2.2 Repeterende bewegingen
RSI
beeldschermwerk
Als medewerkers langdurig dezelfde bewegingen uitvoeren of dezelfde houding aannemen, kunnen zij last krijgen van RSI (Repetitive Strain Injury). Hoewel deze naam het bekendst is, heet RSI tegenwoordig ook wel KANS. Deze term staat voor ‘Klachten Arm, Nek en/of Schouder’. RSI/KANS valt onder de aandoeningen aan het houding- en bewegingsapparaat. Vaak denken mensen dat RSI/KANS voornamelijk voorkomt bij mensen die beeldschermwerk verrichten, maar dit is niet per definitie het geval. Ook in andere werkomgevingen kan het risico op RSI/KANS groot zijn.
Ook al komen sommige beroepsziektes meer voor in bepaalde beroepsgroepen, een ziekte kan zich in principe overal voordoen. Zo kunnen niet alleen kantoormedewerkers last krijgen van RSI/KANS, ook kappers, schilders, metselaars en musici kampen met deze aandoening.
2.2.1 Klachten
verklaarbaar
stijve nek
RSI/KANS is een verzamelnaam voor klachten aan of in de nek, bovenrug, schouders, armen, ellebogen, polsen, handen en vingers. Soms zijn deze klachten verklaarbaar, bijvoorbeeld als de medewerker kan aantonen dat hij kampt met een bepaalde peesontsteking (zoals tendinitis of epicondylitis) of het ‘tension neck syndroom’ (in de volksmond bekend als ‘stijve nek’). Vaak hebben medewerkers die kampen met RSI/KANS echter klachten op meerdere plaatsen. Dit komt door de verbindingen tussen de lichaamsdelen.
Signalen
klachten
trillingen
De klachten die een medewerker met RSI/KANS heeft, kunnen per persoon verschillend zijn. De volgende klachten en symptomen worden vaak beschouwd als signalen dat een werknemer met RSI/KANS kampt:
- een verdoofd, tintelend of brandend gevoel in de spieren;
- zwakte en stijfheid in de handen of onderarmen;
- koude handen;
- gebrekkige controle over de handen of vingers;
- slapende of tintelende handen;
- de handen moeilijk kunnen openen of sluiten;
- bevingen of trillingen;
- vermoeidheid van de spieren;
- een gebrekkig uithoudingsvermogen.
Preventie werkt!
Het aantal gevallen van RSI/KANS in Nederland is de laatste jaren fors gedaald. De aandacht voor preventie lijkt zijn vruchten af te werpen. Op rendement.nl/arbodossier vindt u tools die u kunnen helpen bij uw preventiebeleid. Zo vindt u er de checklists ‘Richtlijnen ergonomische muis’ en ‘Ergonomisch toetsenbord’ en een ‘Stappenplan instellen van bureaustoel’. U kunt de informatie ook printen en aan uw medewerkers geven.
2.2.2 Oorzaken
factoren
houding
belasting
RSI/KANS kan op verschillende manieren ontstaan en door verschillende factoren worden beïnvloed. Grofweg bestaan er twee oorzaken, die ook gecombineerd kunnen voorkomen:
- het langdurig aannemen van dezelfde houding (statische belasting);
- lichamelijke (over)belasting die ontstaat bij repeterende bewegingen (dynamische belasting).
ontstaan
Ook andere zaken kunnen een rol spelen, zoals de lichamelijke of mentale conditie van een medewerker en werkdruk. U moet deze factoren in principe niet als oorzaak beschouwen, maar ze zijn wel belangrijk bij het ontstaan en het verergeren (of het verminderen) van RSI/KANS.
Statisch of dynamisch
Bij statische belasting – het langdurig aannemen van dezelfde houding – ontstaat overbelasting als gevolg van een gebrek aan lichaamsbeweging. Dit komt vooral voor bij medewerkers die zittend werk doen, zoals op een kantoor. Maar ook andere beroepsgroepen – zoals voertuig- en machinebestuurders, tandartsen en chirurgen – lopen een risico op overbelasting. Doen deze mensen er ook nog veel herhalend werk bij, dan kan er sprake zijn van dynamische belasting: overbelasting door repeterende bewegingen. Deze vorm van overbelasting komt ook veel voor buiten kantooromgevingen. U kunt hierbij denken aan medewerkers die lopendebandwerk doen, of aan metselaars, schilders, musici en kappers.
2.2.3 Risicogroepen
conditie
huishouden
rust
werkdruk
Het risico op de beroepsziekte RSI/KANS is het grootst onder vrouwen, fulltimers, mensen met een relatief slechte lichamelijke conditie en werknemers die te maken hebben met een hoge werkdruk:
- Vrouwen lopen meer risico dan mannen, omdat zij vaker RSI/KANS-gevoelige taken hebben en vaak ook in het huishouden werkzaamheden uitvoeren waarbij zij repeterende bewegingen maken (zoals bij strijken) of langdurig dezelfde houding aannemen.
