U bent hier

5.2 Wet- en regelgeving

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier FA Rendement
Publicatiedatum: december 2024

raamwerken

Rapporteren over niet-financiële informatie wordt steeds belangrijker voor ondernemingen. Er zijn alleen nog wel een hoop raamwerken en dat maakt vergelijken lastig. Wet- en regelgeving is daarom belangrijk en moet zorgen voor meer stroomlijning op dit gebied.

5.2.1 NFRD

Sinds de invoering van de Non-Financial Reporting Directive (NFRD) in 2017 moesten grote ondernemingen van openbaar belang met meer dan vijfhonderd werknemers (OOB) al verplicht rapporteren over het volgende:

  • milieu;
  • sociale en personeelsaangelegenheden;
  • eerbiediging van mensenrechten;
  • bestrijding van corruptie en omkoping;
  • diversiteit in het bestuur.

Deze wetgeving was echter maar op een beperkt aantal ondernemingen van toepassing. Een heel grote groep ondernemingen hoefde op grond van deze wetgeving nog niet te rapporteren over deze onderwerpen.

Ondernemingen waren op grond van deze wetgeving niet verplicht om informatie op te nemen over hun keten. Dit betekende dat de onderneming de rapportage enkel op haar eigen activiteiten kon richten, terwijl activiteiten in de keten veel schadelijker konden zijn.

Raamwerk

wettelijke ­verplichtingen

Er gold onder de NFRD nog geen verplicht raamwerk voor het opstellen van duurzaamheidsverslagen. Er bestonden wel wettelijke verplichtingen, zoals beschreven aan het begin van dit hoofdstuk. Verder waren er in de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving een aantal uitgangspunten opgenomen. Maar er was geen centraal voorgeschreven raamwerk voor alle opstellers van niet-financiële informatie.

5.2.2 CSRD

­vergelijk
baarheid

Ondernemingen die een duurzaamheidsverslag of geïntegreerd verslag opstelden waren dus vrij in hun keuze voor welke standaard ze kozen om te rapporteren. Dit kwam de vergelijkbaarheid tussen ondernemingen echter niet ten goede voor bijvoorbeeld investeerders en andere stakeholders. Als twee ondernemingen in dezelfde sector beide een niet-financieel verslag opstelden, en de een deed dit volgens de zogenoemde GRI-standaarden en de ander op grond van de zogenoemde SASB-standaarden, dan was de informatie in deze verslagen verschillend. Hierdoor waren de verslagen niet goed met elkaar te vergelijken en was het moeilijk om beslissingen te nemen.

Er was dus onder investeerders en andere stakeholders behoefte aan een meer universeel raamwerk om onder meer de vergelijkbaarheid te bevorderen. De verwachting is dat de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), die de NFRD vervangt, hierbij gaat helpen.

5.2.3 Verplichtingen CSRD

impact mens en klimaat

De CSRD geldt sinds 1 januari 2024 en zal gefaseerd worden ingevoerd (zie paragraaf 5.2.5). Het gevolg van de CSRD is dat ondernemingen verplicht worden om te rapporteren over hun impact op de mens en het klimaat. Voor het rapporteren over deze informatie zijn nieuwe rapportagestandaarden ontwikkeld: de European Sustainability Reporting Standards (ESRS). Iedere onderneming gaat dus dezelfde standaard gebruiken en dat maakt vergelijken makkelijker.

Materialiteitsprincipe

beide ­perspectieven

anticiperen

Als gevolg van de CSRD moet uw onderneming de duurzaamheidsinformatie straks opstellen met inachtneming van het dubbele materialiteitsprincipe. Dit principe bestaat uit impactmaterialiteit en financiële materialiteit. Simpel gezegd komt het erop neer dat een onderneming van binnen naar buiten én van buiten naar binnen naar zichzelf kijkt, en vanuit beide perspectieven haar impact bepaalt. Deze twee begrippen betekenen het volgende:

  • Bij impactmaterialiteit ligt de focus op hoe de onderneming impact heeft op haar omgeving. Denk hierbij aan een onderneming die CO2 uitstoot doordat er iets gefabriceerd wordt in een fabriek. Daarmee heeft de onderneming (negatieve) impact op haar omgeving.
  • Bij financiële materialiteit wordt gekeken naar hoe de omgeving impact heeft op de onderneming. Denk hierbij aan veranderende weersomstandigheden. Als gevolg hiervan loopt de onderneming mogelijk meer schade aan materialen en gebouwen op bij slecht weer. Hierop zal de onderneming moeten anticiperen en dat kost geld (verzekeringen of investeringen om schade te voorkomen). Een ander voorbeeld is een veranderde consumentbehoefte. Stel dat aan een tankstation enkel fossiele brandstoffen getankt kunnen worden, maar door de toename van het aantal elektrische auto’s neemt de vraag naar fossiele brandstoffen af. Het tankstation zal hierop moeten anticiperen door bijvoorbeeld ook te gaan investeren in oplaadpunten voor elektrische auto’s.

