8.5 Ken uzelf
leiderschap
kenmerken
Het belangrijkste advies is daarom om de kennis over generaties, leeftijden, loopbaanfasen en vooral levensfasen en leiderschap eerst op uzelf toe te passen. Sta dus goed bij stil uit uw leeftijd en uit welke generatie, loopbaanfase of levensfase u zelf komt en welke kenmerken daarbij horen.
Ervaring
jeugd
Accepteer dat andere generaties anders zijn en realiseer u dat iedere generatie moeite heeft met de ‘jeugd van tegenwoordig’. Realiseer u dat de leeftijd veel zegt over ervaring en kijk op het leven. Medewerkers ouder dan u hebben waarschijnlijk een andere en een vollere tas aan levenservaring dan de medewerkers die jonger zijn dan u. Leer vooral van uw oudere medewerkers en geef uw jongere medewerkers de kans om echt te kunnen leren en ervaren.
Keus
status
Realiseer u dat u op een ander punt in uw loopbaan bent dan de mensen aan wie u leidinggeeft. U heeft zeer waarschijnlijk al een gerichte keus gemaakt, terwijl medewerkers in eerdere fasen nog zoekende zijn. Medewerkers uit een latere loopbaanfase maken misschien de keus voor minder verantwoordelijkheid en status in een functie en meer tijd voor zaken buiten de loopbaan. Realiseer u tot slot dat uw leven niet dat van uw medewerkers is, iedereen is anders. Dat is maar goed ook, en leuk, maar dat vraagt ook voor iedereen iets anders van u als leider.
Neem uzelf en wat u normaal vindt dan ook niet als norm. Wat voor u normaal is, is dat niet voor iemand anders. U bent immers anders opgegroeid, heeft andere ervaringen, kennis en kunde, en u bent ook niet voor niets de leidinggevende.