U bent hier

Onderneming & Administratie
Intellectueel eigendom5. Octrooirecht5.4 Hoe en hoe lang geniet u bescherming?

5.4 Hoe en hoe lang geniet u bescherming?

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier FA Rendement
Publicatiedatum: augustus 2024

technische werking

Het verkrijgen van een octrooi is, net als bij het verkrijgen van een merk- of modelrecht, een formele aangelegenheid. De verschillende regelingen hebben hun eigen procedures, terwijl bij verlening de octrooien dezelfde rechtsgevolgen hebben (artikel 49 ROW en artikel 64 lid 1 EOV). Een overeenkomst tussen de regelingen is dat bij elke aanvraag een conclusie moet worden genomen die tot in detail de technische werking van de uitvinding beschrijft, en hoe deze een probleem uit de stand van de techniek oplost. Dat kan ook met behulp van tekeningen.

Voor het doen van aanvragen is het raadzaam om een zogenoemde erkende octrooigemachtigde in te schakelen, die met name technische kennis en in mindere mate juridische kennis in huis heeft (artikel 23a-23z ROW en artikel 134 en 134a EOV).

5.4.1 Nederlands octrooi

taksen

stempel-octrooi

Voor een Nederlands octrooi geldt de verleningsprocedure van artikel 24 tot en met 39 ROW en deze bestaat uit drie fasen: de inschrijving, het onderzoek naar de stand van de techniek en de verlening. Anders dan bij de aanvraag via het EOV, worden octrooien al verleend wanneer voldaan is aan de formele vereisten, waaronder betaling van de taksen (zoals de instandhoudingstaksen ofwel jaartaksen voor het in stand houden van uw octrooi) en het juist indienen van de aanvraag. Het rijksoctrooi wordt dan ook wel stempeloctrooi of registratieoctrooi genoemd. Of een octrooi stand houdt, zal pas blijken in een eventuele inbreukprocedure.

Onderzoekverzoek

splitsen

De aanvraag dient u in bij het Octrooicentrum Nederland. Uw aanvraag mag maar op één uitvinding betrekking hebben; een aanvraag kan eventueel gesplitst worden. Binnen 13 maanden na de indiening moet u als aanvrager een verzoek doen tot een onderzoek naar de stand van de techniek. Doet u dat niet, dan komt de aanvraag te vervallen. De eventuele schriftelijke opinie van het Octrooicentrum Nederland doet niets af aan het verlenen van het octrooi. Het octrooi wordt uiteindelijk verleend zodra de aanvraag in het openbare octrooiregister is ingeschreven. Dat is op zijn vroegst twee maanden na het bekendmaken van het onderzoeksresultaat over de stand van de techniek.

Het octrooi wordt zo spoedig mogelijk na 18 maanden na de indiening ingeschreven in het octrooiregister. Dit geeft de indiener dus 18 maanden voorsprong voordat zijn uitvinding openbaar wordt gemaakt.

5.4.2 Europees octrooi

formele 
beoordeling

Het belang van het rijksoctrooi is door zijn verminderde populariteit lang niet zo groot als dat van het Europees octrooi. Voor een Europees octrooi geldt de verleningsprocedure van artikel 75 EOV en verder. Deze procedure bestaat uit de volgende vijf fasen:

  • de indiening en formele beoordeling;
  • het nieuwheidsonderzoek;
  • de publicatie;
  • de beslissing;
  • (eventueel) de oppositie.

De octrooiaanvraag kunt u doen bij het Europees Octrooibureau (EOB) te München of de afdeling van het EOB te Rijswijk. De aanvraag mag maar op één uitvinding betrekking hebben; een aanvraag kunt u eventueel splitsen.

