U bent hier

Onderneming & Fiscus
Eigen woning en bedrijfswoning7. Van de onderneming naar privé of omgekeerd7.2 Waardebepaling bij vrijwillige overgang naar privé

7.2 Waardebepaling bij vrijwillige overgang naar privé

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: oktober 2016

huurder is koper

waardering

Als uw bedrijfswoning (met aanhorigheden) tot het keuzevermogen behoort, kunt u als zich een bijzondere omstandigheid voordoet – bijvoorbeeld als sprake is van nieuwe wetgeving, nieuwe jurisprudentie of een nieuw beleidsbesluit – ervoor kiezen om de woning over te hevelen van het ondernemings- naar het privévermogen. In dat geval is sprake van een vrijwillige overgang. Hierbij geldt niet de forfaitaire grondslag, maar bij de vaststelling van de waarde in bewoonde staat geldt dan als uitgangspunt ‘de huurder is koper’. Dit houdt in dat u de woning rond de 90% van de waarde in het economisch verkeer in vrije staat moet waarderen. Dit komt overeen met de waarde waarvoor een zittende huurder het recht heeft om zijn woning tegen de geldende marktprijs te kopen van de woningcorporatie.

Keuze voor waardering op 80%

De wetgever biedt ruimte voor een lagere waardering van de woning met ondergrond. U mag bij de waardebepaling rekening houden met de omstandigheid, dat deze bestemd is om te dienen als bedrijfswoning voor het desbetreffende bedrijf. Om praktische redenen mag u de waarde in bewoonde staat op 80% van de waarde in vrije staat stellen. Deze mogelijkheid geldt alleen als u in de aangifte, dan wel uiterlijk in de bezwaarfase, heeft aangegeven dat u hiervoor kiest.

Als u niets onderneemt, zal de inspecteur bij de aanslag zelf de waarde vaststellen. Daarbij zal hij ‘de huurder is koper’-grondslag als uitgangspunt hanteren.