12.2 Cafetariaregeling cao CNV Vakmensen
aan werknemers
De cao voor vakbond CNV Vakmensen biedt een cafetariaregeling aan de werknemers. Deze cao is geldig tot en met 31 december 2019.
Bronnen
De volgende bronnen kunnen in de cafetariaregeling worden ingezet:
- brutoloon;
- vakantiebijslag;
- eindejaarsuitkering;
- bovenwettelijke vakantie-uren;
- roostervrije dagen.
De waarde van een roostervrije of bovenwettelijke vakantiedag is de uitkomst van het brutojaarloon × 0,44%. Hierbij gaat het om het brutojaarloon exclusief vakantietoeslag en eindejaarsuitkering.
Doelen
reiskosten
extra vakantie
De uitruil kan plaatsvinden voor de volgende doelen:
- reiskosten woon-werkverkeer (voor zover de kilometervergoeding onder de gericht vrijgestelde € 0,19 per kilometer blijft);
- openbaarvervoerabonnement;
- aanvullend pensioen (als daar fiscaal gezien nog ruimte voor is);
- studiekosten (zoals de kosten voor het bijwonen van een congres of symposium inclusief reiskosten, de studiekosten voor een opleiding en de aanschaf van vakliteratuur);
- extra vakantie;
- vakbondscontributie;
- levensloopregeling (tot maximaal 12% van het brutojaarloon);
- fietsregeling;
- pc/laptop;
- tablet.
Spelregels
één keer per jaar beslissen
Gebruik van de cafetariaregeling gebeurt op vrijwillige basis. De werknemers kunnen één keer per jaar beslissen of en wat zij willen uitruilen. Die keuze geldt voor één jaar en kan niet meer worden teruggedraaid.
Als de vakantiebijslag als bron wordt ingezet, moet de keuze tot uitruil vóór 1 april worden doorgegeven; voor inzet van de overige geldelijke bronnen geldt als beslissingsdeadline 1 november van het betreffende jaar.
geen consequenties
Een uitruil – en daardoor een lager of hoger salaris – heeft geen consequenties voor het pensioen, omdat de opbouw en de premie-inhouding gebaseerd blijven op het normsalaris.
Het uitruilen van brutoloon kan wel gevolgen hebben voor de vakantiebijslag en een eventuele bonus: bij een lager inkomen door de uitruil is ook de grondslag lager waarover deze zaken worden berekend. Verder kan een verlaging van het brutoloon doorwerken in zaken als een WW-/WIA-uitkering, toeslagen, levensloop en jubileumuitkering.
Als de werknemer de gevolgen op de fiscale en socialezekerheidsgrondslagen wil voorkomen, kan hij bij de uitruil beter een andere bron inzetten om het gewenste keuzeloon te verkrijgen.
Ook het verkopen van vakantie-uren via de cafetariaregeling – waardoor een hoger salaris ontstaat – heeft gevolgen voor de fiscale en socialezekerheidsgrondslagen: de premie- en belastingheffing worden hoger, evenals het belastbaar inkomen en niveau van de socialezekerheidsuitkering. Verder werkt een verhoging van het brutoloon door in zaken als WW-/WIA-uitkering, toeslagen en levensloop, aangezien de grondslagen hiervoor dan hoger worden.