U bent hier

Organisatie & Leidinggeven
Leidinggeven aan levensfasen7. Levensfasebewust ­personeelsbeleid7.4 Goed beleid

7.4 Goed beleid

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier MT Rendement
Publicatiedatum: september 2022

preventief

profiteren

Goed levensfasebewust personeelsbeleid is dus vooral preventief van aard. U wilt voorkomen dat medewerkers in een bepaalde levensfase vastlopen. U wilt de medewerkers de middelen en ruimte geven om op hun eigen manier en zo goed mogelijk door de verschillende levensfasen heen te komen. U faciliteert, stuurt bij en ondersteunt daarin. Door de inzet van preventief beleid kunt u proberen te voorkomen dat medewerkers met een negatieve houding en kijk op leven en werk in de balansfase komen. Medewerkers hebben de mogelijkheid om zich te blijven ontwikkelen. Het beleid biedt ook mogelijkheden om werk en privé in een juiste balans te houden. Lukt dit, dan profiteert niet alleen de werknemer daarvan, maar ook zijn directe omgeving en zeker ook u als leidinggevende en uw organisatie. Medewerkers zullen dan eerder optimaal willen en kunnen presteren.

Verkeerd doorlopen

curatief

Goed levensfasebewust personeelbeleid heeft echter ook elementen in zich om situaties te kunnen herstellen die curatief van aard zijn. Omdat mensen zo van elkaar verschillen – ook binnen een levensfase – is het onwaarschijnlijk dat het doorlopen van de fasen altijd bij iedereen goed gaat. Daarbij doorlopen de medewerkers waarschijnlijk niet alle levensfasen alleen bij u in de organisatie. Zij kunnen dus bij een andere organisatie al fasen verkeerd doorlopen hebben.

Verantwoordelijkheid ligt ook bij de werknemer

zelfredzaamheid

Levensfasebewust personeelsbeleid kenmerkt zich verder door de mogelijkheden van het leveren van maatwerk voor de individuele medewerkers. Hoewel medewerkers uit dezelfde generaties, loopbaanfasen, leeftijden en levensfasen allemaal identieke algemene kenmerken hebben, is het niet effectief om één beleid voor alle medewerkers te hanteren. Het beleid en de bijbehorende instrumenten moet u niet alleen maar als verplichte kost aan de medewerkers opleggen. U moet ook een belangrijk deel van de verantwoordelijkheid bij de werknemer zelf neerleggen. Dat zou de zelfredzaamheid van de medewerker moeten stimuleren.

7.4.1 Win-winsituatie voor werknemer en organisatie

hobby’s

Goed levensfasebewust personeelsbeleid richt zich niet alleen op de persoon als medewerker van uw organisatie. Het beleid moet ruimte en aandacht hebben voor het gehele individu, dus ook wat er speelt in zijn privéleven. Denk aan hobby’s, dromen, angsten en verdere ambities.

Ook al heeft het privéleven van een werknemer niet direct invloed op het werk dat hij in de organisatie moet doen, er kunnen wel zaken spelen die zowel een positief als negatief effect op het presteren van de medewerker hebben.

Win-win

Het levensfasebewust personeelsbeleid richt zich niet alleen op de wensen en behoeften van de werknemer. Goed beleid weet een win-winsituatie te creëren, waarbij de behoeften en wensen van de werknemers zijn afgestemd op de behoeften en wensen van uw organisatie. Uw organisatie wil de medewerker in elk van de levensfasen optimaal kunnen inzetten. Het beleid moet dan ook aansluiten bij de doelstellingen en strategie van de organisatie. Ook hier is dus sprake van maatwerk.

Verzuim

behouden

Goed beleid levert uiteindelijk meer gemotiveerde medewerkers op die niet alleen tevreden zijn over u als leidinggevende, maar ook over hun plek in uw organisatie. Dat helpt om personeel te behouden en verzuim te verlagen. Door een betere motivatie, meer continuïteit en het behoud van kennis, stijg de productiviteit en de kwaliteit van uw organisatie en de producten en diensten die zij levert.

7.4.2 In de praktijk

leiderschapsstijl

Op papier lijkt uw beleid uitstekend, maar de manier waarop u het in de praktijk ten uitvoer brengt, bepaalt het echte succes ervan. De leiderschapsstijl die u kiest – zoals beschreven in hoofdstuk 3 – en het moment en de manier waarop u die stijl inzet, bepalen uiteindelijk of het beleid in de praktijk ook het gewenste effect heeft. Om dit echt goed te kunnen doen, is het belangrijk de invalshoek van levensfasen zoals die tot nu toe besproken zijn nog wat uit te breiden. Ook de levensfasen zijn immers slechts een deel van het totale beeld dat u als leidinggevende van een medewerker zou moeten hebben. Hier gaat hoofdstuk 8 dieper op in.