorderen.
evalueren
Die informatie staat in het plan van aanpak dat de werkgever binnen twee weken na ontvangst van de probleemanalyse opstelt. Na de eerste periode van zes weken evalueren werkgever, werknemer en de bedrijfsarts periodiek of terugkeer naar werk mogelijk is en hoe. Periodes van vier tot zes weken zijn hiervoor gebruikelijk, maar nog beter is het om dit afhankelijk te maken van de aard van de ziekte en het verzuim.