U bent hier

Onderneming & Fiscus
Erven en schenken9. Bedrijfsopvolging in de Successiewet9.1 Vrijstelling erf- en schenkbelasting

9.1 Vrijstelling erf- en schenkbelasting

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: augustus 2024

Er geldt bij het vereven of schenken van een onderneming onder voorwaarden een vrijstelling voor een deel van het ondernemingsvermogen. In 2024 bedraagt de vrijstelling op grond van de bedrijfsopvolgingsfaciliteit (BOR) in de Successiewet (zie ook paragraaf 12.4):

  • 100% van de waarde van de totale onderneming tot een bedrag van € 1.325.253;
  • bij een eventuele hogere waarde van het ondernemingsvermogen is 83% van deze waarde vrijgesteld;
  • 17% van het resterende vermogen. Hierover moet wel schenk-of erfbelasting worden afgerekend. Voor de heffing over deze 17% kunt u eventueel rentedragend uitstel van betaling vragen (zie paragraaf 9.3).

tegenprestatie

De vrijstelling wordt berekend zonder rekening te houden met een eventuele tegenprestatie voor de schenking of in geval van een legaat tegen inbreng.

Per 1 januari 2025 wordt het bedrag voor de 100%-vrijstelling verhoogd naar € 1.5 miljoen, maar van het meerdere is dan 75% vrijgesteld. Er is dus over 25% van de waarde boven € 1.5 miljoen schenk- of erfbelasting verschuldigd.

Objectieve onderneming

vof

De 100%-vrijstelling van € 1.325.253 is in 2024 van toepassing op de totale onderneming of de objectieve onderneming. Dit betekent dat bij een verkrijging van een deel van de onderneming de 100%-vrijstelling ook maar voor een deel wordt benut. Als er meerdere eigenaren zijn, zoals bij een vof of een holdingstructuur met meerdere aandeelhouders, is de objectieve onderneming groter dan de onderneming van de firmant of de aandeelhouder.

Verhuurd onroerend goed gaf veel discussie met de Belastingdienst, met name of het verhuren van onroerend goed als een actieve onderneming was aan te merken. Sinds 1 januari 2024 geldt de BOF niet meer voor verhuurd onroerend goed.