9.4 Einde

op drie manieren

Het eigenrisicodragerschap voor zowel de WGA als ZW kan op drie manieren eindigen: op uw verzoek, door de Belastingdienst of van rechtswege. Na afloop ervan blijft uw onderneming verantwoordelijk voor de WGA- en ZW-uitkeringen aan (ex-)werknemers die ziek werden voor het einde van uw eigenrisicodragerschap (het zogeheten uitlooprisico).

Verzoek

formulier

Wilt u het eigenrisicodragerschap beëindigen, dan moet u uw verzoek hiertoe uiterlijk dertien weken voor de gewenste ingangsdatum – 1 januari of 1 juli, zie ook paragraaf 9.3 – indienen bij de fiscus. Hiervoor kunt u ook weer het betreffende formulier ‘Aanvraag of beëindiging eigenrisicodragerschap’ van de Belastingdienst gebruiken.

Fiscus

per direct

moet u doorgeven

De Belastingdienst kan uw eigenrisicodragerschap beëindigen. De fiscus doet dat bij het eigenrisicodragerschap voor de WGA per direct als de rechtbank de noodregeling van hoofdstuk 3.5 van de Wet op het financieel toezicht heeft uitgesproken over de verzekeraar of de bank waar u zich heeft verzekerd. En de fiscus beëindigt het eigenrisicodragerschap voor de ZW als u zich bij de verzuimbegeleiding niet langer laat bijstaan door een gecertificeerde deskundige of dienst. Zodra u weet dat de verzuimbegeleiding eindigt, moet u dat aan de Belastingdienst en UWV doorgeven. Let op dat alleen de werkgever die melding mag doen! En bijvoorbeeld niet het administratiekantoor waarmee u werkt.

Rechtswege

failliet

Uw eigenrisicodragerschap voor zowel de WGA als de ZW eindigt van rechtswege als uw onderneming geen werkgever meer is, failliet is verklaard of de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen op u van toepassing is verklaard. Verder eindigt het eigenrisicodragerschap voor de WGA ook van rechtswege vanaf de datum dat uw bank of verzekeraar de afgegeven garantie intrekt. Dit moet via een schriftelijke mededeling aan de Belastingdienst gebeuren.