U bent hier

1.1 Hoofdletters

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Office Rendement
Publicatiedatum: januari 2018

duidelijk

De regels voor het gebruik van hoofdletters zijn in het Nederlands vrij duidelijk. U gebruikt een hoofdletter:

  • om een zin te beginnen;
  • als u een naam noemt;
  • in een afkorting;
  • als uitdrukking van eerbied (hoewel dit steeds minder voorkomt).

1.1.1 Begin van de zin

begin van de zin

Elke zin begint met een hoofdletter. Dit doet u hoogstwaarschijnlijk automatisch goed en anders doet Word dat wel voor u. Ook als een zin begint met een veelgebruikte afkorting die u met een kleine letter moet schrijven (zoals o.a.), heeft de hoofdletterregel voorrang. U schrijft dan ‘O.a.’. Dezelfde regel geldt voor woorden als iPhone en iPad, e-Bay of iDEAL. Als deze woorden aan het begin van de zin staan, schrijft u IPhone, IPad, E-Bay en IDEAL.

In sommige gevallen volgt ook na een dubbele punt een hoofdletter, bijvoorbeeld als u een dialoog(je) weergeeft of als er meerdere zinnen volgen.

Begint u een zin met een woord met daarin een apostrof, zoals ’s ochtends en ’s avonds, of met een plaatsnaam als ’s-Hertogenbosch, dan krijgt het tweede woord de hoofdletter toebedeeld. Bijvoorbeeld: ’s Avonds werd een nieuwe bespreking ingepland. Begint een zin met een cijfer, dan komt er geen hoofdletter.

1.1.2 Namen

voorletter

Persoonsnamen, aardrijkskundige namen en zaaknamen (merken, gebouwen) krijgen in principe een hoofdletter. Let er wel op dat tussenvoegsels van familienamen (de, van, ter) alleen een hoofdletter krijgen als er geen (voor)naam, voorletter of (adellijke) titel voor staat. Schrijf dus ‘Het bleek dat Van Gaal zijn twijfels had’ en ‘Het huis van Sheila de Vries trok veel kopers’. Buitenlandse namen worden net zo geschreven als in de oorspronkelijke taal.

Met hoofdletter

De volgende groepen woorden krijgen in ieder geval een hoofdletter:

  • aardrijkskundige namen, dus landen en rivieren maar ook straten en hemellichamen (de Donau, Newfoundland, de Avondster);
  • aardrijkskundige namen in samenstellingen en afleidingen (Russische wodka, Engelse tuinen, Limburgse vlaai, de Schelde-oevers);
  • etnische groepen (Roma, Zulu’s);
  • historische gebeurtenissen (de Vrede van Münster, de Tweede Wereldoorlog);
  • feesten (Koningsdag, Offerfeest, Pinksteren);
  • instanties en instellingen (Reclame Code Commissie, Sociaal-Economische Raad, Ministerie van Financiën);
  • instellingsnamen van gezindten, partijen en verenigingen (Partij voor de Dieren, Koninklijke Horeca Nederland, Abvakabo);
  • persoonsnamen die een merk of kunstwerk vertegenwoordigen (parfum van Dior, een Monet);
  • religieuze woorden (de Ka’aba, de Thora);
  • talen, dialecten en hun afgeleiden (Pools, Franstalig, Poldernederlands);
  • titels van boeken, films en liedjes;
  • wetten (Burgerlijk Wetboek, Wet oneerlijke handelspraktijken);
  • windrichtingen die bij een geografische aanduiding horen (Amsterdam-Oost, de kop van Zuid, de Oriënt, het Verre Oosten).

Groene en witte boekje

De officiële spelling van het Nederlands is te vinden in het Groene Boekje, zoals de Woordenlijst Nederlandse Taal in de wandelgangen heet. De Nederlandse Taalunie herziet de spelling om de zoveel jaar, maar niet altijd tot ieders tevredenheid. Na een herziening in 2006 (toen ‘pannekoek’ veranderde in ‘pannenkoek’) werd de concurrerende Witte Spelling in het Witte Boekje gelanceerd.

Het Witte Boekje zegt de gebruiker meer spellingvrijheid te bieden dan de officiële regels. Veel dagbladen en de NOS hanteren de Witte Spelling, maar de overheid gaat uit van het Groene Boekje. Welke spelling u ook kiest, pas deze in ieder geval consequent toe. Praktisch tip: de Woordenlijst Nederlandse taal is online te vinden op woordenlijst.org.

