8.3 Zelfstandig ondernemers
niet van toepassing
Zoals gezegd is de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) niet van toepassing op personen die arbeid verrichten in de uitoefening van een bedrijf of zelfstandige uitoefening van een beroep.
Criteria
voor eigen rekening
aantoonbaar acquisitie
Om te bepalen of er sprake is van zelfstandige uitoefening van een bedrijf of beroep, worden de volgende criteria in acht genomen:
- Worden de werkzaamheden voor eigen rekening en risico verricht en loopt de opdrachtnemer ondernemersrisico? Hierbij kan worden gekeken of de opdrachtnemer winst maakt (of het oogmerk heeft winst te behalen die redelijkerwijs ook te verwachten is), meer dan één opdrachtgever heeft, aantoonbaar aan acquisitie doet en zich naar buiten toe als zelfstandig ondernemer presenteert.
- Loopt de opdrachtnemer debiteurenrisico?
- Heeft hij investeringen gedaan in bedrijfsmiddelen?
- Is de opdrachtnemer voldoende zelfstandig ten opzichte van de opdrachtgevers en streeft hij naar continuïteit van de verschillende opdrachten?
- Maakt de opdrachtnemer jaarstukken op voor de fiscus?
niet limitatief
Genoemde criteria zijn in aansluiting bij wat de Belastingdienst als zelfstandig ondernemerschap kwalificeert, en zijn niet limitatief. Bovendien worden alle elementen altijd in samenhang beoordeeld.
Geen minimumtarief voor zzp’ers
langdurig laag tarief
Vanwege het ontbreken van een minimumloon werken zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) soms langdurig voor een (te) laag tarief. Van deze inkomsten kunnen ze dan soms niet in noodzakelijke levensbehoeften voorzien, geen noodzakelijke arbeidsongeschiktheidsvoorziening afsluiten en niet sparen voor het kunnen opvangen van tegenslagen. Het kabinet debatteert al jaren over betere bescherming van deze groep.
alle plannen gesneuveld
gevaar
Verschillende plannen hebben de revue gepasseerd, bijvoorbeeld om zzp’ers recht te geven op een minimumtarief per uur, waarbij werd ingestoken op een uurtarief van € 16. Tot nu toe zijn echter alle plannen gesneuveld. Ook de zelfstandigenverklaring voor zzp’ers met een uurtarief boven de € 75 is uiteindelijk niet verder ontwikkeld.
Schijnzelfstandigheid
behandeling heel anders
Een gevaar dat speelt als uw onderneming met zelfstandigen werkt, is mogelijke schijnzelfstandigheid. Er is sprake van schijnzelfstandigheid als er met een opdrachtnemer wordt gewerkt en deze als zodanig wordt behandeld, terwijl er op grond van de feiten en omstandigheden eigenlijk sprake is van een dienstbetrekking (werknemerschap) en de behandeling arbeidsrechtelijk en fiscaal heel anders zou moeten zijn. Denk bijvoorbeeld aan het feit dat bij een dienstbetrekking de arbeidskracht recht op het wettelijk minimumloon heeft en uw onderneming inhoudingsplichtig voor hem is (zie ook paragraaf 2.2).
oneerlijke concurrentie
Vanwege het grote verschil tussen de fiscale en arbeidsrechtelijke behandeling van zelfstandigen enerzijds en werknemers anderzijds, levert een situatie van schijnzelfstandigheid onder andere oneerlijke concurrentie op. Daarom kan schijnzelfstandigheid uw organisatie duur komen te staan, door mogelijke naheffingen loonheffingen, loonvorderingen en boetes (zie ook hoofdstuk 12). Zorg dus dat u zulke situaties voorkomt!
Bij twijfel of er sprake is van werknemerschap in plaats van een arbeidsverhouding met een zelfstandige, kunt u gebruikmaken van de Webmodule beoordeling arbeidsrelatie. U vindt de module op startvragenlijst.nl/pilotwba.