3.1 De BelastingTelefoon
auto
grens- overschrijdend
Verreweg de meeste telefonische contacten met de Belastingdienst lopen via de BelastingTelefoon. Om de vragen te onderscheiden, zijn er verschillende lijnen, zoals:
- de BelastingTelefoon ‘algemeen’ voor vragen over belastingen en toeslagen: (0800) 05 43. Gratis, bereikbaar van maandag t/m donderdag van 8.00 tot 20.00 uur en op vrijdag van 8.00 uur tot 17.00 uur.
- de BelastingTelefoon ‘ondernemers’ voor ondernemersvragen over belastingen: (0800) 05 43 en dan optie ‘ondernemers’. Bereikbaar van maandag tot en met donderdag van 8.00 tot 20.00 uur en op vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur.
- de BelastingTelefoon ‘auto’ voor vragen over de auto en belastingen: (0800) 07 49, bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur.
- de BelastingTelefoon ‘grensoverschrijdend werken en ondernemen’ voor vragen over de inkomstenbelasting of loonheffingen (niet de BTW) bij grensoverschrijdende situaties. Vanuit Nederland: (0800) 024 12 12, bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot 16.00 uur.
Bij complexe en dringende belastingzaken, kan de medewerker van de BelastingTelefoon u in contact brengen met het Stella-team. U krijgt dan één vaste contactpersoon bij dit team, die samen met u op zoek gaat naar een oplossing en hierover afspraken met u maakt.
Inlichtingen
juridische status
dispositievereiste
De medewerkers van de BelastingTelefoon geven algemene informatie in de vorm van inlichtingen. Deze inlichtingen hebben een andere juridische status dan een expliciet standpunt of een toezegging van de fiscus. Lange tijd bestond dan ook de notie dat de informatie van de BelastingTelefoon niet bindend is. Een belastingplichtige zou er dus geen vertrouwen aan kunnen ontlenen. Het risico van een onjuiste inlichting ligt in principe bij de belastingplichtige, tenzij:
- de inlichting niet zo duidelijk in strijd is met de juiste wetstoepassing, dat de belastingplichtige in alle redelijkheid moet beseffen dat de inlichting onjuist is; en
- de belastingplichtige op basis van de onjuiste inlichting een handeling heeft verricht of nagelaten, waardoor hij schade heeft geleden (het zogeheten dispositievereiste).
vertrouwensbeginsel
In een arrest van 5 november 2021 zet de Hoge Raad het dispositievereiste opzij en legt de bewijslast in feite bij de Belastingdienst (ECLI, verkort: 1654). Hierdoor is de kans op een geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel fors verruimd. De belastingplichtige moet natuurlijk wel te goeder trouw zijn: als hij weet dat de informatie niet klopt, kan hij zich niet beroepen op een gewekt vertrouwen (zie hoofdstuk 10).
Vertrouwen op informatie van de fiscus
kilometer-administratie
In een zaak bij het gerechtshof in Den Bosch had een man de BelastingTelefoon gebeld met een vraag over zijn reiskostenvergoeding. De medewerker antwoordde hem dat hij € 0,19 per zakelijk gereden kilometer kon aftrekken van zijn loon als hij een sluitende kilometeradministratie zou bijhouden. Daarop besliste de man om in zijn eigen auto te blijven rijden. Hij kreeg van zijn werkgever een volledig belaste reiskostenvergoeding van € 714 per maand en trok daarnaast € 2.282 (€ 0,19 x 12.012) voor zakelijk gereden kilometers als reiskosten af in zijn aangifte. De inspecteur was het met die aftrek niet eens. Volgens de rechter bleek tijdens de behandeling van de zaak dat de man geen verstand had van belastingen. Hij kon dus ook niet weten dat de informatie over de reiskosten niet klopte. De rechter vond dat de man op de inlichting had kunnen vertrouwen en oordeelde dat de reiskosten aftrekbaar waren.
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 14 oktober 2021, ECLI (verkort): 3134