- Fulltimers lopen meer risico dan parttimers, omdat zij minder gelegenheid hebben om rust te nemen.
- Medewerkers met een relatief slechte conditie blijken meer risico te lopen dan medewerkers die een goede conditie hebben.
- Medewerkers die tijdens hun werkzaamheden een hoge werkdruk ervaren, lopen meer risico op RSI/KANS dan werknemers die zelf hun werktempo kunnen bepalen.
2.2.4 Maatregelen
aandachtspunten
Preventieve maatregelen tegen RSI/KANS zijn succesvol. Een goed preventiebeleid voor RSI/KANS bestaat uit vier aandachtspunten: de werkplek, de taakverdeling, de werktijden en de werkdruk.
Werkplek
beeldscherm
ooghoogte
toetsenbord
voetensteun
Medewerkers kunnen RSI/KANS oplopen doordat hun werkplek niet aan de eisen voldoet. Om een optimale werkplek te creëren, doet u er goed aan om op verschillende punten te letten, zoals het beeldscherm, het toetsenbord, de muis, de verlichting, het geluid, het binnenklimaat en het meubilair. Hieronder volgen enkele aanwijzingen voor de opstelling van de werkplek:
- Een medewerker moet altijd recht voor het beeldscherm zitten. Dit is nodig om langdurig werken met een gedraaide nek te voorkomen.
- De bovenrand van het beeldscherm mag niet hoger, maar ook niet veel lager staan dan ooghoogte. Laptops en platte schermen zullen dan ook vaak op een verhoger moeten worden geplaatst.
- De kijkafstand tot het beeldscherm bedraagt minimaal vijftig centimeter. Bij grotere schermen (zeventien inch) is zeventig centimeter een goede afstand, maar dan moet de werknemer wel de lettergrootte aanpassen aan deze grotere afstand (door de letters groter te maken).
- Het toetsenbord (en daarmee de tafel) moet relatief laag staan, zodat medewerkers met ontspannen schouders bij een horizontale stand van de onderarm kunnen werken.
- Als de medewerker zijn stoel hierdoor hoger moet instellen, heeft hij een voetensteun nodig.
Taakverdeling
variatie
Als medewerkers RSI/KANS krijgen doordat ze veel repeterende handelingen uitvoeren, kunt u de taakverdeling aanpassen. Denk aan het aanbrengen van meer variatie in de werkzaamheden. Zo kunnen medewerkers langdurig beeldschermwerk afwisselen met archiverende taken, het verwerken van de inkomende post of desnoods met het rondbrengen van koffie. Hierdoor vermindert het risico op overbelasting van bepaalde spieren en gewrichten.
Een positief bijkomend effect van het aanpassen van de taakverdeling is dat medewerkers hun werk afwisselender vinden, wat vaak bijdraagt aan de motivatie.
Werktijden
risico
pauze
Het is in de praktijk niet altijd mogelijk om de taakverdeling zodanig aan te passen dat dit het risico op RSI/KANS voldoende vermindert. U loopt dan nog steeds het risico dat bepaalde groepen medewerkers te lang dezelfde werkzaamheden verrichten. U moet dan andere maatregelen nemen, bijvoorbeeld het invoeren van korte pauzes van een paar minuten. Dat is vaak al voldoende om het lichaam even te laten ontspannen. Een wandeling naar de koffieautomaat of de printer – en terug – kan dus al voldoende zijn.
Werkdruk
stress
sfeer
Er is een verband tussen een hoge werkdruk en een groter risico op RSI/KANS. Dit komt omdat een hoge werkdruk vaak leidt tot spanning en stress. Dit leidt vervolgens tot een verkeerd gebruik van de spieren, waardoor RSI/KANS op de loer ligt. Daarom is het belangrijk dat u maatregelen neemt om de werkdruk op een aanvaardbaar niveau te houden. Hierbij kunt u denken aan een goede planning, het inzetten van oproep- of uitzendkrachten op piekmomenten en het creëren van een ontspannen sfeer.
Serieus
bedrijfsarts
Neem klachten van medewerkers áltijd serieus, ook als de klachten vaag zijn. Verwijs werknemers met RSI/KANS-klachten zo snel mogelijk door naar de bedrijfsarts of andere deskundige en stel – in overleg met de bedrijfsarts of arboarts – een plan van aanpak op voor de re-integratie.
Sickbuildingsyndroom
Het sickbuildingsyndroom kan ontstaan als het binnenklimaat van een kantoor of kantoorgebouw niet in orde is. Het kan lichamelijke klachten – zoals hoofdpijn, droge ogen, duizeligheid en concentratieverlies – veroorzaken en uiteindelijk leiden tot uitval. Als arboprofessional kunt u de ergste problemen op een vrij eenvoudige manier verhelpen. Denk aan goed en regelmatig ventileren en het regelmatig laten reinigen van de ventilatiesystemen. Ook doet u er verstandig aan om printers en kopieermachines bij elkaar te zetten in een aparte, geventileerde ruimte.