Geen hoofdletter

Maar let op: de volgende woorden en aanduidingen schrijft u níet met een hoofdletter:

  • aardrijkskundige namen die u gebruikt als soortnaam (een fles bordeaux, een hamburger);
  • academische titels (ingenieur, professor);
  • etnische groeperingen op grond van ras (indianen, eskimo’s);
  • functiebenamingen (burgemeester, kantonrechter);
  • historische tijdperken (de middeleeuwen, de bronstijd, de barok);
  • namen van religieuze perioden (carnaval, ramadan);
  • persoonsnamen in een samenstelling of afleiding die een soortnaam zijn geworden (chateaubriand, zeppelin, dopplereffect);
  • stromingen of personen die bij een religie, overtuiging, partij of vereniging horen (hindoes, liberalen, humanisten);
  • planten en dieren;
  • samenstellingen met namen van feesten erin (kerstreces, paaseieren)
  • adellijke of vorstelijke personen (koningin, graaf);
  • windrichtingen (noord, zuidoost);
  • merkaanduidingen die een soortnaam zijn geworden (maxicosi, chocomel, inbussleutel, claxon, waxine, vaseline, sinas en linoleum.

1.1.3 Afkortingen

ouder

Ook in afkortingen worden vaak hoofdletters gebruikt. Hoewel er niet echt regels bestaan voor de schrijfwijze van afkortingen geldt wel: hoe ouder de afkorting, des te groter de kans op hoofdletters, bijvoorbeeld HBS, of zelfs H.B.S. Vroeger schreef iedereen W.C., maar tegenwoordig gewoon wc.

uitgesproken als woord

Sommige afkortingen die uit een andere taal komen, krijgen hoofdletters, zoals nota bene (NB) en post scriptum (PS). Casu quo (c.q.) en de dato (d.d.) schrijft u daarentegen met kleine letters. Als een afkorting met een hoofdletter begint, blijft deze wel staan: Christus is alleen af te korten als Chr., niet als chr. Voor afkortingen die als woord worden uitgesproken, geldt het volgende:

  • drie letters of korter: hoofdletters (WOR, RI&E);
  • vier letters: hoofdletters (FIOD), of alleen een hoofdletter aan het begin (Hema);
  • vijf of meer letters: alleen de eerste letter wordt een hoofdletter (Abvakabo, Wajong).

Afkortingen die per letter worden uitgesproken, worden in hoofdletters geschreven (FNV, UWV).

Hoofdletters in het Engels

Als u wel eens voor uw werk in het Engels correspondeert, dan valt het u waarschijnlijk op dat de regels voor hoofdlettergebruik in het Engels soms afwijken van de Nederlandse regels. Opvallend is bijvoorbeeld dat bij namen die uit meerdere woorden bestaan, alle woorden een hoofdletter krijgen: Golden Gate Bridge, Atlantic Ocean. Ook de dagen van de week krijgen in het Engels een hoofdletter: Friday, Sunday. Twijfelt u aan het hoofdlettergebruik in een bepaalde situatie in het Engels, schrijf dan gewoon een hoofdletter. De kans is groot dat er wel een hoort te staan!

Bekende afko’s

kleine letters

Er bestaan veel afkortingen die zelf bekender zijn dan de woorden die erachter zitten. Belasting toegevoegde waarde is minder bekend dan btw. Dit soort afkortingen (zoals cao en mkb) krijgt kleine letters, zonder puntjes ertussen. Het maakt niet uit of deze afkortingen per letter worden uitgesproken (vwo) of als woord (havo).

1.1.4 Teken van eerbied

naam

In religieuze teksten is het hoofdlettergebruik talrijker dan u misschien gewend bent. Zo schrijft u God, Allah en Jahweh met een hoofdletter, maar in zo’n geval kunt u nog redeneren dat het om een naam gaat, die u met hoofdletter schrijft, net zoals Vishnoe, Athene, Osiris en Wodan een hoofdletter krijgen. Maar ook andere woorden die direct verwijzen naar personen en zaken die als heilig gelden, krijgen vaak een hoofdletter. Denk maar aan de Almachtige, de Moeder Gods, de Profeet, de Heilige Geest, de Verhevene en de Heer.

Gebruikt u ‘u’ of ‘U’ in uw zakelijke correspondentie? De regel is dat u de ‘u’ altijd met een kleine letter schrijft. Heeft u het om de een of andere reden in uw schriftelijke communicatie over een heiligheid, dan gebruikt u ‘U’.