U bent hier

11.4. Vakantiebijslag voor vergoeding fiets

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: juni 2019

Stel dat uw werknemer van 35 jaar die in Nederland woont en een jaarloon van € 29.808 heeft waarop hij de loonheffingskorting laat toepassen een fiets koopt à € 1.200.

Als uw cafetariaregeling die mogelijkheid biedt, kan de werknemer er bijvoorbeeld voor kiezen om € 1.200 van zijn (belaste) vakantiebijslag van € 2.208 uit te ruilen voor een (onbelaste) vergoeding voor die aankoop. Het kader laat zien dat dit de werknemer een nettovoordeel van € 519 oplevert.

Gevolgen voor bruto-nettotraject

Zonder uitruil Met uitruil
Vakantiebijslag - € 2.208,00
Uitruil vergoeding fiets - (-) € 1.200,00
Brutovakantiebijslag € 2.208,00 € 1.008,00
Loonheffing bijzonder tarief (-) € 954,96 (-) € 435,96
Nettoloon € 1.253,04 € 572,04
Vergoeding fiets - € 1.200,00
Te besteden € 1.253,04 € 1.772,04

Eindheffingsloon

Om deze vergoeding onbelast te laten zijn voor de werknemer moet uw onderneming de € 1.200 aanwijzen als eindheffingsloon en onderbrengen in de vrije ruimte. Omdat dit eindheffingsloon ten laste van de vrije ruimte komt, is er voor uw onderneming slechts ook sprake van onbelast loon zolang die vrije ruimte niet wordt overschreden. Dat betekent dat uw onderneming minstens de werkgeverslasten over die € 1.200 bespaart (zie ook paragraaf 7.1).

Wordt de vrije ruimte echter wel overschreden, dan is uw organisatie een eindheffing van 80% over het bovenmatige deel verschuldigd.