9.1 Rouwrituelen en het geloof
Rouwrituelen bieden houvast en ze maken het voor de nabestaanden mogelijk om het verlies te verwerken, een plekje te geven en ermee te leren omgaan. Gebeurt dit niet, dan kan dit problemen geven in het rouwproces.
Een rouwritueel kan al worden uitgevoerd bij een persoon die komt te overlijden. Dat kan een zelfverzonnen ritueel zijn, iets wat betrekking heeft op de persoon die komt te overlijden, maar het kan ook traditioneel, cultureel of godsdienstig zijn.
Laatste eer
Bij de ene cultuur is het de bedoeling dat de mannen hun hoofd kaal scheren (hindoeïsme) en de andere cultuur verwacht dat de nabestaanden witte kleding dragen (bij Creoolse begrafenissen in Suriname bijvoorbeeld). In de westerse wereld is het gebruikelijk om afscheid te nemen van een dierbare door middel van een uitvaartceremonie. Culturele achtergrond speelt een grote rol bij het bewijzen van de laatste eer aan een overledene.
9.1.1 Rooms-katholiek en protestants
In 2021 gaf 19,8% van de Nederlanders aan het rooms-katholieke geloof aan te hangen en 14,4% was protestants. Mensen in Nederland die verbonden zijn aan de kerk schakelen bij een overlijden naast de begrafenisondernemer ook de dominee of pastoor in. Het afscheid vindt dan ook meestal plaats in de kerk. Binnen de protestantse kerk was een uitvaartdienst vrij sober, bloemen rond de kist waren niet gebruikelijk. Tegenwoordig is die ruimte er wel en maken mensen hier steeds meer gebruik van.
Rooms-katholieken noemen de kerkelijke uitvaart de uitvaartmis. Als laatste eerbetoon aan het overleden lichaam van de overledene wordt de kist door de priester besprenkeld met wijwater en bewierookt, zodat de overledene rein is en beschermd wordt tegen het kwaad.
9.1.2 Islamitisch
repatriëren
rouwperiode
Als een moslim overlijdt, wordt hij ritueel gewassen, gewikkeld in doeken en binnen 24 uur begraven. Het is soms mogelijk om hiervan af te wijken, omdat de nabestaanden de overledene zullen repatriëren en begraven in het land van herkomst. Dat is niet altijd mogelijk binnen 24 uur. Moslims worden altijd begraven, want cremeren is verboden binnen de islam. De condoleanceperiode duurt drie dagen, en er is een rouwperiode van 40 dagen. Voor de weduwe van de overledene geldt een rouwperiode van vier maanden en tien dagen. Tijdens deze periode draagt zij geen make-up en sieraden. De nabestaanden moeten hun normale leven zo snel mogelijk weer oppakken en zo min mogelijk worden herinnerd aan de overledene.
9.1.3 Joods
ruimte
Joden begraven de overledene zo snel mogelijk. Vaak vindt de uitvaart binnen 36 uur na het overlijden plaats. De aandacht is in die periode alleen gericht op de overledene. Na de uitvaart is er tijd en ruimte om te rouwen en de naaste familie te troosten als zij daar behoefte aan heeft. Dit gebeurt in een rouwperiode van zeven dagen. In die periode mag de naaste familie niet werken.
Voor de partner, ouders of het kind van de overledene geldt een rouwperiode van een jaar. Voor andere naasten duurt de rouwperiode – na de zeven dagen – nog 23 dagen, totaal dus een maand. Joden gaan tijdens de rouwperiode niet naar feesten.
9.1.4 Hindoeïstisch
reïncarnatie
Bij het hindoeïsme is er vaak sprake van een crematie. Dat is de snelste manier voor het lichaam om vrij te komen van de ziel. Hindoes geloven in reïncarnatie: dat de ziel opnieuw wordt geboren nadat de persoon is overleden. Het hindoeïsme heeft een rouwperiode van tien dagen na de crematie.