Nieuwheid

inhoudelijke toetsing

Anders dan de procedure van de ROW kent de procedure van het EOV wel een inhoudelijke toetsing op nieuwheid. Na 18 maanden wordt de aanvraag gepubliceerd in het Europese Octrooiblad. Daarna volgt de beslissing over de octrooiverlening. Als er geen sprake is van nieuwheid en de uitvinding behoort al tot de stand van de techniek, dan verleent het EOB geen octrooi. Is het oordeel positief, dan wordt het octrooi verleend voor de landen waarvoor het is aangevraagd.

Oppositie

herroepen

Ten slotte is het mogelijk dat anderen binnen negen maanden na publicatie van de octrooiverlening in oppositie komen tegen de octrooiverlening. Hier wijkt de EOB dus af van de nationale procedure. Als de oppositie slaagt, dan wordt het octrooi herroepen en geacht nooit bestaan te hebben. Wordt er geen oppositie gevoerd of de oppositie wordt gewonnen, dan blijft het octrooi bestaan. De aanvrager kan daarna nog beroep instellen tegen een afwijzende beslissing van de verlenende instantie (artikel 106 EOV en verder).

5.4.3 Internationaal octrooi

nieuwheids-
onderzoek

Voor een internationaal octrooi op basis van het Samenwerkingsverdrag uit 1970 (hierna PCT) moet u een aanvraag indienen bij het ontvangende bureau. In Nederland is dat het Octrooicentrum Nederland (artikel 17 lid 1 ROW). Vervolgens vindt een internationaal nieuwheidsonderzoek plaats door een Instantie voor Internationaal Nieuwheidsonderzoek. Dit zijn de octrooiverlenende instanties te Moskou, Stockholm, Tokio, Washington en het EOB te München.

Poisitief

Na een positief resultaat van het Internationaal Nieuwheidsonderzoek stuurt de betreffende instantie voor Internationaal Nieuwheidsonderzoek de aanvraag door naar de nationale octrooiverlenende instantie. Op grond van artikel 18 ROW wordt een aanvraag via de PCT beschouwd als een Europese octrooiaanvraag. Na doorzending vanuit de Instantie voor Internationaal Nieuwheidsonderzoek zijn niet de ROW-regels van toepassing, maar de EOV-regels.

Gebaseerd op het Unieverdrag van Parijs (UvP) kunnen aanvragers van octrooien via alle regelingen ook een beroep doen op voorrangsrechten, waarbij de aanvraag terugwerkt tot de datum van de eerdere aanvraag (artikel 9 en 10 ROW,en artikel 87-89 EOV en artikel 8 PCT).

5.4.4 Geldigheidsduur

De geldigheidsduur van een octrooi is twintig jaar vanaf het moment van indienen. Het is niet mogelijk om de geldigheidsduur te verlengen (artikel 36 lid 6 en 49 lid 2 ROW en artikel 63 EOV). De reden hiervoor is om de technische vooruitgang niet te veel te remmen.

Beëindigen

taksen

Het octrooi kan in bepaalde gevallen ook vroegtijdig worden beëindigd. Dit is het geval bij:

  • verval (als de instandhoudingstaksen niet tijdig worden betaald; artikel 62 ROW);
  • afstand (artikel 63 ROW);
  • vernietiging (artikel 75 ROW en artikel 138 EOV).

materiële 
vereisten

Er zijn vijf vernietigingsgronden:

  • Het octrooi voldoet niet aan de materiële vereisten en had dus niet verleend mogen worden.
  • Het octrooischrift is te onduidelijk, zodat een deskundige de uitvinding niet kan toepassen in de praktijk.
  • Het onderwerp van het octrooi wordt niet gedekt door de ingediende aanvraag.
  • Na octrooiverlening is de beschermingsomvang uitgebreid.
  • De octrooihouder had geen aanspraak op het octrooi.
  • In het laatste geval kan de werkelijke rechthebbende er ook voor kiezen om het octrooi binnen vijf jaar na verlening op te eisen (artikel 78 ROW). Hierbij gaat het octrooi niet teniet.