4.2 Hoe corrigeren
hangt af van jaar en tijdvak
Hoe u een fout kunt of moet corrigeren, hangt af van het jaar en tijdvak dat u corrigeert. Ook speelt soms een rol op welke manier u aangifte doet. Afhankelijk van de situatie is correctie mogelijk via een volledige nieuwe aangifte, een aanvullende aangifte, een correctie bij een aangifte of een losse correctie.
Nieuw
dit geldt ongeacht
termijn nog niet verstreken
U kunt een fout herstellen door een volledige nieuwe loonaangifte in te dienen. Dit geldt ongeacht de wijze waarop u aangifte doet – via het aangifteprogramma van de Belastingdienst of via andere aangiftesoftware – maar is alleen mogelijk zolang de aangiftetermijn van het te corrigeren aangiftetijdvak nog niet is verstreken (in dat geval is overigens ook een aanvullende aangifte mogelijk, zie hierna).
gaan verloren
De nieuwe loonaangifte overschrijft volledig de eerder ingediende aangifte over het betreffende tijdvak. Daarom moet u het complete collectieve deel van de aangifte en alle werknemersgegevens opnieuw indienen. Dus ook de gegevens die niet zijn veranderd ten opzichte van de eerder ingediende aangifte. Als u dat namelijk niet doet, gaan gegevens uit de vorige aangifte die u nu niet invult verloren (omdat ze worden overschreven door ‘niets’).
Feitelijk is een volledige nieuwe loonaangifte geen correctie. Tot het verstrijken van de aangiftetermijn bent u immers nog niet gebonden aan een ingediende aangifte en kunt u probleemloos opnieuw aangifte doen.
Aanvullend
als software ondersteunt
U kunt een fout ook herstellen door een aanvullende loonaangifte in te dienen. Dit is mogelijk zolang de aangiftetermijn van het te corrigeren aangiftetijdvak nog niet is verstreken (in dat geval is overigens ook een volledige nieuwe aangifte mogelijk, zie hiervoor). Het indienen van een aanvullende aangifte is alleen mogelijk als uw softwarepakket dit ondersteunt. Bij gebruik van het aangifteprogramma van de Belastingdienst kunt u bijvoorbeeld geen aanvullende aangifte doen.
álle gegevens aanleveren
ook die niet wijzigen
De aanvullende loonaangifte overschrijft alle gegevens van het collectieve deel van de eerder ingediende aangifte over het betreffende tijdvak, dus dit deel moet u ook aanleveren als hierin niets verandert. Verder overschrijft de aanvullende aangifte de gegevens van de inkomstenverhoudingen waarin u één of meer wijzigingen aanbrengt. U moet daarom álle gegevens aanleveren van een inkomstenverhouding waarin u iets verandert, dus ook de gegevens van de betreffende inkomstenverhouding die niet veranderen. De (eerder aangeleverde) gegevens van de inkomstenverhoudingen die u niet vermeldt in de aanvullende loonaangifte, blijven onaangetast.
Het is van belang dat uw software de melding meegeeft dat het om een aanvullende loonaangifte gaat. Anders wordt deze (aanvullende) aangifte als een volledige nieuwe aangifte gezien en uw eerdere loonaangifte hierdoor volledig overschreven, terwijl dus niet alles is ingevuld.
Meesturen
bestaat voor elke manier
U kunt een correctie meesturen met een reguliere aangifte loonheffingen over een ander aangiftetijdvak van dat kalenderjaar. Dit doet u als de aangiftetermijn van het te corrigeren tijdvak is verstreken, maar de aangiftetermijn van het andere tijdvak van dat kalenderjaar nog niet. Deze mogelijkheid bestaat voor elke manier van aangifte doen.
U moet hierbij sowieso het volledige collectieve deel van de loonaangifte aanleveren, ook als daar niets in verandert. Als u aangifte doet met het aangifteprogramma van de Belastingdienst, moet u daarnaast álle gegevens van álle inkomstenverhoudingen invullen. Doet u aangifte met andere aangiftesoftware, dan moet u naast de collectieve gegevens alleen álle gegevens invullen van de inkomstenverhoudingen waarin u iets verandert (dus ook de gegevens van die inkomstenverhouding die niet wijzigen). Als de correctie alleen betrekking heeft op het collectieve deel, levert u dus in dat geval alleen de collectieve gegevens aan.
Het corrigeren van loongegevens kan gevolgen hebben voor bedragen van loonaangiften ná de aangifte die u corrigeert – die zijn berekend via het voortschrijdend cumulatief rekenen (VCR) – waardoor u die aangiften dan ook moet corrigeren.
Los
enige optie
welke gegevens
Moet u een aangifte loonheffingen corrigeren als zowel de aangiftetermijn van het te corrigeren aangiftetijdvak als de aangiftetermijn van het laatste tijdvak van het betreffende kalenderjaar is verstreken, dan kunt u alleen nog een losse correctie indienen. Dit geldt ongeacht de manier waarop u aangifte doet. In de volgende situaties is corrigeren via een losse correctie sowieso de enige optie:
- U hoeft geen loonaangifte meer te doen (u heeft een Mededeling intrekking aangiftebrief van de Belastingdienst ontvangen).
- U doet loonaangifte per (half)jaar.
- U doet niet periodiek loonaangifte (op grond van de artiesten- en beroepssportersregeling).
Welke gegevens u precies moet aanleveren bij een losse correctie, is hetzelfde als bij een correctie die u meestuurt met een aangifte (zie hiervoor). Dus altijd alle collectieve gegevens, bij aangifte met het programma van de Belastingdienst ook alle gegevens van alle inkomstenverhoudingen en bij andere aangiftesoftware alleen alle gegevens van de inkomstenverhoudingen waarin iets wijzigt.
Afhandeling resultaat correctiebericht
te veel of te weinig
teruggaaf
Uit een meegestuurde of losse correctie blijkt of u bij de eerdere loonaangifte te veel of te weinig loonheffingen heeft betaald. Als u een correctie meestuurt met een loonaangifte, moet u dat resultaat per correctietijdvak aangeven en zelf verrekenen met de verschuldigde loonheffingen van die aangifte. Leidt dat tot een negatieve uitkomst, dan wordt het correctiebericht aangemerkt als een verzoek om ambtshalve teruggave. U ontvangt dan een teruggaaf van de Belastingdienst (of er wordt verrekend met openstaande belastingschulden). Bij een losse correctie is het de fiscus die het resultaat berekent, waarna u een naheffingsaanslag dan wel teruggaaf ontvangt.