Dit is een belangrijke eerste stap bij het bepalen van de inhoud van de rapportage.

Keten

informatie uit de ­keten

De invoering van de CSRD betekent ook dat u moet rapporteren over uw keten. Voor bepaalde indicatoren zullen ondernemingen informatie uit hun keten moeten inwinnen en meenemen in hun berekeningen. Doordat een onderneming straks informatie uit de keten moet gaan opnemen in het bestuursverslag, moet zij inzicht verkrijgen in de keten. Hiervoor moet de onderneming in gesprek gaan met ketenspelers om aan bepaalde informatie te komen. Dit heeft mogelijk tot gevolg dat mkb-ondernemingen die in eerste instantie niet verplicht zijn te rapporteren conform de CSRD hier tóch mee te maken krijgen. Zij moeten immers gegevens aanleveren bij grote ondernemingen die wel moeten rapporteren en daarin de keteninformatie moeten meenemen.

Belangrijke rol voor de accountant

toetsen aan een norm

Accountants zullen hun cliënten moeten voorbereiden op de invoering van de CSRD en de gevolgen daarvan voor de jaarverslaglegging. Voor accountants betekent dit dat zij vertrouwd moeten raken met voor hen nieuwe expertisegebieden, zoals klimaatverandering, biodiversiteit en mensenrechten. In de basis zal de accountant deze informatie nog blijven controleren en dus is er nog steeds sprake van toetsen aan een norm. Dit betekent dat de accountant nieuwe verantwoordelijkheden zal krijgen op het gebied van niet-financiële informatie.

5.2.4 Voor wie geldt de CSRD?

in de vorm van nv of bv

De CSRD geldt – in tegenstelling tot de NFRD (zie paragraaf 5.2.1), die alleen van toepassing was op grote ondernemingen van openbaar belang (OOB) – voor alle grote ondernemingen. Bij grote ondernemingen gaat het om ondernemingen die als groot zijn aan te merken op basis van de groottecriteria uit artikel 2:396, Titel 9 van het Burgerlijk Wetboek (zie de tabel hierna). De CSRD is van toepassing op ondernemingen die in de vorm van een nv of bv worden gedreven. Naast de grote ondernemingen zal de CSRD ook van toepassing zijn op bepaalde middelgrote en kleine ondernemingen van openbaar belang (OOB), zoals banken en verzekeraars.

Groottecriteria onderneming
Omzet 
(in euro’s) Balanstotaal (in euro’s) Aantal werknemers
Micro < 450.000 < 900.000 < 10
Klein < 7.500.000 < 15.000.000 < 50
Middelgroot < 50.000.000 < 25.000.000 < 250
Groot > 50.000.00 > 25.000.000 > 250

5.2.5 Gefaseerde invoering

Europese Unie

tijdlijn

Sinds januari 2023 is de CSRD verplichte wetgeving voor de lidstaten van de Europese Unie. Nederland moet deze wetgeving nog wel omzetten naar nationale wetgeving. De CSRD zal in fases worden ingevoerd. Niet alle ondernemingen hoeven vanaf hetzelfde moment te voldoen aan de CSRD. De tijdlijn voor de CSRD ziet er als volgt uit:

  • vanaf boekjaar 2024: grote ondernemingen die al onder de NFRD vallen. Dit zijn beursgenoteerde ondernemingen (meer dan vijfhonderd werknemers) en grote verzekeraars.
  • vanaf boekjaar 2025: grote ondernemingen die niet onder de NFRD vallen. Dit zijn ondernemingen die in twee achtereenvolgende jaren aan minimaal twee van de volgende drie criteria voldoen: een balanstotaal van € 25 miljoen, een netto-omzet van € 50 miljoen en 250 werknemers.
  • vanaf boekjaar 2026: beursgenoteerde kleine en middelgrote ondernemingen, kleine en niet-complexe kredietinstellingen en captive verzekeraars.
  • vanaf boekjaar 2028: niet-EU-ondernemingen met een significante aanwezigheid in de EU. Dat is bij meer dan € 150 miljoen omzet in de EU.

Tien aandachtspunten voor een CSRD-rapportage

Het zorgen voor een CSRD-rapportage betekent een grote verandering. Hieronder een aantal belangrijke punten:

  • zorg voor bewustwording in de hele onderneming;
  • streven naar perfectie is niet altijd nodig;
  • zorg voor input van alle afdelingen;
  • leer van eventuele voorlopers;
  • gebruik bestaande communicatieprocessen;
  • documenteer uw duurzaamheidsreis;
  • let op de andere regelgeving zoals de EU Taxanomie;
  • investeer tijdig in de juiste IT-oplossingen;
  • ga in gesprek met de ketenpartners;
  • betrek uw accountant bij het proces.

Op rendement.nl/fadossier vindt u een checklist met meer uitleg over deze punten.