U bent hier

9.3 Einde met wederzijds goedvinden

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: juli 2021

voordeel

Als uw onderneming en de werknemer het erover eens zijn dat de dienstbetrekking moet eindigen, kunt u dat in goed overleg afspreken. Het voordeel hiervan is dat u geen ontslagvergunning van UWV nodig heeft of om ontbinding bij de kantonrechter hoeft te verzoeken. Voor de werknemer staat hier meestal een ontslagvergoeding tegenover en het feit dat hij meestal recht houdt op zijn WW-uitkering (tegenover de situatie dat hij op eigen initiatief zou vertrekken, zie paragraaf 9.5).

Afspraken

altijd

Een ontslag met wederzijds goedvinden kunt u altijd afspreken, ongeacht of het om een vaste of tijdelijke arbeidsovereenkomst gaat en ongeacht of de proeftijd al dan niet voorbij is. De afspraken die u over de uitdiensttreding maakt, moet u vastleggen in een schriftelijke beëindigingsovereenkomst.

Op rendement.nl/salarisdossier vindt u een handig voorbeeld van een beëindigingsovereenkomst – ook wel vaststellingsovereenkomst genoemd – die u kunt aanpassen aan uw specifieke situatie.

Instemming

wettelijke verplichtingen

Voor het einde met wederzijds goedvinden heeft u duidelijke en ondubbelzinnige instemming van de werknemer nodig. Die instemming moet u op schrift hebben. U mag hierbij niet te snel aannemen dat de werknemer akkoord is met het ontslag, zelfs als hij zijn instemming heeft gegeven. Om te voorkomen dat werkgevers hun werknemers onder druk zetten voor instemming met het ontslag, heeft uw organisatie daarom bij een einde met wederzijds goedvinden twee wettelijke verplichtingen:

  • informatieplicht: uw onderneming moet de werknemer goed informeren over het ontslag en de gevolgen hiervan;
  • onderzoeksplicht: uw onderneming moet onderzoeken of de werknemer zich goed realiseert wat het ontslag precies inhoudt en wat de financiële gevolgen ervan voor hem (kunnen) zijn.

vernietigen

Bij niet of onvoldoende voldoen aan deze verplichtingen kan de werknemer de beëindigingsovereenkomst laten vernietigen op grond van een wilsgebrek bij totstandkoming ervan.

Werknemer heeft zekere bedenktijd

twee weken

eens per zes maanden

Uw onderneming moet de werknemer er binnen twee werkdagen na ondertekening van de beëindigingsovereenkomst op wijzen dat hij twee weken bedenktijd heeft, vanaf het moment van ondertekening. U kunt dat ook meteen in die overeenkomst opnemen. Als u deze verplichting niet nakomt, wordt de bedenktijd drie weken. De werknemer mag in die weken de instemming met het ontslag met wederzijds goedvinden herroepen, zonder opgaaf van reden. Hij mag wel slechts eens per zes maanden gebruikmaken van dit herroepingsrecht.