6.3 Egalisatiereserve

De (kosten)egalisatiereserve (KER) is een fiscale reserve. Deze reserve biedt u als IB-ondernemer de mogelijkheid om voor kosten in de jaren voorafgaand aan de uitgaaf een fiscale last te kunnen nemen.

aanzienlijke kosten

zekerheid

Om een KER te mogen vormen, moet u voldoen aan de volgende voorwaarden:

• Het moet gaan om aanzienlijke kosten die in een toekomstig jaar tot een piek in uitgaven zullen leiden.
• De toekomstige uitgaven worden opgeroepen door de bedrijfsuitoefening in het betreffende jaar.
• Er is een redelijke mate van zekerheid dat de uitgaven gedaan zullen worden.

inhaalverbod

In de praktijk gebruiken ondernemers een KER vooral voor groot onderhoud van onroerende zaken of schepen. De KER kent wel een inhaalverbod. Als bijvoorbeeld drie jaar lang niet is gedoteerd aan een KER, mag u in het vierde jaar niet alsnog de last van deze drie verstreken jaren ten laste van het resultaat brengen.

6.3.1 Onderhoudskosten

slijtage-
component

Om bedrijfsmiddelen in een bruikbare staat te houden, zult u geregeld onderhoud moeten verrichten. Onderhoudskosten kunt u in de regel ten laste van uw resultaat brengen. Onderhoudskosten kunt u op de volgende manieren fiscaal verwerken:

• door in een jaar uitgevoerd onderhoud af te trekken van het fiscale resultaat;
• door onderhoud als technische slijtagecomponent in het afschrijvingspercentage op te nemen;
• door te doteren aan een kostenegalisatiereserve groot onderhoud (KER) of een onderhoudsvoorziening (zie paragraaf 6.3).

25% of meer

gebruiksjaren

70%

Onderhoudskosten zijn niet onmiddellijk aftrekbaar als u voldoet aan de volgende drie voorwaarden:

• Een versleten onderdeel van een bedrijfsmiddel wordt vernieuwd.
• De kosten van de vernieuwing zijn in verhouding tot de aanschafkosten aanzienlijk. Onduidelijk is op dit moment wat ‘aanzienlijk’ inhoudt. Wel wordt hier meestal een percentage gehanteerd van 25% of meer van de boekwaarde van het bedrijfsmiddel.
• De kosten zijn niet in hoofdzaak veroorzaakt door het gebruik door de ondernemer die de vernieuwing aanbrengt. De activering vindt dan plaats naar verhouding van de gebruiksjaren van de oude en de nieuwe ondernemer. Onduidelijk is wat ‘aanzienlijk’ inhoudt. Hierbij wordt meestal een percentage van 70% of meer gehanteerd.

6.3.2 Verbeteringskosten

wijziging 
naar aard

U kunt ook kosten maken om aan een bedrijfsmiddel – in vergelijking met de toestand waarin het zich bij de stichting of na latere mogelijke wijziging bevond – een wezenlijke verandering aan te brengen. Het bedrijfsmiddel ondergaat dus een wijziging naar aard, inrichting of omvang. Verbeteringskosten moet u activeren en via afschrijving ten laste van het resultaat brengen.